Briggs & Stratton Vanguard 540000 Manual Del Operador página 63

Ocultar thumbs Ver también para Vanguard 540000:
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 34
Tankdop
Brandstofkraan OPEN
Bediening
WAARSCHUWING 
Brandstof dampen zijn ontbrandbaar en explosief. Brand of explosies kunnen
brandwonden of de dood tot gevolg hebben.
Als u gas ruikt
De motor niet starten.
Schakel geen elektrische schakelaars aan.
Geen telefoon in de buurt gebruiken.
Verlaat de omgeving.
Neem contact op met de brandweer.
Wanneer u de machine bedient
Kantel de motor of machine niet tot een hoek die veroorzaakt dat er brandstof
gemorst wordt.
Wanneer u de locatie van de machine verplaatst
Zorg ervoor dat de brandstoftank LEEG is of dat de brandstofafsluitklep, indien
geïnstalleerd, in de stand GESLOTEN staat.
Aanbevolen olie
Oliecapaciteit: Raadpleeg het hoofdstuk Technische gegevens.
We adviseren voor de beste prestaties het gebruik van door Briggs & Stratton
gecertificeerde soorten olie. Andere hoogwaardige soorten reinigingsolie zijn
toegestaan, mits deze geschikt zijn voor SF, SG, SH, SJ of hoger. Gebruik geen
speciale additieven.
Bepaal met behulp van de tabel de beste viscositeit voor het verwachte bereik van
de buitentemperatuur. Motoren op tuinmachines functioneren goed met 5W-30
Synthetische olie. Voor machines die bij hoge temperaturen gebruikt worden, biedt
®
Vanguard
15W-50 synthetische olie de beste bescherming.
A
SAE 30 - Onder 40 °F (4 °C) leidt het gebruik van SAE 30 tot problemen bij het
starten.
B
10W-30 - Boven 80 °F (27 °C) kan het gebruik van 10W-30 leiden tot een
hoger olieverbruik. Controleer het oliepeil regelmatig.
C
5W-30
D
Synthetisch 5W-30
E
®
Vanguard
 Synthetisch 15W-50
Oliepeil controleren in extern oliereservoir
OPMERKING: Voordat u olie toevoegt of controleert, moet u ervoor zorgen dat de motor
waterpas staat.
OPGEPAST 
Deze motor werd door Briggs & Stratton zonder olie op transport gezet.
Machinefabrikanten of dealers kunnen olie aan de motor hebben toegevoegd.
Controleer voordat u de motor voor het eerst start of de olie op het juiste peil is. Vul olie
bij volgens de instructies in deze handleiding. Als u de motor start zonder olie, zal er
schade ontstaan en wordt de motor niet onder garantie gerepareerd.
1.
Reinig olievulgebied aan bovenzijde van extern reservoir.
2.
Verwijder de peilstok (A, afbeelding 5). Gebruik een schone doek om alle olie van
de peilstok te verwijderen.
3.
Brandstofkraan
GESLOTEN (DICHT)
4.
5.
6.
7.
Beschermingssysteem tegen laag oliepeil (indien
geïnstalleerd)
Op sommige motoren is een sensor voor laag oliepeil geïnstalleerd. Als het oliepeil laag
is, toont de sensor een waarschuwingslampje of stopt het de motor. Stop de motor en
voer deze stappen uit voordat u de motor start.
Aanbevolen brandstof
Brandstof moet aan de volgende vereisten voldoen:
®
 garantie
OPGEPAST 
Gebruik geen niet-goedgekeurde benzine zoals E15 en E85. Meng geen olie in de
benzine en pas de motor niet aan voor gebruik op alternatieve brandstoffen. Gebruik
van niet-goedgekeurde brandstoffen kan beschadiging van motoronderdelen tot gevolg
hebben, die niet onder de garantie worden gerepareerd.
Om het brandstofsysteem te beschermen tegen gomvorming en corrosie, mengt u
een alcoholvrije brandstofstabilisator en een ethanolbehandeling door de brandstof.
