nEDERLanDs
2. Laat de beschermkap over het spouwmes
in de uitsparing valt.
3. Draai de beschermkap in horizontale positie.
WAARSCHUWING: Gebruik de machine nooit als tafelzaag zonder deze beschermkap.
Monteren en afstellen van de zij-aanslag (Afb. O1–O5)
De parallelaanslag
22
kan aan beide kanten van het zaagblad worden geplaatst.
1. Schuif de houder
107
erop van links of rechts (Afb. O1). De klemplaat haakt vast achter de
voorrand van de tafel.
2. Schuif de aanslag vlak tegen het zaagblad aan.
3. Duw de hendel
omlaag om de aanslag op zijn plaats te vergrendelen.
108
4. Controleer of de geleider parallel aan het blad loopt.
Het afstellen geschiedt als volgt:
1. Draai de blokkeerknoppen
109
los en schuif de aanslag naar achteren om toegang te
verkrijgen tot de afstelbouten
110
in de bovenkant van de aanslag (Afb. O2).
2. Draai met behulp van de steeksleutel de stelbouten los die de aanslaghouder op de
geleidersteun vastzetten.
3. Pas de geleider zodanig aan, dat deze parallel aan het blad loopt door de afstand tussen
het blad en de geleider aan de voorkant en aan de achterkant van het blad te controleren.
4. Zet zodra de aanpassing is uitgevoerd de stelbouten weer vast en controleer nogmaals of
de geleider parallel aan het blad loopt.
5. Controleer of de wijzer
111
nul aanwijst op de schaal (Afb. O3). Als de wijzer niet exact
nul aanwijst, draai dan de schroef
112
de schroef vast.
De standaard opstelling van de aanslag is aan de rechterkant van het zaagblad. Om
de aanslag voor gebruik aan de linkerkant van het zaagblad voor te bereiden, gaat
u als volgt te werk (afb. O4):
1. Verwijder de blokkeerknoppen
109
.
2. Schuif het aanslagprofiel
uit de klemsteun.
113
3. Draai de klemsteun
114
om en breng de blokkeerknoppen weer aan.
4. Schuif de aanslag op de klemsteun.
5. Draai de knoppen aan.
De aanslag is omkeerbaar: het werkstuk kan langs de aanslagkant van 75 mm hoog
of langs de aanslagkant van 11 mm hoog worden geleid, zodat het duwhout ook bij
het langszagen van dunne werkstukken kan worden gebruikt (Fig O5).
1. Draai, om de zijde van 11 mm te gebruiken, de blokkeerknoppen
aanslag
113
uit de klemsteun
114
.
2. Draai de aanslag en laat de klemsteun weer in de groef vallen, zoals weergegeven (Afb.
O5).
3. Schuif, om de volledige hoogte van 75 mm te gebruiken, de aanslag met de brede zijde
verticaal in de klemsteun (Afb. O4).
WAARSCHUWING: Gebruik het 11 mm profiel om bij het zagen van dunne werkstukken
ervoor te zorgen dat tussen het zaagblad en de aanslag nog ruimte is voor het duwhout.
De achterkant van de aanslag moet gelijk zijn met de voorkant van het spouwmes.
Omstellen van tafelzaag tot verstekzaag (Afb. A3, E, L1, L2)
1. Verwijder de parallelle langsgeleiding
2. Verwijder de bovenste beschermkap
21
3. Plaats de beschermkap
63
terug onder de zaagtafel (Afb. E).
4. Ga te werk als beschreven in Omdraaien van de zaagkop en tafel.
5. Draai bout
van het spouwmes los en verwijder het spouwmes
96
de zaagbladbeschermkap
8
vasthoudt (Afb. L1). OPMERkInG: Draai de bout vast
nadat u het spouwmes hebt verwijderd, zodat de bout niet de verplaatsing van de
zaagbladbeschermkap kan belemmeren.
6. Laat de zaagbladbescherming zakken.
7. Plaats het spouwmes
20
in zijn opbergpositie in de binnenkant van het onderstel
(Afb. A3).
8. Breng de glijdende langsgeleiding
7
BEDIENING
Instructies voor gebruik
WAARSCHUWING: Houd u altijd aan de veiligheidsinstructies en van toepassing
zijnde voorschriften.
WAARSCHUWING: Om het gevaar op ernstig persoonlijk letsel te verminderen,
zet u het gereedschap uit en ontkoppelt u het van de stroomvoorziening, voordat
u enige aanpassing maakt of hulpstukken of accessoires verwijdert/installeert.
Het onbedoeld opstarten kan letsel veroorzaken.
WAARSCHUWING:
•
Zet het werkstuk stevig vast.
•
Oefen geen overmatige druk uit op de machine. Geef geen zijdelingse druk op
het zaagblad.
•
Voorkom overbelasting.
Het is belangrijk dat de machine wordt geplaatst overeenkomstig uw ergonomische condities
waar het betreft hoogte en stabiliteit van het werkblad. De plaats van de machine moet zo
worden gekozen dat de gebruiker een goed overzicht heeft en voldoende ruimte rond de
machine heeft voor het zonder enige beperkingen werken met het werkstuk. Verminder de
68
zakken. Zorg ervoor dat de as van de bout
20
los, beweeg de wijzer zodat hij 0° aangeeft en draai
109
los en schuif de
22
, als die is gemonteerd (Afb. A3).
.
