nld
1.7. Vibraties (alle types)
Gemeten effectieve waarde van de versnelling
De aangegeven trillingsemissiewaarde werd met een genormde testmethode
gemeten en kan voor vergelijk met een ander apparaat gebruikt worden. De
aangegeven trillingsemissiewaarde kan ook voor een inleidende inschatting
van de uitzetting gebruikt worden.
VOORZICHTIG
De trillingsemissiewaarde kan zich tijdens gebruik van het apparaat van de
aangegeven waarde onderscheiden, afhankelijk van de manier en wijze waarop
het apparaat gebuikt wordt. Afhankelijk van de feitelijke gebruiksomstandigheden
(intermitterend) kan het noodzakelijk zijn veiligheidsmaatregelen te nemen voor
bescherming van de gebruiker.
2. Ingebruikname
VOORZICHTIG
Transportgewicht boven 35 kg moet door 2 personen gedragen worden.
Gereedschapset apart dragen. Bij transport en plaatsen van de machine er op
letten, dat de machine met en zonder onderstel een hoog zwaartepunt heeft,
m.a.w. topzwaar is.
2.1. Plaatsen Tornado 2000, 2010, 2020 (Fig. 1– 3)
Vleugelschroef (1) losdraaien. Gereedschaphouder (2) demonteren. Machine
loodrecht op beide geleidestangen (3 + 4) zetten en de drie poten in de behui-
zing steken tot ze inklikken (fig. 1). De machine aan de behuizing (niet aan de
poten) oppakken en op de poten neerzetten (fig. 2). De machine kan ook op
de werkbank geplaatst of vastgeschroefd worden. Daarvoor is de machine aan
de onderkant van drie schroefdraadboringen voorzien. Met behulp van het
meegeleverde sjabloon dient men op de werkbank drie boorgaten (diameter
12 mm) aan te brengen. De machine wordt dan aan de onderkant met drie
schroeven (M 10) vastgeschroefd.
Gereedschaphouder op de geleidestangen schuiven. De aandrukhen del (5)
van achteren door de opening in de gereedschaphouder heenschuiven en de
klemring (6) zó op de achterste geleidestang schuiven dat de vleugelschroef
naar achteren wijst en de ringvormige groef vrijblijft. Handgreep (7) op de hendel
plaatsen.
De schaal in de beide, onderaan de behuizing, aangebrachte schroeven hangen
en zijwaarts naar rechts in de gleuven schuiven. De schaal in de ring-gleuf aan
de onderste geleidestang (4) hangen. De klemring van de aandrukhendel tot
de aanslag in de ophanginrichting van de schaal schuiven en vastklemmen.
Slang met het aanzuigfilter in de schaal hangen en het andere einde van de
slang op de nippel aan de achterkant van de gereedschaphouder schuiven.
De schaal vullen met twee liter draadsnijolie. De opvangschaal aan de achter-
kant monteren.
LET OP
Laat de machine nooit zonder draadsnijolie lopen!
De geleidebout van de snijkop (8) in de boring van de gereedschaphouder
plaatsen en de snijkop met een axiale druk op de geleidebout en met heen-
en-weer gaande bewegingen, tot aan de aanslag naar binnen schuiven.
Om de machine beter te kunnen transporteren, kan men de voetschakelaar in
de schroef aan de achterkant van de behuizing hangen (fig. 3).
Plaatsen Magnum 2000 T, 2010 T, 2020 T, 3000 T, 3010 T, 3020 T, 4000 T,
4010 T, 4020 T (Fig. 8)
Machine op de werkbank of op het verrijdbaar onderstel (accessoire) met de
3 meegeleverde bouten bevestigen. Bij transport kan de machine aan de
voorzijde bij de geleidingsstangen en aan de achterzijde bij een in de klauw- en
geleidingsplaat ingespannen buis opgetild worden. Bij transport op het onder-
stel worden in de openingen van het onderstel buisstukken Ø ¾" met een lengte
van ca. 60 cm ingeschoven en met de vleugelschroeven bevestigd. Indien de
machine niet getransporteerd wordt, dan kunnen eventueel beide wielen
afgenomen worden.
