3.1 Besturen van een voertuig
Let op!
Op de vraag of en in hoeverre de drager van een armprothese in staat is een voertuig
te besturen, kan geen algemeen geldig antwoord worden gegeven. Dit hangt af van de
aard van de prothese en de handicap (amputatiehoogte, eenzijdig of tweezijdig, stomp-
conditie, constructie van de prothese, enz.) en van de individuele vaardigheden van de
armprothesedrager. Houd u beslist aan de nationale wettelijke voorschriften voor het
besturen van een voertuig en laat om verzekeringsrechtelijke redenen door een daartoe
geautoriseerde instantie controleren of en bevestigen dat u in staat bent een voertuig
te besturen. Over het algemeen adviseert Ottobock om het voertuig te laten aanpassen
in een gespecialiseerd bedrijf (bijv. aanbrengen van een stuurvork). Er moet absoluut
gewaarborgd zijn, dat risicoloze besturing van een voertuig met uitgeschakelde Trans-
carpal Hand mogelijk is. Wanneer er bij het rijden met ingeschakelde Transcarpal Hand
besturingsfouten optreden, kunnen de medeweggebruikers in gevaar worden gebracht.
4 Service
Bij alle beweegbare onderdelen kan slijtage voorkomen. Daarom is een jaarlijkse service onont-
beerlijk. Daarbij wordt de complete systeem-elektrohand in een Ottobock Service werkplaats
gecontroleerd, eventueel bijgesteld en geolied. Bovendien worden versleten onderdelen zo nodig
vervangen.
(afb. 1):
5 Onderdelen
(1) 1 st. Transcarpaalhand DMC plus 8E44=6/ Transcarpaalhand Digital Twin 8E44=7
(2) 1 st. ingietplaat
(3) 1 st. lamineerafdekking
(4) 1 st. systeem-binnenhand
(5) 1 st. kabellamineerafdekking
(6) 1 st. 7 mm speciale ringsleutel
(7) 1 st. aansluitkabel
(8) 1 st. kabelafdichting
(9) 1 st. speciaal twijndraad voor systeem-binnenhand
6 Algemeen
Kiezen van de gebruiksmodi (afb. 7, 8 en 9)
Voor een optimale afstemming op de patiënt heeft zowel de DMC plus-besturing als de Digital
Twin-besturing twee programmavarianten die door middel van het aansluiten of afkoppelen van
de functiestekker 13E185 gekozen kunnen worden.
Om van gebruiksmodus te wisselen, trekt u de binnenhand gedeeltelijk omlaag, zodat de func-
tiestekker toegankelijk is. Breng de binnenhand daarna weer terug op zijn plaats. Om ervoor te
zorgen dat het systeem de nieuwe gebruiksmodus herkent, moet u de accu even uit de prothese
halen en vervolgens weer terugplaatsen (= reset).
De functie van de gebruiksmodi wordt beschreven onder de volgende punten bij de desbetref-
fende besturing.
60 | Ottobock
Transcarpal Hand DMC plus 8E44=6 / Transcarpal Hand Digital Twin 8E44=7