Oneigenlijk Gebruik; Fundamentele Veiligheidsinstructies; Kwalificatie; Correcte Toestand - Mennekes AMTRON Compact 3,7/11 C2 Manual De Instrucciones

Lees en volg deze instructies en alle aanvullende docu-
mentatie voor het gebruik van het apparaat.

2.3 Oneigenlijk gebruik

Het gebruik van het apparaat is alleen veilig bij gebruik
volgens de voorschriften. Elk ander gebruik alsmede wijzi-
gingen aan het apparaat zijn in strijd met de voorschriften
en daarom niet toegestaan.
De exploitant is verantwoordelijk voor het reglementair
gebruik en het veilige gebruik. MENNEKES Elektrotechnik
GmbH & Co. KG kan niet aansprakelijk worden gesteld
voor de gevolgen door verkeerd gebruik.

2.4 Fundamentele veiligheidsinstructies

2.4.1 Kwalificatie

Sommige werkzaamheden in deze handleiding verei-
sen vakkennis van elektrotechniek. Worden activiteiten
bij gebrek aan kennis en kwalificatie uitgevoerd, kan dit
tot zware ongevallen en tot de dood leiden.
f Voer alleen werkzaamheden uit waarvoor u gekwa-
lificeerd en geïnstrueerd bent.
f Neem de aanwijzingen voor elektromonteurs in
deze handleiding in acht.

2.4.2 Correcte toestand

Beschadigd apparaat
Vertoont het apparaat schade of gebreken, bijv. een
defecte behuizing of ontbrekende onderdelen, dan
kunnen personen ernstig letsel oplopen door een elek-
trische schok.
f Voorkom botsingen en verkeerde behandeling.
f Gebruik het apparaat niet in geval van schade /
defecten.
f Markeer beschadigde apparatuur zodat deze niet
door anderen wordt gebruikt.
f Laat eventuele schade onmiddellijk door een elek-
tromonteur verhelpen.
4
Ondeskundig onderhoud
Ondeskundig onderhoud kan de bedrijfsveiligheid van
het apparaat in gevaar brengen en ongelukken veroor-
zaken. Daardoor kunnen personen zwaar letsel oplo-
pen of overlijden.
f Let op het onderhoudsschema.
f Belast een elektromonteur met regelmatig onder-
houd.

2.4.3 Toezichtplicht in acht nemen

Personen, met name kinderen, die de mogelijke geva-
ren niet of slechts in beperkte mate kunnen inschatten,
vormen een gevaar voor zichzelf en anderen.
f Houd uit de buurt van het apparaat en de laadka-
bel.
f Houd dieren uit de buurt van het apparaat en de
laadkabel.

2.4.4 Laadkabel zoals voorgeschreven gebruiken

Gevaren zoals elektrische schokken, kortsluiting of
brand kunnen het gevolg zijn van verkeerd gebruik
van de laadkabel.
f Raak de contactpennen niet aan.
f Gebruik geen adapterstekkers of verlengkabels.
f Vermijd knikken, scherpe randen, belastingen en
stoten.
f Vermijd knoopvorming van de laadkabel.
f Rol de laadkabel bij het laden volledig af.
f Laadkabel alleen direct aan de stekker uit de laad-
contactdoos trekken.
f Als de laadkabel niet wordt gebruikt de bescherm-
kap gebruiken.
f Plaats de laadkabel niet onder trekspanning.

2.4.5 Orde houden

Een rondslingerende laadkabel is een struikelblok. Op
het apparaat aanwezige voorwerpen kunnen vallen.
f Minimaliseer struikelgevaar.
f Berg de laadkabel zoals voorgeschreven op of
gebruik de kabelophanging wanneer het laadpro-
ces beëindigd is.
f Leg geen voorwerpen op het apparaat.