Selecteren van het juiste toerental:
• Selecteer bij nieuwe werkstukken eerst een lager
toerental. Verhoog het toerental met toenemende
onbalans van het werkstuk.
• Het selecteren van het juiste toerental hangt af van
meerdere factoren, bijv. materiaal, diameter, lengte
en onbalans van het werkstuk. In principe geldt: Se-
lecteer bij harde houtsoorten, bij niet ronde, lange
of werkstukken met een grotere diameter een lager
toerental.
• Raadpleeg de tabel voor het selecteren van het juis-
te toerental:
Op de x-as is de diameter van het werkstuk aangege-
ven. Op de y-as wordt het toerental afgelezen. Wan-
neer de diameter van het werkstuk verticaal is, ga dan
verticaal omhoog en lees het toerental af waarmee de
denkbeeldige verticale lijn de curve raakt.
1.
Draai beide slotbouten (19) van de aandrijfafdek-
kingen (20) los.
2.
Open de apparaatafdekkingen (20).
3.
Draai de vastzetschroef (21) van de motoreenheid
met de inbussleutel (12).
4.
Til de motoreenheid (22) op door de hendel (23) te
bedienen om de V-snaar (25) te ontlasten.
5.
Fixeer de motoreenheid (22) door het aanhalen
van de vastzetschroef (21).
6.
Leg de V-snaar (25) op de gewenste groef van de
aandrijfschijf (24) om het gewenste toerental te
bereiken:
2600
De V-snaar moet op de bovenste en onderste
aandrijfschijf in dezelfde groef liggen.
Aanwijzing: De beide apparaatafdekkingen (20)
zijn voorzien van een vergrendelingsschakelaar
(26). De vergrendelingsschakelaar (26) worden
bij het sluiten van de apparaatafdekkingen (20)
automatisch bediend. Bij niet juist gesloten aan-
drijfafdekking (20) kan het apparaat niet worden
ingeschakeld.
7.
Draai de vastzetschroef (21) los en laat de hendel
met de motoreenheid weer zakken, zo spant u de
V-snaar.
8.
Fixeer de vastzetschroef (21).
9.
Sluit de apparaatafdekkingen (20). Fixeer de aan-
drijfafdekkingen met de afsluitdop (19).
Werkstuk borgen
Borg met 4-tands-korrelpunt (1) en losse kop (5)
(afb. 1)
1.
Teken een diagonale lijn aan beide einden van het
werkstuk om het midden te lokaliseren. Het mid-
den is het punt waar de lijnen elkaar treffen. Plaats
een centreerboring, waar 4-tands-korrelpunten en
losse kop op het werkstuk moeten plaatsen. Hier-
door kan een betere houvast worden verkregen.
2.
Plaats een 2 mm diepe zaagsnede langs de dia-
gonale lijn waarin de 4-tands-korrelpunt (1) beter
kan vastgrijpen.
3.
Plaats de afgemonteerde 4-tands-korrelpunt (1)
gecentreerd in het midden van het werkstuk. Sla de
4-tands-korrelpunt (1) met een houten hamer (niet
bij de levering inbegrepen) iets in het werkstuk. Let
op dat het schroefdraad van de 4-tands-korrelpunt
(1) met bijv. een houten plaat wordt beschermd.
4.
Verwijder de 4-tands-korrelpunt (1) weer van het
werkstuk.
5.
Monteer aansluitend de 4-tands-korrelpunt (1)
(weer) op het apparaat.
Aanwijzing: De montage en demontage van de
4-tands-korrelpunt vindt u in het hoofdstuk "Werk-
stukopnamen monteren/wisselen".
www.scheppach.com
1760
1260
890
NL | 65