de zijkanten van de hoes (Fig. 19B); dat verge-
em
makkelijkt het neerleggen van het kind.
de
Plaats het kind in het autostoeltje.
WAARSCHUWING! Controleer altijd of het
on-
ed
kind goed tegen de rugleuning van het auto-
re-
stoeltje leunt en of het tussenbeenstuk correct
en
gepositioneerd is.
of
Positioneer het tussenbeenstuk correct, neem
de gordels vast en leg de twee tongen van de
te
gesp samen. (Fig. 20). Duw de twee gespton-
de
gen samen stevig in de gesp tot u een goed
an-
hoorbare "klik" hoort (Fig. 21). Om veiligheidsre-
denen zijn de twee gesptongen zo ontworpen
ed
dat het onmogelijk is om een enkele tong of
aar
een tong per keer los te maken.
ers
Om de gordels van het autostoeltje aan te
het
spannen trekt u aan de verstelband Q van
de gordels tot ze goed op het kinderlichaam
els
aansluiten (Fig. 22).
WAARSCHUWING! De gordels moeten goed
ch-
gespannen zijn en op het kind aansluiten, maar
niet te strak zitten: ter hoogte van de schouders
ens
moet er een vinger tussen de gordel en het
an
kind kunnen worden gestoken.
WAARSCHUWING! Controleer of de gordels
uik
niet verdraaid zitten.
WAARSCHUWING om het autostoeltje met de
k.
EN
rijrichting mee te zetten gebruikt u de ontgren-
kg
delingshendel (E) en zet u de zitting met de
rijrichting mee tot u de "klak" van bevestiging
hoort (Fig. 23).
ET
en
7. DE HOOFDSTEUN EN DE GORDELS AF-
STELLEN
rij-
De hoofdsteun en de gordels worden samen in
nd
de hoogte afgesteld in 8 verschillende standen
met de verstelring van de hoofdsteun (F)
WAARSCHUWING! Voor een goede afstelling
or-
tje
moet de hoofdsteun zodanig zijn geplaatst
dat de gordels ter hoogte van de schouders
de
van het kind uit de rugleuning komen (Fig.
ge-
24). Voor de regeling trekt u de verstelring (F)
tje
boven de hoofdsteun omhoog (Fig. 25) tot de
r u
gewenste stand wordt bereikt; laat de ring nu
los en begeleid de hoofdsteun tot u een klik
oel-
hoort, die bevestigt dat hij vastzit.
18)
Om de gordels van het autostoeltje aan te
A).
spannen trekt u aan de verstelband van de
an
gordels (E) (Fig. 26) tot ze goed op het kinder-
All manuals and user guides at all-guides.com
lichaam aansluiten.
WAARSCHUWING! De gordels moeten goed
gespannen zijn en op het kind aansluiten, maar
niet te strak zitten: ter hoogte van de schou-
ders moet er een vinger tussen de gordel en
de schouder van het kind kunnen worden
gestoken.
8. DE SCHUINE STAND VAN DE ZITTING
AFSTELLEN
Het autostoeltje kan op 4 schuine standen
worden versteld.
Om te kantelen trekt u aan de hendel van de
schuine stand van het autostoeltje (J) (Fig. 27).
Om gemakkelijker te kantelen is het raadzaam
te werk te gaan wanneer het stoeltje in de
middenstand staat.
9. INSTALLATIE VAN HET SIDE SAFETY
SYSTEM
Het Side Safety System is een mechanisme
dat naast het portier wordt geïnstalleerd om
meer bescherming te garanderen in geval van
laterale botsingen.
Duw voor de installatie het uiteinde in de bo-
ring in het frame, druk op het middengedeelte
en roteer het (Fig.28).
10. GEÏNTEGREERDE SPIEGEL
Het autostoeltje is voorzien van een spiegel
waarmee u tijdens het rijden de positie van het
kind controleert. Stel de schuine stand van de
spiegel af door er lichtjes op te drukken (Fig. 29)
11. ONDERHOUD
Reinigings- en onderhoudswerkzaamheden
mogen alleen door een volwassene worden
verricht.
De hoes reinigen.
De hoes van het autostoeltje is volledig ver-
wijderbaar en kan met de hand of op 30°C in
de wasmachine worden gewassen. Om ze te
wassen houdt u zich aan de instructies op het
etiket van de bekleding.
Op 30°C in de wasmachine wassen
30° C
Niet bleken
30° C
57