6. R-82FBST Dutch
Diepvriesgerechten kunnen in de magnetron in één
keer worden ontdooid en tegelijkertijd worden
gekookd. In de tabel vindt u hier van enkele
voorbeelden. Zie blz. 169. Let u bovendien op de
algemene aanwijzingen bij "ver warmen" en
"ontdooien" van voedsel.
Let bij het kopen van vlees op, dat de stukken
●
zoveel mogelijk van gelijke grootte zijn. Op die
manier krijgt u een goed kookresultaat.
Vlees, vis en gevogelte voor de bereiding
●
grondig wassen onder stromend koud water en
met keukenpapier betten. Daar na zoals
normaal verder werken.
Rundsvlees dient goed behangen te zijn en
●
weinig pezen te bevatten.
Ondanks de gelijkmatige grootte van de
●
vleesstukken kan het kookresultaat verschillend
zijn. Dit hangt onder andere af van het soort
Let bij het kopen van groenten op, dat de
●
stukken zoveel mogelijk van gelijke grootte zijn.
Dit is vooral van belang, wanneer u de
groenten heel wilt koken (bijv. ongeschilde
aardappelen).
Groenten voor de bereiding wassen, panklaar
●
maken en pas dan de vereiste hoeveelheid voor
het recept afwegen en snijden.
Kruidt zoals nor maal, maar voeg in het
●
algemeen pas na het koken zout toe,
Per 500 gr. groenten ca. 5 EL water toevoegen.
●
Groenten die rijk aan vezels zijn, hebben wat
meer water nodig. De nodige gegevens
hierover vindt u in de tabel. Zie blz. 170.
Downloaded from:
http://www.usersmanualguide.com/
26/08/2004
08:35
Page 167
ONTDOOIEN EN KOKEN VAN VOEDSEL
HET KOKEN VAN VLEES, VIS EN GEVOGELTE
HET KOKEN VAN VERSE GROENTEN
Voor toebereiding van in de handel gebruikelijke
panklare diepvriesprodukten dient u zich aan de
gegevens van de fabrikant op de verpakking te
houden.
vlees,
van
het
verschillende
vloeistofgehalte alsmede van de temperatuur
van het vlees voor het koken.
Grotere vlees-, vis- en gevogeltestukken na de
●
halve kooktijd draaien, zodat ze van alle
kanten gelijkmatig gaar worden.
Bedek uw braadvlees na het koken met
●
aluminiumfolie en laat het ca. 10 min. rusten
(standtijd). Gedurende deze tijd kookt het
braadvlees na en de vloeistof wordt gelijkmatig
verdeeld, zodat er bij het snijden minder
vleessap verloren gaat.
Groenten worden in het algemeen in een schaal
●
met deksel gekookd. Vloeistofrijke groenten,
zoals bijv. uien of geschilde aardappelen,
kunnen zonder toevoeging van water in
magnetronfolie worden gekookd.
Groenten na de helft van de kooktijd roeren of
●
omdraaien.
Na het koken dient u de groenten ca. 2 min. te
●
laten staan,zodat de temperatuur zich
gelijkmatig verspreid (standtijd).
De vermelde kooktijden zijn richtlijnen en zijn
●
afhankelijk van gewicht, uitgangstemperatuur
en hoedanigheid van de groenten. Hoe verser
de groenten, des te korter zijn de kooktijden.
167
vet-
en