terklasse P2 te dragen. De in uw land geldende
voorschriften bij de te bewerken materialen in
acht nemen.
5.2.2 Gebruik en onderhoud van elektrisch
gereedschap
a) Borg het werkstuk. Gebruik spaninrichtingen of
een bankschroef om het werk vast te zetten. Op
deze manier zit het beter vast dan met de hand,
en bovendien heeft u beide handen vrij om het
apparaat te bedienen.
b) Controleer of het gereedschap het bij het appa-
raat passende opnamesysteem heeft en correct
nl
in de gereedschapopname vergrendeld is.
c) Bij een stroomonderbreking het apparaat uit-
schakelen en de stekker uit het stopcontact
halen, eventueel de vergrendeling van de re-
gelschakelaar opheffen. Dit voorkomt dat het
apparaat per ongeluk wordt ingeschakeld wanneer
het weer onder spanning komt te staan.
5.2.3 Elektrische veiligheid
a) Controleer het werkgebied voordat u begint te
werken op verdekt liggende elektrische leidin-
gen, gas- en waterleidingen, bijv. met een me-
taaldetector. Externe metalen delen van het ap-
paraat kunnen onder spanning komen te staan
als u per ongeluk bijv. een elektrische leiding be-
schadigt. Dit vormt een ernstig gevaar van een
elektrische schok.
b) Controleer regelmatig het voedingssnoer van het
apparaat, en laat dit in geval van beschadiging
vernieuwen door een erkend vakman. Wanneer
het netsnoer van het elektrisch gereedschap be-
schadigd is, dient dit door een speciaal ver-
vaardigd netsnoer te worden vervangen. Dit kan
verkregen worden bij de klantenservice. Contro-
leer de verlengsnoeren regelmatig en vervang
deze in geval van beschadiging. Wordt het net-
of verlengsnoer tijdens de werkzaamheden be-
78
Printed: 07.07.2013 | Doc-Nr: PUB / 5070790 / 000 / 00
schadigd, dan mag u het snoer niet aanraken.
Haal de stekker uit het stopcontact. Beschadigde
voedings- en verlengsnoeren houden het risico
van een elektrische schok in.
c) Laat vuile apparaten bij een veelvuldige bewer-
king van geleidend materiaal regelmatig door de
Hilti-service controleren. Vocht of stof dat zich
aan het oppervlak van het apparaat hecht, met
name van geleidend materiaal, kan onder ongun-
stige omstandigheden tot een elektrische schok
leiden.
d) Wanneer u buiten met elektrisch gereedschap
werkt, zorg er dan voor dat het apparaat met
behulp van een lekstroombeveiligingschakelaar
(RCD) met maximaal 30 mA afschakelstroom op
het net is aangesloten. Het gebruik van een lek-
stroombeveiligingschakelaar vermindert het risico
van een elektrische schok.
e) In principe wordt het gebruik van een lek-
stroombeveiligingschakelaar (RCD) met maxi-
maal 30 mA afschakelstroom aanbevolen.
5.2.4 Werkomgeving
a) Zorg voor een goede verlichting van het werkge-
bied.
b) Zorg voor een goede ventilatie van de werkom-
geving. Slecht geventileerde werkruimtes kunnen
als gevolg van de stofbelasting schadelijk zijn voor
de gezondheid.
5.2.5 Persoonlijke veiligheidsuitrusting
De gebruiker en personen die zich in de buurt
bevinden, moeten tijdens het gebruik van het ap-
paraat een geschikte veiligheidsbril, een helm,
oorbeschermers, werkhandschoenen en een licht
stofmasker dragen.