5.2 Bediening
De voorbereiding van het apparaat
Vóór het aanzetten van het apparaat dienen de binnen-, en buitenkant van het
•
apparaat te worden gereinigd met behulp van een zacht, vochtig doekje en een mild
reinigingsmiddel.
Vóór het eerste gebruik van het apparaat, dient deze eerst zonder gerechten te worden
•
opgewarmd om eventuele onaangename geurtjes als gevolg van de warmte-isolatie te
verwijderen. Voor dit doel de temperatuurregelaar op 200°C zetten, en de tijdregelaar
op 30 minuten. Vervolgens de deuren openen om de geurrestjes te laten ontsnappen.
Instellingen
Het proces van warmtebehandeling in een convectie-oven gebeurd als gevolg van
•
gelijkmatige warmteverdeling in de gaarruimte. De lucht wordt verwarmd door de
verwarmer en verspreid door de ventilator.
Het voordeel van een convectie-oven is dat ook diverse gerechten tegelijkertijd kunnen
•
worden bereid (als de vereiste kooktemperatuur met elkaar overeenkomt), waarbij de
verschillende smaken van voedsel niet met elkaar mengen.
TIP!
Vóór elk gebruik de convectie-oven goed verwarmen. De temperatuur op ong.
30 °C hoger instellen dan aanbevolen, om een gelijkmatig effect te verkrijgen.
Het apparaat aanzetten met behulp van de hoofdregelaar-tijdregelaar, instellen met de
•
wijzers van de klok mee op positie 5 - 10.
De juiste temperatuur instellen (0 °C-300 °C) met behulp vande temperatuurregelaar.
•
Het controlelampje verwarming brandt. Als de gewenste ingestelde tijd is bereikt, zal
het verwarmingselement uit gaan en het controlelampje verwarming dooft.
Nu kunnen de gerechten in de gaarruimte van de oven worden gezet.
•
Met behulp van de hoofdregelaar / tijdsregelaar de juiste tijd instellen. Het
•
controlelampje brandt als de regelaar is ingesteld. De ventilator werkt.
Na het verstrijken van de ingestelde tijd, zal het apparaat automatisch uitgaan.
•
De bereidde gerechten eruit nemen.
•
- 103 -