▶ Wees alert, let goed op wat u doet en ga verstandig te werk bij het gebruik van het apparaat. Gebruik het
apparaat niet wanneer u moe bent of onder invloed bent van drugs, alcohol of medicijnen. Een moment
van onoplettendheid bij het gebruik van het apparaat kan tot ernstig letsel leiden.
▶ Aanpassingen of veranderingen aan het apparaat zijn niet toegestaan.
▶ Maak geen veiligheidsinrichtingen onklaar en verwijder geen instructie- en waarschuwingsopschriften.
▶ Houd kinderen en andere personen tijdens het gebruik van het apparaat uit de buurt.
▶ Houd rekening met omgevingsinvloeden. Gebruik het apparaat niet in een omgeving waar brand- of
explosiegevaar bestaat.
▶ Het vlak van de laserstraal moet aanzienlijk boven of onder ooghoogte liggen.
▶ Wanneer het apparaat gevallen is of aan andere mechanische inwerkingen is blootgesteld, dient de
nauwkeurigheid van het apparaat te worden gecontroleerd.
▶ Projecteer de lijn op een loodrecht, egaal oppervlak om een zo groot mogelijke nauwkeurigheid te
bereiken. Breng het apparaat daarbij in een hoek van 90° ten opzichte van het oppervlak.
▶ Om foutieve metingen te voorkomen, moet het uitgangsvenster van de laser schoon worden gehouden.
▶ Neem de specificaties betreffende gebruik, verzorging en onderhoud in de handleiding in acht.
▶ Apparaten die niet worden gebruikt dienen op een droge, hooggelegen of afgesloten plaats buiten bereik
van kinderen bewaard te worden.
▶ De nationale wetgeving m.b.t. de arbeidsomstandigheden in acht nemen.
2.2
Correcte inrichting van het werkgebied
▶ Wanneer u op ladders werkt, neem dan geen ongewone lichaamshouding aan. Zorg ervoor dat u stevig
staat en altijd in evenwicht bent.
▶ Scherm de meetplaats af en let er bij het opstellen van het apparaat op dat de straal niet op andere
personen of op uzelf wordt gericht.
▶ Metingen door ruiten of andere objecten kunnen het meetresultaat vertekenen.
▶ Let erop dat het apparaat op een vlakke en stabiele ondergrond wordt opgesteld (trillingsvrij!).
▶ Gebruik het apparaat alleen binnen de vastgestelde toepassingsgrenzen.
▶ Worden meerdere lasers in het werkgebied gebruikt, controleer dan of de straal van uw apparaat niet
met die van andere apparaten wordt verwisseld.
▶ Sterke magneten kunnen de nauwkeurigheid beïnvloeden, vandaar dat er zich geen magneet in de buurt
van het meetapparaat mag bevinden. Hilti magneetadapters kunnen worden gebruikt.
▶ Wanneer het apparaat vanuit een zeer koude in een warme omgeving wordt gebracht, of omgekeerd,
dient u het voor gebruik op temperatuur te laten komen.
2.3
Elektromagnetische compatibiliteit
Hoewel het apparaat voldoet aan de strenge wettelijke voorschriften, kan Hilti de mogelijkheid niet uitsluiten
dat het apparaat door sterke straling wordt gestoord, hetgeen tot een incorrecte werking kan leiden. In
dit geval of wanneer u niet zeker bent, dienen controlemetingen te worden uitgevoerd. Ook kan Hilti niet
uitsluiten dat andere apparaten (bijv. navigatiesystemen van vliegtuigen) worden gestoord.
2.4
Laserclassificatie voor apparaten van de laserklasse 2/ class II
Het apparaat voldoet aan de laserklasse 2 volgens IEC 60825-1: 2007 / EN 60825-1: 2008 en Class II volgens
CFR 21 § 1040 (FDA). Deze apparaten mogen zonder verdere beschermingsmaatregelen worden gebruikt.
Toch moet men, evenals bij de zon, nooit direct in sterke lichtbronnen kijken. Sluit in het geval van direct
oogcontact uw ogen en beweeg uw hoofd uit de lichtbundel. De laserstraal niet op personen richten.
2.5
Zorgvuldige omgang en gebruik van accu's
▶ Neem de bijzondere richtlijnen voor het transport, de opslag en het gebruik van Li-ion accu's in acht.
▶ Stel de accu's niet bloot aan hoge temperaturen, directe zonne-instraling of vuur.
▶ De accu's mogen niet uit elkaar worden genomen, ineengedrukt, tot boven 80 °C worden verhit of
worden verbrand.
▶ Gebruik of laad geen accu's die aan stootbelasting zijn blootgesteld, van hoger dan een meter gevallen
zijn of op een andere manier beschadigd zijn. Neem in dit geval contact op met de Hilti Service.
▶ Als de accu zo heet is dat hij niet kan worden vastgepakt, kan deze defect zijn. Plaats de accu op een
overzichtelijke, niet brandbare plaats met voldoende afstand tot brandbare materialen. Laat de accu
afkoelen. Als de accu na een uur nog steeds te heet is om aan te raken, dan is hij defect. Neem contact
op met de Hilti Service.
*2171411*
2171411
Nederlands
63