Impulsuitgang
Impulsuitgang actief
Functie:
Actief / Passief over opsteekbruggetjes selecteerbaar (zie bedieningshandleiding, hoofdstuk „Inbedrijfname")
fmax:
5 kHz,
fmin:
0,00016 Hz
Instelbereik:
Imp. / eenheid, pulsbreedte (dynamische grenzen in acht nemen)
Actief:
150 Ω ≤ belasting < 10 KΩ_pulsbreedte ≤ 50 ms, max. telfrequentie ≤ 3 Hz,
500 Ω ≤ belasting < 10 KΩ_pulsbreedte ≥ 0,1 ms, max. telfrequentie: 5 kHz
Passief:
„gesloten": 0 V ≤ UC
„open": 16 V ≤ U
Klemmen:
51, 52
Afb. 32: Impulsuitgang actief en passief, opto coupler
PROFIBUS PA / FOUNDATION Fieldbus
I
E
PA-
98
PA+
97
1
Afb. 33
Busafsluiting bij de meetomvormer S4
Voor de busafsluiting van het apparaat aan het einde van de gehele buskabel kunnen de in de meetomvormer S4 aanwezige
afsluitcomponenten gebruikt worden. Hiervoor sluit u beide in de afbeelding aangegeven haakschakelaars in de aansluitruimte van de
meetomvormer.
Belangrijk
Bij het verwijderen van de meetomvormer-ingang vindt geen busafsluiting plaats.
Afb. 34
D184B141U03
≤ 2 V, 2 mA ≤ I
EL
CEL
≤ 30 V, 0 mA ≤ I
CEH
CEH
I
E
FF-
98
R
FF+
C
97
2
G00248
3
U+
2S
2
1
1S
U-
3
16
6
7
Aansluitplaat veldbehuizing
Impulsuitgang passief, opto coupler
I
U
*
R
CE
B
I
CE
≤ 220 mA
≤ 2 mA
De weerstand R en de condensator C vormen de busafsluiting. Deze
moeten geïnstalleerd worden, wanneer het apparaat aan het einde
van de gehele
buskabel aangesloten is.
R = 100 Ω; C = 1 µF
R
1
PROFIBUS PA
C
2
FOUNDATION Fieldbus
I = Intern
E = Extern
41
42
Haakschakelaar voor
busafsluiting sluiten
FSM4000
Elektrische aansluiting
E
*
R
B
51
52
97
98
M3
M1
G00249
+ 16 ... 30 V DC
-
G00247
NL - 27