6. Inbedrijfstelling
De werkzaamheden in dit hoofdstuk mogen alleen
door een elektromonteur worden uitgevoerd.
6.1
Configureren
In het bovenstuk van de behuizing bevinden zich 4 confi-
guratieschakelaars en 2 draaicoderingsschakelaars, waar-
mee het apparaat geconfigureerd kan worden.
1
2
S4
3
4
S3
S2
Afb. 9: Configureren
4 × configuratieschakelaar S4
De configuratieschakelaars S4.3 en S4.4 hebben geen
functie.
Blauwe draaicoderingsschakelaar S3
Witte draaicoderingsschakelaar S2
Nadat de configuratie is uitgevoerd, is een her-
start vereist.
6.1.1
Toon instellen
De toon die bij het starten van het laden wordt gegeven,
is via configuratieschakelaar S4.1 instelbaar.
Î "Afb. 9: Configureren"
Stand
Configuratieschakelaar
S4.1 = 1 (ON)
Configuratieschakelaar
S4.1 = 0 (OFF)
(standaardinstelling)
f Instelling zoals gewenst uitvoeren.
Toon
Toon uitgeschakeld
Toon ingeschakeld
6.1.2 Kleurschema instellen
De kleuren van de symbolen "Stand-by" en "Laden" op
het LED-infoveld zijn via configuratieschakelaar S4.2
instelbaar.
Î "Afb. 9: Configureren"
Stand
Configuratieschakelaar
S4.2 = 1 (ON)
Configuratieschakelaar
S4.2 = 0 (OFF)
(standaardinstelling)
f Instelling zoals gewenst uitvoeren.
6.1.3 Bedrijfsmodi instellen
Via de draaicoderingsschakelaar kunnen de bedrijfsmodi
worden ingesteld. Voor het instellen is het gebruik van
een sleufschroevendraaier nodig.
Î "Afb. 9: Configureren"
Î "3.4 Bedrijfsmodi"
Blauwe draaicoderingsschakelaar S3: maximale laad-
stroom
Stand(en)
0, 1, 2 en 3
16 A
4
13 A
5
10 A
6
8 A
7
6 A
De standen "8" en "9" zijn niet bezet. Wanneer
de blauwe draaicoderingsschakelaar S3 op
stand "8" of "9" is ingesteld, wordt een storing
aangegeven.
Kleurschema
LED "Stand-by" = groen
LED "Laden" = blauw
LED "Stand-by" = blauw
LED "Laden" = groen
Maximale laadstroom
NL
15