OMZETTEN DIGITALE/ANALOGE UITGANGSSIGNALEN (DAC-FUNCTIE)
Dit toestel is uitgerust met een digitaal-analoge omzetfunctie (DAC). Wanneer deze DAC functie is ingeschakeld, zal het toestel
audiobronnen (audiosignalen die binnenkomen via de ingangsaansluitingen) zowel via de digitale (OPTICAL en COAXIAL) als via de
analoge (ANALOG) uitgangsaansluitingen produceren.
COMPLETE
1.
Druk op MENU terwijl het apparaat in de stopstand
staat.
Het display verandert naar de menu-itemkeuze.
2.
Verdraai de MULTI JOG-knop (druk op +/–, H of G op
de afstandsbediening) en selecteer "DAC Mode".
D A C M o d e
3.
Druk op de MULTI JOG-knop (ENTER op de
afstandsbediening) om de DAC-functie in te stellen.
MULTI JOG
MENU
MULTI JOG
PUSH ENTER
TEXT/TIME
MODE
MENU
TRACK NO.
COMPLETE
CLEAR
BOOKMARK
DIGITAL REC LEVEL
ANALOG REC LEVEL
INPUT
REC
FINALIZE
ERASE
OPTICAL
COAXIAL
ANALOG
MIN
MAX
INPUT
ANALOG
a w/d
REC LEVEL
L
dB
–30 –10
–6
–2
0
R
OPEN/CLOSE
COPY
A. M. Q. R.
TIMER REC
REC
FINALIZE
ERASE
INPUT
INPUT
REPEAT
RANDOM
INTRO
TEXT/TIME
A B C
D E F
G H I
1
2
3
J K L
M N O
P Q R
4
5
6
S T U
V W X
Y Z
7
8
9
SPACE
SYMBOL
BOOKMARK
0
10
MODE
MENU
4.
Druk op INPUT om de gewenste signaalbron te
selecteren (OPTICAL, COAXIAL, of ANALOG).
Het lampje voor de geselecteerde signaalbron licht op en het
toestel zal het signaal daarvan reproduceren via de ANALOG
LINE OUT en DIGITAL OUT (OPTICAL/COAXIAL)
aansluitingen.
Memo
• Als OPTICAL of COAXIAL is gekozen, werkt de MULTI
JOG-knop als een volumeregelaar.
• Als ANALOG is gekozen, werkt de ANALOG REC LEVEL-
regelaar als een volumeregelaar.
5.
Door ieder van de onderstaande bedieningen wordt
de DAC-functie geannuleerd en begint de normale
bediening.
• Als u drukt op w/d om het station weer te geven dat was
gekozen voordat de DAC-functie werd ingesteld.
• Als u op a of COMPLETE drukt om het apparaat in de
stopstand te zetten.
• Druk op MENU om terug te keren naar de menu-itemkeuze.
MODE
MENU
MENU
H, G
ENTER
ENTER
COMPLETE
CLEAR
COMPLETE
TRACK NO.
WRITE
HDD
CDR
+, –
A
W/D
GROUP SKIP
6
71