Bediening van het toestel
2
Druk op BAND en kies een frequentie-
band.
Druk op BAND totdat de gewenste frequentie-
band (F1, F2 voor FM of MW/LW) op het dis-
play verschijnt.
3
Druk kort op c of d om handmatig af
te stemmen.
4
Om automatisch af te stemmen, houdt
u c of d ongeveer een seconde ingedrukt
en vervolgens laat u los.
De tuner zoekt nu de frequenties in de aange-
geven richting af tot er een uitzending gevon-
den wordt die sterk genoeg is voor een goede
ontvangst.
# U kunt het automatisch afstemmen annuleren
door kort op c of d te drukken.
# Als u c of d ingedrukt houdt, kunt u zenders
overslaan. Het automatisch afstemmen begint
zodra u c of d loslaat.
Frequenties van zenders
opslaan en oproepen
% Wanneer u hebt afgestemd op een fre-
quentie die u in het geheugen wilt op-
slaan, houdt u een van de
voorkeuzetoetsen 1 t/m 6 ingedrukt tot
het voorkeuzenummer stopt met knippe-
ren.
U kunt een opgeslagen zenderfrequentie op-
roepen door op de voorkeuzetoets te drukken.
# Er kunnen maximaal 12 FM-zenders (6 voor
elk van de twee FM-frequentiebanden) en 6 MW/
LW (MG/LG)-zenders in het geheugen worden op-
geslagen.
# Druk op a of b om de opgeslagen zenderfre-
quenties op te roepen.
Op sterke signalen afstemmen
Met de functie Automatisch afstemmen op lo-
kale zenders kunt u het toestel laten afstem-
men op zenders waarvan het signaal sterk
genoeg is voor een goede ontvangst.
1
Druk op FUNCTION en selecteer LOCAL.
2
Druk op a of b om de functie automa-
tisch afstemmen op lokale zenders in of uit
te schakelen.
3
Druk op c of d om de gevoeligheid in
te stellen.
FM: LOCAL 1—LOCAL 2—LOCAL 3—
LOCAL 4
MW/LW: LOCAL 1—LOCAL 2
Als u het niveau LOCAL 4 selecteert, wordt al-
leen afgestemd op de sterkste zenders. Bij la-
gere instellingen wordt ook afgestemd op
zwakkere zenders.
Frequenties van de sterkste
zenders opslaan
Met de functie BSM (Best Stations Memory,
geheugen voor de beste zenders) kunt u auto-
matisch de zes sterkste zenders opslaan onder
de voorkeuzetoetsen 1 t/m 6. Daarna kunt u
met één druk op de toets afstemmen op de op-
geslagen frequenties.
! Het is mogelijk dat de zenders die via de
BSM-functie worden opgeslagen de eerder
door uzelf opgeslagen zenders onder de
toetsen 1 t/m 6 vervangen.
1
Druk op FUNCTION en selecteer BSM.
2
Druk op a om de functie BSM in te
schakelen.
De zes sterkste zenders worden op basis van
de signaalsterkte in volgorde opgeslagen.
# Druk op b om het opslaan te annuleren.
Weergave van het RDS-display
wijzigen
RDS (radiodatasysteem) bevat niet-hoorbare
informatie die helpt bij het zoeken naar radio-
zenders.
! Sommige zenders leveren geen RDS-dien-
sten.
Hoofdstuk
02
81
Nl