Oliebak met 5 liter REMS draadsnij-olie afvullen.
LET OP
Laat de machine nooit zonder draadsnijolie lopen.
2.2. Plaatsen Tornado 2000 T, 2010 T, 2020 T (Fig. 7 + 8)
Machine op de werkbank of op het verrijdbaar onderstel (accessoire) met de
3 meegeleverde bouten bevestigen. Bij transport kan de machine aan de
voorzijde vastgepakt worden bij de uitsparingen in het onderstel en aan de
achterzijde bij de motor resp. bij de houder van de materiaalsteun opgetild
worden. Bij transport op het onderstel worden in de openingen van het onder-
stel buisstukken Ø ¾" met een lengte van ca. 60 cm ingeschoven en met de
vleugelschroeven bevestigd. Indien de machine niet getransporteerd wordt,
dan kunnen beide wielen eventueel afgenomen worden.
Oliebak met 5 liter REMS draad snij-olie afvullen.
LET OP
Laat de machine nooit zonder draadsnij-olie lopen.
Plaatsen Magnum 2000 T-L, 2010 T-L, 2020 T-L, 3000 T-L, 3010 T-L,
3020 T-L, 4000 T-L, 4010 T-L, 4020 T-L, (Fig. 8)
Machine op de werkbank of op het onderstel (accessoire) met de 4 meegele-
verde bouten bevestigen. Bij transport kan de machine aan de voorzijde bij de
geleidingsstangen en aan de achterzijde bij een in de klauw- en geleidingsplaat
ingespannen buis opgetild worden. Klemring (10) met vleugelschroef zodanig
op de achterste geleidingsstang schuiven dat de ringgroef vrij blijft. Oliebak
aan de achterzijde ophangen in de beide aan de onderkant van het aandrijfhuis
2,5 m/s²
aangebrachte bouten, en aan de voorzijde ophangen in de ringgroef van de
achterste geleidingsstang. Klemring (10) tot tegen de ophanging van de oliebak
schuiven en vastklemmen. Slang met aanzuigfilter in de oliebak hangen.
Spanenschaal vanaf de achterzijde inschuiven.
Oliebak afvullen met 2 liter REMS draadsnij-olie.
LET OP
Laat de machine nooit zonder draadsnij-olie lopen.
2.3. Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING
Vóór de machine aangesloten wordt controleren of de op het typeplaatje
aangegeven spanning met de netspanning overeenkomt. Al leen verlengkabel
met aarde gebruiken. De machine wordt met de voetschakelaar (21, Tornado /
4, Magnum) in- en uitgeschakeld. De schakelaar (18, Tornado / 3, Magnum)
dient voor de draairichtingskeuze cq. de snelheid. De machine kan uitsluitend
ingeschakeld worden als de noodstop (22, Tornado / 5, Magnum) ontgrendeld
is en het kontakt (23, Tornado / 6, Magnum) op de voetschakelaar is ingedrukt.
Als de machine direkt op het net wordt aangesloten (zonder stekker) dient er
een hoofdschakelaar 16 A geïnstalleerd te worden.
2.4. Draadsnijoliën
Gebruik alleen REMS draadsnijoliën. U bereikt daardoor uitstekende snijresul-
taten, en de draadsnijmessen evenals de machine zelf, gaan langer mee.
LET OP
REMS Spezial draadsnijolie is hooggelegeerd en kan voor alle soorten pijp- en
boutendraden worden gebruikt. Het kan met water uitgewassen worden (door
deskundigen getest). Draadsnijoliën op basis van minerale olie zijn voor het
bewerken van drinkwaterleidingen in verschillende landen, zoals Duitsland,
Zwitserland en Oostenrijk, niet toegelaten. In die gevallen dient men REMS
Sanitol zonder minerale olie te gebruiken.
