Nederlands
STANDAARD ACCESSOIRES
(1) Oogbescherming ....................................................... 1
(2) Acculader ................................................................... 1
(3) Tas .............................................................................. 1
(4) Imbus-steeksleutel voor M5-schroef ....................... 1
OPTIONELE TOEBEHOREN .......... losse verkoop
Gaspatroon ..................................... Code-Nr. 753-600
Smeerolie voor Gas-stripspijkerapparaat
250 cc (8 oz.) olietoevoer ............. (Code-Nr. 885-246)
TOEPASSINGEN
Bevestigen van een gordijnrailaanslag aan beton
Bevestigen van hout aan beton
Bevestigen van een pijpklem aan beton
OPLADEN
Vóór gebruik van het krachtgereedschap, dient u de
batterij als volgt op te laden.
1. Plaats de batterij in de oplader
Plaats de batterij in de juiste richting in de oplader,
totdat de batterij de bodem van de oplader raakt (Zie
Afb. 2).
WAARSCHUWING
De oplader UC7SD is exclusief ontworpen voor de
gespecificeerde batterijen en kan geen andere
batterijen opladen. Deze kunnen uitsluitend de
opgegeven batterijen opladen. Het is evenwel
mogelijk om andere batterijen dan de opgegeven
typen in de laders te doen en ook is het mogelijk dat
dan het lampje oplicht. U wordt echter met klem
verzocht geen andere accu's dan de gespecificeerde
met deze laders te gebruiken, daar deze accu's niet
alleen niet opgeladen zullen worden, maar
bovendien kunnen leiden tot storingen aan de laders.
2. Sluit het snoer van de oplader aan op een stopkontakt
Wanneer het snoer aangesloten wordt, wordt de
oplader ingeschakeld (de indikator gaat branden).
LET OP
Als het kontrolelampje niet oplicht, trek dan het
netsnoer uit het stopkontakt en kontroleer de
montagerichting van de batterij.
Ongeveer 60 minuten is vereist om de batterij volledig
op te laden wanneer de temperatuur 20°C is.
Wanneer de batterij volledig opgeladen is, gaat het
kontrolelampje uit.
Het opladen zal langer duren bij lage temperatuur of
wanneer de spanning van de stroombron te gering is.
Als het kontrolelampje ook na 120 minuten opladen nog
niet dooft, stop dan met opladen en neem dan kontakt
op met uw BEVOEGDE HITACHI ONDERHOUDSDIENST.
LET OP
Als de batterij aan direct zonlicht blootstaat na
gebruik, is het mogelijk dat het kontrolelampje niet
aan gaat.
3. Verwijder de stekker uit het stopkontakt
4. Houd de oplader stevig vast en trek de accu eruit
OPMERKING
Verwijder na gebruik eerst de batterijen uit de lader
en bewaar de batterijen op de juiste manier.
57
Betreffende het ontladen raken van nieuwe batterij
e.d.
Aangezien bij nieuwe en langdurig niet gebruikte
batterij de chemische aktiviteit is teruggelopen, zal
de stroomopbrengst bij het eerste en tweede gebruik
slechts gering zijn. Dit is een tijdelijk verschijnsel; de
normale oplaadtijd kan hersteld worden door de accu
2 à 3 maal bij kamer-temperatuur op te laden.
Om langdurig gebruik van de batterij te bevorderen.
(1) Laad batterij op vóórdat ze volledig uitgeput zijn.
Merkt u dat de gevoede apparatuur minder krachtig
gaat werken, onderbreek dan het gebruik en laad de
batterij op. Als u apparatuur op batterijvoeding te lang
blijft gebruiken, kan dit leiden tot teruglopen van de
batterijwerking en eventueel zelfs beschadiging ervan.
(2) Verricht het opladen niet bij hoge temperatuur.
Een oplaadbare batterij zal onmiddellijk na gebruik
gewoonlijk erg warm zijn. Als u een dergelijke batterij
onmiddellijk gaat opladen, zal de chemische balans
in het inwendige verstord worden en zal de
levensduur van de batterij afnemen. Laat de batterij
daarom even afkoelen, voor u met opladen begint.
VOORBEREIDINGEN VOOR HET GEBRUIK
WAARSCHUWINGEN
Geen ontvlambare gassen, vloeistoffen of anderszins
ontvlambare objecten in de werkomgeving.
Gebruik buiten of in goed geventileerde ruimtes.
Inhaleer niet.
Houdt het gereedschap, het gaspatroon en de oplader
uit de zon en temperaturen boven 50°C.
Blijf uit de buurt van vonkende bronnen – niet roken.
Maak de ruimte vrij van kinderen en onbevoegd
personeel.
Bewaar het gereedschap, het gaspatroon en de
oplader niet in een koude omgeving. Houd het
gereedschap, het gaspatroon en de oplader tot aan
gebruik op een warme plek.
Indien het gereedschap, het gaspatroon en de oplader
koud zijn, dient u het geheel eerst warm te laten
worden voordat u het gaat gebruiken. Houd de
temperatuurslimiet van 50°C in de gaten.
Stel niet bloot aan open vuur en vonken!
Dit gereedschap draait mogelijk niet op volle toeren
wanneer:
– de temperatuur te laag waardoor de kracht van het
drijfgas afneemt.
– de temperatuur te hoog is en de concentratie van
het drijfgas te hoog wordt.
Gebruik het gereedschap niet in de regen of op
plekken waar het zeer vochtig is.
Het wordt niet aanbevolen dit gereedschap te
gebruiken boven een hoogte van 1500 meter, of bij
temperaturen onder 0°C .
1. Gaspatroon
Het bevestigen van de meetklep op een gaspatroon:
(1) Maak de meetklep en het deksel los van het
gaspatroon (Zie Afb. 3 (1)).
(2) Duw naar voren (steelzijde) en naar beneden aan de
voorkant van de meterklep (Zie Afb. 3 (2)).
(3) Druk naar beneden aan de achterkant van de
meetklep, totdat het sluit (Zie Afb. 3 (3)).