gebruik met chirurgische instrumenten verkrijgbaar om het vuil vochtig te
houden.
Stap 2: Spoelen: Spoel het instrument twee (2) minuten grondig met
gedestilleerd water om het voorreinigingsmiddel te verwijderen.
Stap 3: Instrumenten doorspuiten: Gebruik een waterstraalpistool om
instrumenten via de spoelpoort met 50 ml gedestilleerd water door te
spuiten om voorafgaand aan demontage losse resten te verwijderen.
Stap 4: Weken in enzymoplossing: Demonteer de instrumenten
volgens de instructies hierboven. Vergewis u ervan dat alle inzetstukken
open zijn voordat u de volledig gedemonteerde instrumenten onderdompelt
in een enzymoplossing die specifiek bedoeld is voor gebruik met
chirurgische instrumenten. Bereid de oplossing en gebruik deze volgens
de aanwijzingen van de enzymfabrikant voor correcte verdunning en
temperatuur.
Stap 5: Spoelen: Na tien (10) minuten uit het enzymatisch weekmiddel
verwijderen en twee (2) minuten grondig afspoelen met gedistilleerd water.
Stap 6: Instrumenten reinigen: Kies een reinigingsoplossing die geschikt
is voor chirurgische instrumenten en volg de gebruiksinstructies van de
fabrikant.
U wordt geadviseerd detergentia met neutrale pH te gebruiken om corrosie,
putvorming en breuk te vermijden.
• Gebruik een kleine schone handborstel om het vuil van alle oppervlakken
van het instrument te verwijderen terwijl het in de oplossing is
ondergedompeld.
• Gebruik nooit staalwol, draadborstels, scalpelbladen of zeer sterk
schurende reinigingsmiddelen of schoonmaakmiddelen om vuil te
verwijderen, aangezien hierdoor de beschermende oppervlakte van het
instrument beschadigd raakt en er corrosie ontstaat.
• Gebruik voor het reinigen van het werkkanaal van de schachtonderdelen
een schone zachte borstel.
• Verwijder vuil van de kaken, uiteinden van inzetstukken en
scharniermechanismen. Spuit de kanalen twee (2) minuten grondig door
met gedestilleerd water.
Stap 7: Spoelen: Spoel de instrumenten twee (2) minuten grondig met
gedestilleerd water en veeg ze af met een schone, zachte doek.
Stap 8: Ultrasoon reinigen en spoelen: Volg de aanbevelingen van de
fabrikant van het ultrasone apparaat voor cyclustijden, reinigingsmiddelen,
de correcte plaatsing van de instrumentlade en de conditionering
("ontgassing") van de reinigingsoplossing.
• Vergewis u ervan dat de instrumenten volledig gedemonteerd zijn en dat
uiteinden van inzetstukken open zijn.
• Nadat grove vuilresten verwijderd zijn, gebruikt u een ultrasoon
reinigingsapparaat om vuil van moeilijk te bereiken oppervlakken zoals
groeven, spleten en bewegende delen te verwijderen.
• Houd verschillende metalen gescheiden (d.w.z. scheid roestvrij staal
van niet-geanodiseerd aluminium, messing, koper en verchroomde
instrumenten om mogelijke overdracht van de ene metaalbekleding naar
de andere te voorkomen).
• Plaats instrumenten in een roestvrijstalen instrumentlade met
geperforeerde bodem. Plaats de lade in de ultrasone reiniger.
Stap 9: LAATSTE SPOELING: twee (2) minuten grondig spoelen met
gedestilleerd water.
Stap 10: Visuele inspectie en montage van instrumentenset: Controleer
visueel of het instrument schoon is en zorg ervoor dat alle onderdelen
correct werken wanneer u de set monteert.
Stap 11: Smeren: U wordt geadviseerd voor het steriliseren van de
instrumenten een in water oplosbaar instrumentensmeermiddel te
gebruiken dat compatibel is met de sterilisatiemethode.
• Na grondige reiniging van de instrumenten zorgt het juiste gebruik
van smeermiddelen ervoor dat de scharnierende delen vrijelijk blijven
bewegen en dat het oppervlak beschermd is tegen minerale afzettingen.
• Een juiste smering is voor alle instrumenten vereist, onafhankelijk van de
oppervlaktebedekking.
• Denk eraan dat door ultrasoon reinigen al het smeermiddel verwijderd
wordt, deze onderhoudsstap moet dan ook routinematig uitgevoerd
worden na ultrasone reiniging en voorafgaand aan sterilisatie.