, terwijl u
20
weer in positie (Afb. L2).
effecten van trillingen door ervoor te zorgen dat de omgevingstemperatuur niet te koud is,
de machine en de accessoires goed zijn onderhouden en dat de omvang van het werkstuk
geschikt is voor deze machine.
Voor gebruik:
•
Breng het juiste zaagblad aan. Gebruik geen overmatig versleten zaagbladen. Het
zaagblad moet geschikt zijn voor het maximum toerental van de machine.
•
Probeer niet om extreem kleine werkstukken te zagen.
•
Oefen bij het zagen geen overmatige druk op het zaagblad uit.
•
Forceer het zagen niet.
•
Laat de motor voor het zagen op volle toeren komen.
•
Zorg er voor dat alle knoppen en hendels goed vastgedraaid zijn.
In- en uitschakelen (Afb. A1, P1–P3)
De machine heeft twee onafhankelijke schakelsystemen. In de verstekzaagmodus wordt
de bedieningsschakelaar
11
gebruikt (Afb. P1). In de tafelzaagmodus wordt de aan/uit-
schakelaar
1
gebruikt (Afb. P2). In de schakeldoos is een bescherming tegen overbelasting
van de motor met handmatige reset geïntegreerd. Neem de volgende maatregelen bij een
stroomonderbreking:
•
Controleer of de machine is uitgeschakeld.
•
Druk op de resetknop
142
.
Verstekzaagmodus (Afb. P1)
De schakelaar is voorzien van een gat
122
uit bedrijf te vergrendelen.
•
Druk de bedieningsschakelaar
11
in om de machine te starten.
•
Stop de machine door de schakelaar los te laten.
Tafelzaagmodus (Afb. P2, P3)
De aan/uit-schakelaar biedt een aantal voordelen:
Spanningsloze uitschakeling: wordt de spanning om een of andere reden uitgeschakeld, dan
moet de schakelaar opnieuw ingedrukt worden.
extra veiligheid: het veiligheidsdeksel
123
de gaten
124
&
125
te steken. De plaat dient ook als een gemakkelijk bereikbare stopknop
omdat u met een druk op de voorzijde van de plaat ook de stopknop kunt indrukken.
•
Druk op de groene startknop
126
om de machine in te schakelen.
•
Druk op de rode stopknop
127
om de machine uit te schakelen.
Vergrendelen van de schakelaars
•
Om onbevoegd gebruik van de machine te voorkomen, vergrendelt u beide schakelaars
met behulp van hangsloten.
Basis zaagsneden
WAARSCHUWING: Wanneer u bepaalde extreme hoeken wilt zagen, zult u de linker of
rechter langsgeleiding misschien moeten verwijderen.
U kunt de linker langsgeleiding
7
verwijderen door de afstellingsknop
te draaien en de langsgeleiding naar buiten te schuiven (Afb. Q3).
Plaats de langsgeleiding altijd weer voor het maken van rechtse zaagsneden.
Zagen in de verstekzaagmodus
Het is gevaarlijk en verboden om de zaag zonder beschermkappen te gebruiken. Let erop dat
de beschermkappen juist zijn gemonteerd alvorens met zagen te beginnen.
•
Zorg ervoor dat de beschermkap onder de tafel niet verstopt raakt met zaagsel.
•
Zet het werkstuk altijd klem wanneer u niet-ijzerhoudende metalen zaagt.
Algemene bediening
•
Bij gebruik als verstekzaag wordt de zaagkop automatisch vergrendeld in de
bovenste ruststand.
•
De zaagkop wordt ontgrendeld door de beschermkap-ontgrendeling in te drukken. De
beweegbare onderbeschermkap wordt geopend door de zaagkop te bewegen.
•
Probeer nooit de onderste beschermkap tegen te houden wanneer deze, na het voltooien
van de zaagsnede, weer naar rustpositie terugkeert.
•
Het afgezaagde materiaal moet minimaal 10 mm lang zijn.
•
Voor het zagen van korte werkstukken (min. 190 mm links of rechts van het zaagblad),
raden wij u aan de optionele materiaalklem te gebruiken.
•
Bij het zagen van dunwandige PVC profielen is het aan te bevelen een houtprofiel onder
het materiaal te plaatsen, zodat het wordt ondersteund op die punten waar dit vereist is.
Het werkstuk vastklemmen (Afb. A5, M)
WAARSCHUWING: Een werkstuk dat voor een zaagsnede is vastgeklemd,
uitgebalanceerd en bevestigd, kan uit balans raken wanneer de zaagsnede is voltooid.
Een niet-uitgebalanceerde belasting kan de zaag of alles waar de zaag op is bevestigd,
zoals een tafel of een werkbank, doen kantelen. Ondersteun, wanneer u een zaagsnede
maakt die het werkstuk uit de balans kan brengen, het werkstuk goed en zorg ervoor dat
de zaag stevig met bouten is vastgezet op een stabiel oppervlak. Persoonlijk letsel kan het
gevolg zijn.
WAARSCHUWING: De klemvoet moet steeds boven de grondplaat van de zaag
vastgeklemd blijven, wanneer de klem wordt gebruikt. Klem het werkstuk altijd vast op de
grondplaat van de zaag – niet op een andere onderdeel van het werkgebied. Controleer
dat de klemvoet niet op de rand van de grondplaat van der zaag is geklemd.
om een hangslot door te steken om de schakelaar
kan worden vergrendeld door een hangslot door
91
enkele slagen los