MWE7006
5
Aanwijzingen vóór de inbouw
5.1
Sensoren lakken
Zie afb. 2
I
INSTRUCTIE
De sensoren mogen gelakt worden. De fabrikant adviseert om de
sensoren door een vakkundige werkplaats te laten lakken.
5.2
Montageplek voor de sensoren bepalen
Zie afb. 3 tot afb. 6
I
INSTRUCTIE
Voor een goede werking van het toestel is het belangrijk dat de
sensoren juist afgesteld zijn.
Als deze naar de grond wijzen, worden bijv. bodemoneffenheden
als obstakel aangegeven. Als ze te ver naar boven wijzen, worden
aanwezige obstakels niet herkend.
Neem bij de montage het volgende in acht:
Het bereik rond de sensoren moet vrij zijn van andere objecten.
De afstand van de sensoren tot de grond moet minstens 45 cm en mag
maximaal 60 cm bedragen (afb. 3).
Denk eraan dat de montagehoek van de montagehoogte afhangt.
Kies volgens de tabel in afb. 3 de passende sensorhouder en de bijbe-
horende boordiameter.
Als een fietsenrek gemonteerd is, monteer dan de sensoren minstens
30 cm eronder (afb. 4).
Aanvulling bij afb. 6
➤ Houd rekening met de afstanden van de sensoren.
I
INSTRUCTIE
U kunt de sensoren ook zo verdelen als in alternatief B en C
getoond.
NL
Aanwijzingen vóór de inbouw
81