het linker kanaal, RIGHT-jack voor het rechter
kanaal. Het ingangssignaal moet lijnniveau heb-
ben.
2) Sluit de luidsprekers aan op de aansluitklemmen
of de 6,3 mm-jacks OUTPUT (11): LEFT-aanslui-
ting voor het linker kanaal, RIGHT-aansluiting
voor het rechter kanaal. Verbind bij gebruik van
de klemmen telkens de gemarkeerde ader van
de luidsprekerkabel met de rode klem.
Bij aansluiting van een luidspreker van 4 Ω
voor elk kanaal wordt het grootste uitgangsver-
mogen gerealiseerd. Bij aansluiting van een luid-
spreker van 8 Ω ligt het uitgangsvermogen iets
lager (zie figuur 3). De luidsprekers moeten min-
stens het volgende sinusvermogen hebben:
Luidsprekers van 4 Ω: 60 W
Luidsprekers van 8 Ω: 50 W
De aansluitmogelijkheden voor verschillende luid-
sprekers op één kanaal vindt u terug op de figu-
ren 4 en 5. Bij aansluiting van diverse luidspre-
kers moet u in het bijzonder letten op de juiste
polariteit, en ervoor zorgen dat de totale impe-
dantie minstens 4 Ω bedraagt.
3) Plug ten slotte de stekker van het netsnoer (8) in
een stopcontact (230 V~/50 Hz).
6
Werking
Om luide schakelploppen te vermijden, schakelt u
de eindversterker steeds als laatste onderdeel van
het geluidssysteem in. Op dezelfde manier schakelt
u na gebruik altijd eerst de eindversterker uit.
1) Draai de regelaars (2) en (3) helemaal naar links
("0"-stand), alvorens het toestel in te schakelen.
2) Schakel de versterker in met behulp van de
POWER-schakelaar (6). De POWER-LED ON
(5) licht op.
3) Stel met de LEFT-regelaar (2) het uitgangs-
niveau voor het linker kanaal in en met de
RIGHT-regelaar (3) het uitgangsniveau voor het
rechter kanaal. Draai de regelaars maar zo ver
open als nodig is tot het gewenste maximale
Si por canal, está conectado un altavoz de 4 Ω,
se obtiene la potencia de salida RMS máx. Si se
conecta un altavoz de 8 Ω, la potencia de salida
disminuye un poco (ver esquema 3). Los alta-
voces deben tener una potencia RMS mínima de:
Altavoz a 4 Ω: 60 W
Altavoz a 8 Ω: 50 W
Los esquemas 4 y 5 muestran las posibilidades
de conectar varios altavoces a un canal. Cuando
se conectan varios altavoces juntos, debe hacer-
se especial atención a conectar correctamente
los bornes positivo y negativo; además la impe-
dancia total debe ser de 4 Ω como mínimo.
3) Conectar seguidamente el cable de red (8) a una
toma 230 V~/50 Hz.
6
Utilización
Para evitar cualquier ruido fuerte al conectarlo, co-
nectar siempre el amplificador al final de una insta-
lación audio en el último instante, después los otros
aparatos, y desconectarlo primero.
1) Antes de la puesta bajo tensión, poner los poten-
ciómetros (2) y (3) totalmente hacia la izquierda a
"0".
2) Conectar el amplificador mediante el interruptor
POWER (6). El diodo ON (5) se ilumina.
3) Regular el nivel de salida del canal izquierdo
mediante el potenciómetro LEFT (2) y el nivel de
salida del canal derecho mediante el potenció-
metro RIGHT (3). Girarlos hasta obtener el volu-
men máx. deseado. En caso de sobrecargas, los
diodos CLIP (4) se iluminan: visor L para el canal
izquierdo, visor R para el canal derecho. En este
caso, girar los potenciómetros un poco en el otro
sentido.
geluidsvolume bereikt is. Bij oversturingen lich-
ten de CLIP-LED's (4) op: LED L voor het linker
kanaal, LED R voor het rechter kanaal. Draai de
regelaars dan iets terug.
7
Technische gegevens
Sinusvermogen (W
)
RMS
Stereo 4 Ω: . . . . . . . . . . 2 x 60 W
Stereo 8 Ω: . . . . . . . . . . 2 x 50 W
Max. uitgangsvermogen: . . 2 x 100 W
Ingangen
(ongebalanceerd): . . . . . . . 1 V/20 kΩ
Frequentiebereik: . . . . . . . 10 – 20 000 Hz
Signaal/Ruis-verhouding: . > 70 dB
Overspraakdemping: . . . . . > 50 dB
THD: . . . . . . . . . . . . . . . . . < 0,05 %
Voedingsspanning: . . . . . . 230 V~/50 Hz
Vermogensverbruik: . . . . . 310 VA
Omgevingstemperatuur: . . 0 – 40 °C
Afmetingen
(zonder montagebeugel): . 420 x 89 x 220 mm
2 HE
Gewicht: . . . . . . . . . . . . . . 7 kg
Opgemaakt volgens de gegevens van de fabrikant.
Deze behoudt zich het recht voor de technische
gegevens te veranderen.
7
Características técnicas
Potencia de salida RMS
Estéreo 4 Ω: . . . . . . . . . 2 x 60 W
Estéreo 8 Ω: . . . . . . . . . 2 x 50 W
Potencia de salida máxima: 2 x100 W
Entradas (asimétrica) : . . . 1 V/20 kΩ
Banda pasante: . . . . . . . . . 10 – 20 000 Hz
Relación señal/ruido: . . . . > 70 dB
Atenuación: . . . . . . . . . . . . > 50 dB
Tasa de distorsión: . . . . . . < 0,05 %
Alimentación: . . . . . . . . . . 230 V~/50 Hz
Consumo: . . . . . . . . . . . . . 310 VA
Temperatura de utilizacón: 0 – 40 ºC
Dimensiones
(sin soportes de montaje): 420 x 89 x 220 mm,
2 unidades de altura
Peso: . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 kg
Características según el fabricante.
Reservado el derecho de cualquier modificación.
NL
B
E
9