Raadpleeg het hoofdstuk Opslag. Niet alle brandstoffen zijn gelijk. Verander bij
start- of prestatieproblemen van tankstation of merk. Deze motor is gecertificeerd
om op benzine te lopen. Het emissieregelsysteem voor gecarbureerde motoren is
EM (motorwijzigingen). Het emissieregelsysteem voor motoren met elektronische
brandstofinjectie zijn ECM (motorbesturingsmodule), MPI (multi-poort injectie), TBI
(gasklephuis brandstofinjectie) en indien hiermee uitgerust een O2S (zuurstofsensor).
Grote hoogte
Bij hoogten boven 5.000 voet (1.524 meter) is benzine met een minimum van
85 octaan/85 AKI (89 RON) toegestaan.
Voor machines met carburator is afstelling voor werken op grote hoogte noodzakelijk
om een goede werking te behouden. Werking zonder deze aanpassing zal leiden
tot verminderde prestaties, verhoogd brandstofverbruik en verhoogde emissies.
Raadpleeg een erkende Briggs & Stratton servicedealer voor instructies over de
afstelling voor grote hoogtes. Het gebruik van de motor op hoogtes van minder dan
2.500 voet (762 meter) met de afstelling voor grote hoogtes wordt niet aanbevolen.
Bij motoren met elektronische brandstofinspuiting (EFI) is afstelling voor grote hoogten
niet nodig.
Brandstof bijvullen
WAARSCHUWING 
Brandstof en brandstofdampen zijn ontvlambaar en explosief. Brand of explosies
kunnen brandwonden of de dood tot gevolg hebben.
Wanneer u brandstof bijvult
1.
Steek de peilstok helemaal in de opening.
Verwijder de peilstok en lees het oliepeil af. Het correcte oliepeil is bovenaan bij de
indicator voor vol (B, afbeelding 5) op de peilstok.
Als oliepeil laag is, open de oliebijvuldop (C, afbeelding 5). Voeg langzaam olie toe
aan het externe oliereservoir (D). U mag NIET te veel olie bijvullen.
Controleer het oliepeil opnieuw. Steek de peilstok (A, afbeelding 5) helemaal naar
binnen.
Sluit de oliebijvuldop (C, afbeelding 5).
Zorg ervoor dat de motor waterpas staat.
Voer een controle van de olie uit. Raadpleeg het hoofdstuk Oliepeil
controleren.
Als het oliepeil laag is, moet u de correcte hoeveelheid olie bijvullen. Start de
motor en controleer of het waarschuwingslampje (indien geïnstalleerd) niet aan
gaat.
Als het oliepeil niet laag is, start de motor niet. Neem contact op met een
erkende servicedealer van Briggs & Stratton om het olieprobleem te verhelpen.
Schone, verse, loodvrije benzine.
Minimaal 87 octaan/87 AKI (91 RON). Zie hieronder voor gebruik op grote
hoogte.
Benzine met tot 10% ethanol (gasohol) is toegestaan.
Stop de motor. Wacht minimaal twee (2) minuten voordat u de brandstofvuldop
verwijdert om er zeker van te zijn dat de motor is afgekoeld.
Vul de brandstoftank in de buitenlucht of in een gebied met een goede
luchtstroming.
Doe niet te veel brandstof in de tank. Vul de brandstoftank niet voorbij de
onderkant van de vulhals omdat de brandstof uitzet.
Houd brandstof uit de buurt van vonken, open vuur, waakvlammen, hitte en
andere ontstekingsbronnen.
Controleer regelmatig de brandstofleidingen, brandstoftank, brandstofvuldop en
aansluitingen op scheuren of lekkages. Vervang beschadigde onderdelen.
Indien brandstof wordt gemorst, wacht tot deze verdampt is voordat u de motor
start.
Reinig het gebied rond de tankdop. Verwijder de tankdop.
63
loading

Este manual también es adecuado para:

Vanguard 610000