Installatie Van Het Binnenapparaat - Mitsubishi Electric MCFH-A24WV Manual De Instalación

Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 57
OPTROMPAANSLUITINGEN
• Zowel de binnen- als de buitenapparaten hebben optrompaansluitingen.
• Koelstofpijpen worden gebruikt om de binnen- en buitenapparaten te verbinden, zoals in onderstaande illus-
tratie wordt getoond.
• Isoleer zowel de koelstof- als de afvoerpijpen volledig om condensatie te voorkomen.
Limiet
Leidinglengte
max. 25 m
Hoogteverschil
max. 10 m
Aantal bochten
max. 10
• Aanpassing koelvloeistof ... Wanneer de pijplengte meer dan 7 meter bedraagt, dient u extra koelvloeistof
(R410A) bij te vullen. (Het buitenapparaat is gevuld met koelvloeistof voor een pijplengte van 7 meter.)
Maximaal 7 m
Pijplengte
Meer dan 7 m
VOORBEREIDINGEN VOOR PIJPAANLEG
1 De onderstaande tabel geeft specificaties van in de winkel beschikbare pijpen.
Pijp
Buitendiameter
Voor vloeistof
6,35 mm
Voor gas
15,88 mm
• Gebruik een naadloze leiding van koper of een koperlegering met een dikte van 0,8 mm (voor ø6,35) of 1,0
mm (voor ø15,88). Gebruik nooit leidingen met een dikte van minder 0,8 mm (voor ø6,35) of 1,0 mm (voor
ø15,88), omdat deze onvoldoende drukweerstand hebben.
2 Zorg ervoor dat de 2 koelstofpijpen goed zijn geïsoleerd om condensatie te voorkomen.
3 De buigingsstraal van de koelstofpijpen moet 100 mm of meer zijn.
Voorzichtig:
Zorg ervoor dat u isolatie van de juiste dikte gebruikt. Te dikke isolatie kan leiden tot onjuiste installatie
van het binnenapparaat en te dunne isolatie kan condensdruppels veroorzaken.
Geen extra vulling vereist
Extra vulling vereist
Toe te voegen koelvloeistof is 20 g/m
Isolatiedikte
Isolatiemateriaal
8 mm
Hittebestendig schuimplastic
8 mm
0,045 soortelijk gewicht

4. INSTALLATIE VAN HET BINNENAPPARAAT

4-1
WANNEER U HET BINNENAPPARAAT AAN HET PLAFOND HANGT
4-1-(1)
HET AANBRENGEN VAN DE BOUTEN VOOR HET VASTZETTEN VAN DE INSTALLATIEPLATEN
1. Bepaal de plaatsen waar u de bouten voor het vastzetten
van de installatieplaten wilt installeren.
• Gebruik het installatiepatroon om de plaatsen te bepalen
voor de bouten voor het vastzetten van de installatieplaten
J.
a Installatiepatroon
Details staan gedrukt op het patroon.
Let op!:
De omgevingstemperatuur en de plaatselijke
vochtigheidsgraad kunnen het papieren patroon
doen krimpen of uitzetten. (Meet de afmetingen
op voordat u de gaten boort.)
2. Structuur van de ophanging (Zorg er voor dat de plaats
waar het apparaat wordt opgehangen sterk genoeg is).
I Houten constructie
• Selecteer een dakbalk (gelijkvloers huis) of een draag-
balk van de eerste verdieping (huis met meerdere ver-
diepingen) als versterkingsdeel.
• Gebruik robuuste balken van ten minste 60 bij 60 mm
bij een ruimte tussen de balken van 900 mm of minder
of van ten minste 90 bij 90 mm bij een tussenruimte
van 900-1800 mm.
a Tussenruimte
b Plafond
c Bint
d Armatuur
e Dakbalk
I Gewapend betonconstructie
• Maak de bouten voor het vastzetten van de installatie-
platen J vast zoals wordt getoond in de figuur rechts
of gebruik hoekbeugels om de bouten voor het vast-
zetten van de installatieplaten J te aan te brengen.
f Gebruik inzetstukken die elk 100-150 kg kunnen dragen
g Stalen wapeningsstaaf
J Bouten voor het vastzetten van de installatieplaten
3. Afstanden tussen de bouten voor het vastzetten van de
installatieplaten.
• Gebruik bouten voor het vastzetten van de installatieplaten
J van het type M10 (× 4, plaatselijk aan te schaffen).
a Binnenapparaat
b Luchtuitvoer
1 Installatieplaat
• Projectiematen van de bouten voor het vastzetten van de
installatieplaten J vanaf de horizontale basislijn ten op-
zichte waarvan u de installatieplaat 1 bevestigt, zoals wordt
getoond in de figuur rechts.
c Horizontale basislijn
1 Installatieplaat
J Bouten voor het vastzetten van de installatieplaten
46
a
*Verwijder het installatiepatroon na de installatie.
a
a
e
b
d
c
g
f
J
1065 mm
150 mm
300 mm
1
b
a
c
max. 40 mm
J
1
Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido