7) Verdere details
In dit hoofdstuk worden de mogelijkheden ten aanzien van programmering, aanpassing aan de persoonlijke behoeften van de gebruiker,
diagnostiek en opsporing van storingen met betrekking tot RUN behandeld.
7.1) Programmeertoetsen
Op de besturingseenheid van RUN bevinden zich 3 toetsen die gebruikt kunnen worden
zowel om de besturingseenheid tijdens de tests aan te sturen als voor het programmeren:
Open
Met de toets "OPEN" kunt u het openen van de poort aansturen of het punt
van programmering naar boven verplaatsen
s
Stop
Met de toets "STOP" kunt u de manoeuvre onderbreken; als u hem langer
Set
dan 5 seconden ingedrukt houdt kunt u de programmering binnengaan.
Close
Met de toets "CLOSE "kunt u het sluiten van de poort aansturen of het punt
van programmering naar beneden verplaatsen
t
7.2) Programmering
Op de besturingseenheid van RUN zijn enkele programmeerbare
functies beschikbaar; instelling van deze functies vindt plaats met
behulp van 3 toetsen op de besturingseenheid: [s] [Set] [t] en
worden via 8 ledlampjes: L1...L8 zichtbaar gemaakt.
De programmeerbare functies welke op RUN beschikbaar zijn, zijn
over 2 niveaus verdeeld:
7.2.1) Functies eerste niveau (functies ON-OFF)
Tabel 7: lijst programmeerbare functies: eerste niveau
Led
Functie
L1
Automatische sluiting
L2
Terugloop na Foto
L3
Sluit altijd
L4
Snelheidsafname
L5
Start
L6
Voorwaarschuwing
L7
"Sluit" wordt
"Open gedeeltelijk"
L8
Modus "Slave" (slaaf)
Bij normaal functioneren van RUN zijn de ledlampjes L1....L8 aan of uit op basis van de status van de functie waaraan zij gekoppeld zijn,
bijvoorbeeld L1 is aan, als de functie "Automatisch sluiten" actief is.
Beschrijving
Met deze functie is een automatische sluiting van de poort mogelijk na afloop van de geprogrammeer
de pauzeduur; in de fabriek is de Pauzeduur afgesteld op 30 seconden maar dit kan gewijzigd worden in
5, 15, 30, 45, 60, 80, 120 of 180 seconden. Als de functie niet actief is, werkt de poort "semi-automatisch".
Met deze functie is het mogelijk de poort zo lang pen te houden als nodig is om er doorheen te gaan; door
het in werking treden van "Foto" gaat de poort automatisch weer dicht na een pauzeduur van 5s
(onafhankelijk van de geprogrammeerde waarde).
Dit verandert al naar gelang de functie "Automatische Sluiting" al dan niet actief is.
Wanneer "Automatische Sluiting" niet actief is: De poort gaat steeds helemaal open (ook als Foto
eerder vrij komt). Bij het vrijkomen van Foto gaat de poort automatisch weer dicht na een pauze van 5s.
Wanneer "Automatische Sluiting" actief is: de openingsmanoeuvre wordt onmiddellijk na het vrij
komen van de fotocellen onderbroken en de poort gaat automatisch weer dicht na een pauze van 5s.
De functie "Terugloop na Foto" wordt altijd uitgeschakeld wanneer een manoeuvre met een instructie
"Stop" onderbroken is. Als de functie "Terugloop na Foto" niet actief is, zal de pauzeduur overeenkomen
met de geprogrammeerde pauzeduur of er zal de poort niet automatisch dicht gaan als de functie niet actief is.
De functie "Sluit altijd" treedt in werking, waarbij een sluiting veroorzaakt wordt, wanneer bij terugkeer van de
troom wordt geconstateerd dat de poort open is. Om veiligheidsredenen wordt deze manoeuvre voor afgegaan
door een voorwaarschuwing van 5s. Als de functie niet actief is zal bij terugkeer van de stroom de poort blijven staan.
Wanneer u deze functie activeert, vindt er snelheidsafname aan het einde van de openings- en sluit
manoeuvre plaats. De mate van snelheidsafname is ongeveer 60% van de nominale snelheid.
Let op!: tijdens de snelheidsafname ontwikkelt de motor slechts de helft van het nominale koppel; het is dus
niet mogelijk de functie snelheidsafname toe te passen op zware poorten of op poorten die het maxi male
koppel vereisen. Als de snelheidsafname niet actief is zal de snelheid tijdens de gehele manoeuvre constant zijn.
Met het activeren van deze functie wordt de geleidelijke toename van de snelheid aan het begin van de
manoeuvre uitgeschakeld; hierdoor is het mogelijk de grootste kracht bij het starten te hebben en dit is nuttig
wanneer er een grote statische weerstand is, bijvoorbeeld in geval van sneeuw of ijs die een belemmering voor
de vleugel zijn. Als de start niet actief is, begint de manoeuvre met een geleidelijke toename van de snelheid
Met de functie voorwaarschuwing wordt er een pauze van 3s aangehouden tussen het moment waarop het
knipperlicht gaat branden en de manoeuvre begint om van te voren voor een gevaarlijke situatie te waarschuwen.
Als de voorwaarschuwing niet actief is, zal het knipperlicht tegelijk met het begin van de manoeuvre aan gaan.
Door deze functie te activeren, activeren alle instructies "Sluit" (ingang "CLOSE" of radio-instructie "Sluit")
een manoeuvre van gedeeltelijke opening (zie led L6 op tabel 9).
Door deze functie te activeren wordt RUN "Slave" (slaaf): zo is het mogelijk de werking van 2 motoren op
tegenoverliggende vleugels te synchroniseren waarbij één motor als Master werkt en één als Slave; voor
meer details gelieve u paragraaf "7.3.5 RUN in modus "Slave" te raadplegen.
23
Eerste niveau: functies instelbaar in modus ON-OFF (actief of niet
actief); in dit geval geeft elk ledlampje L1...L8 een functie aan; als het
aan is, is de functie actief, als het uit is, is de functie niet actief; zie tabel 7.
Tweede niveau: parameters die instelbaar zijn op een schaal met
waarden van 1 tot 8; in dit geval geeft elk ledlampje L1...L8 de
waarde aan die uit 8 mogelijkheden is gekozen; zie tabel 9.
169