Stap 12: Drogen: Voordat instrumenten worden ingepakt voor sterilisatie
of opslag, moeten ze helemaal droog zijn. Bereid instrumentensets
voor op sterilisatie met een omslag, zoals een polypropyleendoek
of katoenmousseline, die geschikt is voor de te gebruiken
stoomsterilisatiemethode.
B. MECHANISCHE DECONTAMINATIE
Voer stap 1-5 onder "Voorreiniging" en "Reiniging" van hoofdstuk
A. Handmatige decontaminatie uit.
Volg bij gebruik van een automatische wasmachine-sterilisator of
wasmachine-desinfector de aanwijzingen van de fabrikant voor algemene
chirurgische instrumentatie op.
Aanbevolen parameters voor automatische wasmachines voor het
verwijderen van grote hoeveelheden vuil:
Behandeling
Tijd (mm:ss)
Voorweken
2:00
Enzymatisch wassen
4:00
Wassen (reinigen)
2:00
Spoelen
2:00
Drogen
15:00
Haal de instrumenten uit de automatische wasmachine.
Voer stap 9-12 onder A. Handmatige Decontaminatie REINIGING uit
voor de laatste spoelstap, de visuele inspectie, smering en het drogen van
de instrumenten voorafgaand aan de eindsterilisatie.
C. EINDSTERILISATIE
Nadat u de aanbevelingen voor decontaminatie hebt gevolgd, zijn de
herbruikbare instrumenten gereed voor sterilisatie.
VOORZICHTIG
De demonteerbare endoscopische instrumenten van Integra
tijdens het steriliseren volledige gedemonteerd en open zijn.
Stap 1: Maak de instrumenten klaar voor sterilisatie: Demonteer en
open alle instrumentonderdelen. Zorg ervoor dat alle externe en interne
oppervlakten aan het steriliserende middel blootgesteld worden (bijv. door
alle gescharnierde inzetstukken en spoelpoorten te openen).
Stap 2: Verwerk de instrumenten in een voorvacuüm sterilisatiekamer zoals
hieronder aangegeven.
In de normen ANSI/AAMI ST79:2006, A1:2008 en A2:2009 wordt
geadviseerd ook de schriftelijke aanwijzingen van de fabrikant van de
sterilisator voor de cyclusparameters op te volgen. De aanwijzingen van
de fabrikant van medisch hulpmiddelen kunnen langere sterilisatietijden
bij een bepaalde temperatuur aangeven dan de minimale duur die door
de fabrikant van de sterilisator aangegeven wordt, zij mogen echter nooit
korter zijn. De gebruiker draagt de verantwoordelijkheid om te bepalen of de
sterilisator aan de minimale aanbevelingen voldoet.
Aanbevolen stoomsterilisatieparameters om een gegarandeerd
steriliteitsniveau (SAL) van 10
Sterilisatortype
Voorvacuüm
Uitsluitend voor de EU
Sterilisatortype
Voorvacuüm
WAARSCHUWING
Als dit instrument gebruikt is/werd bij een patiënt waarvan bekend of
gedacht wordt dat hij/zij de ziekte van Creutzfeldt-Jakob (CJD) heeft, mag
het niet hergebruikt worden en moet het vernietigd worden, omdat het niet
Temperatuur
mogelijk is het instrument zodanig opnieuw te verwerken of te steriliseren
25 °C (77 °F)
dat de kans op kruiscontaminatie nihil is.
60 °C (140 °F)
OPSLAGCONDITIES
Bewaar op geschikte wijze verpakte en gesteriliseerde instrumenten in een
55 °C (131 °F)
droge, schone en stofvrije omgeving.
70 °C (158 °F)
ONDERHOUDSPROCEDURES
80 °C (176 °F)
Door incorrect, inefficiënt en onvoldoende onderhoud wordt de levensduur
van een instrument sterk verkort en komt de garantie van het instrument te
vervallen.
Bescherm instrumenten: Door het gebruik van gedeïoniseerd water,
zorgvuldig voorreinigen, het gebruik van oplossingen met neutrale pH, het
opvolgen van de aanwijzingen van de fabrikant en visuele inspectie blijven
de instrumenten langer nauwkeurig functioneren en vlekvrij.
Bepaalde verbindingen hebben een sterk corrosieve uitwerking op roestvrij
staal en veroorzaken ernstige schade.
Instrumenten mogen nooit worden blootgesteld aan:
Koningswater
IJzerchloride
Jarit
moeten
®
®
Zoutzuur
-6
te verkrijgen:
Configuratie
Temperatuur
Blootstel-
lingsduur
Ingepakt
132 °C (270 °F)
4 minuten
Configuratie
Temperatuur
Blootstel-
lingsduur
Ingepakt
134 °C (273 °F)
3 minuten
Jodium
Zwavelzuur