REMS Sanitol draadsnijolie is vrij van minerale olie, synthetisch, vol ledig in
water oplosbaar, en heeft de smeerkracht van minerale olie en is voor alle
pijp- en boutendraden geschikt. Het moet in Duitsland, Oostenrijk en Zwitser-
land gebruikt worden en het voldoet aan de vereiste voorschriften (DVGW
Prüfung nr. DW-0201AS2032; ÖVGW Prüfung nr. W 1.303; SVGW Prüfung nr.
7808-649).
LET OP
Alle draadsnijoliën dienen onverdund gebruikt te worden!
2.5. Ondersteuning van het materiaal
VOORZICHTIG
Buizen en staven vanaf 2 m lengte dienen door de in hoogte verstelbare REMS
Herkules, ondersteund te worden. De REMS Herkules is voorzien van stalen
kogels om de buizen en staven, zonder omkantelen in alle richtingen te kunnen
bewegen. Indien de REMS Magnum op een werkbank is bevestigd, kan ook
de REMS Herkules Y gebruikt worden. Deze wordt dan eveneens op de werk-
bank gemonteerd. Werkbereik REMS Herkules en REMS Herkules Y: diame-
ters van ⅛ tot en met 4".
2.6. REMS 4" Automatische Snijkop
Indien de REMS 4" Automatische Snijkop wordt gebruikt, dient de meegeleverde
gebruiksaanwijzing te worden geraadpleegd.
3. Gebruik
3.1. Gereedschappen
De snijkop (8, Tornado / 12, Magnum) is universeel, d.w.z. voor alle bovenge-
noemde draadsoorten, verdeeld over 2 gereedschapsets, is slechts één enkele
snijkop nodig. Voor het snijden van conische pijpdraden moet de lengteaanslag
(9, Tornado / 13, Magnum) in het verlengde van de sluit- en openingshendel
(10, Tornado / 14, Magnum) staan. De snijkop opent dan automatisch wanneer
de normlengte van de draad bereikt is. Om lange cylindrische schroefdraden
en boutendraden te kunnen snijden, wordt de lengteaanslag (9, Tornado / 13,
Magnum) weggeklapt.
Draadsnijmessen vervangen
De draadsnijmessen kunnen zowel bij gemonteerde als bij een afgenomen
snijkop (bijvoorbeeld op de werkbank) gebruikt en/of vervangen worden.
Daarvoor moet de klemhendel (11, Tornado / 15, Magnum) worden losgemaakt,
maar mag er niet volledig afgeschroefd worden. Verstelschijf (12, Tornado / 16,
Magnum) op de greep van de klemhendel tot in de eindpositie wegschuiven.
In deze positie worden de snijkussens gedemonteerd en gemonteerd. Er dient
op gelet te worden dat de aan de onderkant van de snijmessen opgegeven
draadgrootte met de te snijden schroefdraad overeenkomt. Bovendien dienen
de, eveneens op de achterkant van de snijkussens aangegeven, nummers met
die op de houder van de snijkussens (14, Tornado / 17, Magnum) overeen te
stemmen.
De snijmessen zo ver in de snijkop schuiven tot de zich in de gleuf van de
snijmessenhouder bevindende kogel, inklikt. Als alle snijmes sen zijn gemonteerd,
wordt door het verschuiven van de verstelschijf de gewenste draadgrootte
ingesteld. Voor boutendraden de snijkop altijd op „BOLT" instellen. De verstel-
schijf via de klemhendel vastklemmen. De snijkop sluiten. Daartoe de sluit- en
openingshendel (10, Tornado / 14, Magnum) krachtig naar rechts-onder drukken.
De snijkop opent of automatisch (bij conische pijpdraden) of is altijd met de
hand te openen door de sluit- en openingshendel naar links te drukken.
Indien bij snijkop 2½ – 3" en 2½ – 4" de houdkracht v/d klemhendel (11, Tornado /
nld