Automatische besturing
8 AUTOMATISCHE BESTURING
Het systeem is uitgerust met de volgende functies:
Drie-minutenbewaking
Als de compressor is stilgezet, blijft deze minimaal 3 minuten uit-
geschakeld. Wanneer het systeem wordt gestart binnen ongeveer
drie minuten nadat het is stopgezet, begint het RUN-lampje te
branden. De koeling of de verwarming blijft echter uitgeschakeld
en wordt pas na 3 minuten gestart.
Bediening kan maximaal gedurende 6 minuten stoppen om de
compressor te beschermen.
Vriespreventie tijden het koelen
Wanneer het systeem wordt gebruikt in een ruimte met een lage
temperatuur, kan de koelstand voor enige tijd automatisch worden
gewijzigd in de ventilatorstand om te voorkomen dat zich ijs afzet
op de binnenwarmtewisselaar.
Automatische herstart na stroomuitval
Als de stroomtoevoer een korte periode (maximaal 2 seconden)
wordt onderbroken, behoudt de afstandsbediening de instellingen
en wordt de unit opnieuw gestart als de stroomtoevoer is hersteld.
Als u het systeem automatisch opnieuw wilt laten opstarten nadat
de stroomtoevoer langer dan 2 seconden onderbroken is geweest,
moet u contact opnemen met uw leverancier (optionele functie).
9 ELEMENTAIRE PROBLEMEN OPLOSSEN
L E T O P
Wanneer water lekt uit de binnenunit, stopt u de werking van het
systeem en neemt u contact op met uw onderhoudsleverancier.
Wanneer u brandlucht ruikt of er witte rook uit de unit komt, scha-
kelt u het systeem uit en neemt u contact op met uw onderhouds-
leverancier.
Dit is niet abnormaal
•
Geluid van onderdeel dat vervormt
Tijdens het starten en stoppen van het systeem kunt u een schu-
rend geluid horen. Dit wordt veroorzaakt door thermische vervor-
ming van plastic onderdelen. Dit is niet abnormaal.
•
Geluid van stromend koelmiddel
Wanneer het systeem wordt gestart of stopgezet, kunt u mogelijk
het koelmiddel horen stromen.
•
Nare geur uit binnenunit
Bepaalde geuren blijven lange tijd aan de binnenunit hangen. Rei-
nig het luchtfilter en de panelen of zorg voor goede ventilatie.
•
Stoom uit de buitenwarmtewisselaar
Wanneer het systeem werkt in de ontdooistand, smelt het ijs dat
zich heeft afgezet op de buitenwarmtewisselaar. Dit veroorzaakt
stoom.
•
Dauw op luchtpaneel
Wanneer de koeling een langere periode werkt bij een hoge lucht-
vochtigheidsgraad (hoger dan 27°C DB / 80% R.H.), kan zich
dauw vormen op het luchtrooster
•
Dauw op kast
Wanneer het koelen gedurende lange tijd duurt (hoger dan 27°C
DB/80% R.H.), kan zich dauw vormen op kast.
267
_PMML0251A_r2.indb 267
PMML0251A rev.2 - 02/2013
Regeling lage luchtsnelheid tijdens verwarming
Kan worden ingesteld wanneer de compressor wordt stopgezet
terwijl de thermostaat uitstaat, of als het systeem de automatische
ontdooistand heeft geactiveerd, wordt de snelheid van de ventila-
tor ingesteld op langzaam of stop.
Automatische ontdooicyclus
Wanneer de verwarming is stopgezet met de schakelaar RUN/
STOP, wordt gecontroleerd op ijsafzetting op de buitenunit en
kan gedurende maximaal tien minuten een ontdooicyclus worden
uitgevoerd.
Voorkomen van overbelasting
Wanneer de buitentemperatuur te hoog is terwijl het systeem
werkt in de verwarmingsstand, wordt de verwarming stopgezet
doordat de buitenthermistor wordt geactiveerd totdat de tempera-
tuur weer daalt.
Warm opstarten tijdens verwarming
Om te voorkomen dat koude lucht wordt afgegeven, wordt de ven-
tilatorsnelheid gewijzigd van de langzame stand in de ingestelde
stand overeenkomstig de temperatuur van de uitlaatlucht. Gedu-
rende deze tijd is de jaloezie horizontaal vastgezet.
•
Geluid voor de warmtewisselaar van de binnenunit
Tijdens het koelen kan een geluid vanuit de warmtewisselaar van
de binnenunit hoorbaar zijn. Dit wordt veroorzaakt door het bevrie-
zen of smelten van ijs.
Systeem werkt niet
Controleer of bij SET TEMPERATURE de juiste temperatuur is
ingesteld.
Geen goede koeling of verwarming
- Controleer of de luchtstroom van de buiten- of binnenunit
wordt belemmerd.
- Controleer of er te veel warmtebronnen zijn in de ruimte.
- Controleer of het luchtfilter is verstopt door vuil.
- Controleer of er deuren of ramen open staan.
- Controleer of de temperatuur binnen het bedrijfsbereik valt.
Abnormale positie van de lamellen
Controleer of de positie van de lamellen bij de luchtuitlaat in de-
zelfde positie staan.
Als zich problemen blijven voordoen...
Als u deze factoren gecontroleerd en eventueel gecorrigeerd
heeft, maar er doen zich nog steeds problemen voor, neem dan
contact op met uw onderhoudsleverancier en geef de volgende
gegevens door:
- Naam van model
- Aard van het probleem
- Alarmcodenummer op het LCD-scherm
O P M E R K I N G
Tenzij u het systeem voor langere tijd uitschakelt, moet u de
hoofdschakelaar op ON laten staan, omdat het verwarmingsele-
ment voor de olie wordt geactiveerd wanneer de compressor is
stopgezet.
06/02/2013 9:07:56