TRION
NL
De aangegeven emissiewaarden (trilling, ge-
luid) zijn gemeten volgens de testvoorwaar-
den in EN 60745 en dienen voor de machine-
vergelijking. Aan de hand van deze waarden
kan ook een voorlopige inschatting van de tril-
lings- en geluidsbelasting tijdens het gebruik
worden gemaakt.
De aangegeven emissiewaarden gelden voor
de belangrijkste toepassingen van het elektri-
sche gereedschap. Wordt het elektrisch ge-
reedschap echter voor andere toepassingen of
met ander inzetgereedschap gebruikt, of is het
onvoldoende onderhouden, dan kan hierdoor
de trillings- en geluidsbelasting gedurende de
hele werktijd aanzienlijk worden verhoogd.
Met het oog op een vastgelegde werkperiode
dienen voor een juiste beoordeling ook de
hierin optredende vrijloop- en stilstandtijden
van de machine in acht te worden genomen.
Hierdoor kan de belasting over de totale werk-
periode aanzienlijk worden verminderd.
6
Inwerkingstelling
WAARSCHUWING
Ontoelaatbare spanning of frequentie!
Gevaar voor ongevallen
De netspanning en de frequentie van de
stroombron dienen met de gegevens op
het typeplaatje overeen te stemmen.
In Noord-Amerika mogen alleen Festool-
machines met een spanningsopgave van
120 V/60 Hz worden ingezet.
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel, elektrische schok-
ken
Haal vóór alle werkzaamheden aan de ma-
chine altijd de stekker uit het stopcontact!
Zie figuur
[2a]
voor het aansluiten en ontkop-
pelen van het netsnoer [1-3].
PS 300 Q, PS 300 EQ
De PS 300 Q en de PS 300 EQ hebben een
duwschakelaar
[1-1]
(I = AAN, 0 = UIT).
PSB 300 Q, PSB 300 EQ
De PS 300 Q en de PS 300 EQ hebben een
drukschakelaar
[2-2]
len.
44
voor het in-/uitschakelen
voor het in-/uitschake-
Voor continubedrijf kan hij met de vergrendel-
knop
[2-1]
vastgezet worden. Door de schake-
laar nogmaals in te drukken wordt de vergren-
deling opgeheven.
7
Instellingen
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel, elektrische schok-
ken
Haal vóór alle werkzaamheden aan de ma-
chine altijd de stekker uit het stopcontact!
7.1
Gereedschap wisselen
Spanhendel
[3-4]
tot aan de aanslag openen,
het aanwezige zaagblad verwijderen,
nieuwe zaagblad tot aan de aanslag in de op-
neming van het zaagblad
spanhendel sluiten.
7.2
Zaagbladgeleiding afstellen
Om het zaagblad beter te geleiden beschikken
de pendeldecoupeerzagen direct boven het
werkstuk over een extra hardmetalen gelei-
ding [3-2].
Met de inbussleutel [1-4] de schroef
ver aantrekken dat de blokjes bijna tegen het
zaagblad liggen.
Het zaagblad moet nog licht kunnen be-
wegen!
7.3
Splinterbescherming monteren
Door de splinterbescherming is het mogelijk
om zaagsneden zonder splinters te krijgen,
ook aan die kant waar het zaagblad uit het
materiaal komt.
Als de machine uitgeschakeld is, de splinter-
bescherming
[4-3]
tot aan het zaagblad op de
geleiding
[4-2]
schuiven,
decoupeerzaag inschakelen,
als de machine loopt de splinterbescherming
op een egaal oppervlak zóver naar binnen
schuiven en hierbij inzagen dat de splinterbe-
scherming gelijk zit met de voorkant van de
zaagtafel.
Om de splinterbescherming betrouwbaar te
laten functioneren moet hij aan beide zijden
dicht tegen het zaagblad aansluiten. Voor
splintervrije zaagsneden moet daarom ook bij
iedere zaagbladvervanging een nieuwe splin-
terbescherming worden geplaatst.
[3-1]
zetten,
[3-3]
zó