3M DBI-SALA 2100080 Manual De Instrucciones página 145

1.0
TOEPASSING VAN HET PRODUCT
1.1
DOEL: Verankeringsverbindingen zijn ontworpen om valbeveiligingssystemen aan een verankeringsconstructie te
bevestigen en om verankeringspunten te bieden voor valbeveiligingssystemen. Zie het 'Productoverzicht' en Tabel 1
voor meer informatie over systeemtoepassingen.
1.2
TOEZICHT: Het gebruik van deze apparatuur moet plaatsvinden onder toezicht van een deskundige.
1.3
NORMEN: Uw product voldoet aan de nationale of regionale normen die staan vermeld op de voorzijde van deze
instructies. Als dit product opnieuw verkocht wordt buiten het oorspronkelijke land van bestemming, dient de
wederverkoper deze instructies te leveren in de taal van het land waarin het product gebruikt gaat worden.
;
Raadpleeg voor meer informatie over certificerings- of conformiteitsvereisten de geldende normen en voorschriften
die voor uw product zijn vermeld (bijv. de ANSI/ASSP Z359-valbeveiligingscodes).
;
Productcompliance met de van toepassing zijnde normen en regelgeving heeft alleen betrekking op de
verankeringsverbinding zelf en strekt zich niet uit tot de constructie of de ondergrond waarop deze is bevestigd.
1.4
TRAINING: Deze uitrusting moet worden geïnstalleerd en gebruikt door personen die getraind zijn in de juiste toepassing
ervan. Deze instructies moeten worden gebruikt als onderdeel van een trainingsprogramma voor medewerkers zoals dat
vereist wordt door nationale, regionale of lokale normen. Het is de verantwoordelijkheid van de gebruikers en installateurs
van deze uitrusting om zich ervan te verzekeren dat ze deze instructies kennen, getraind zijn in het juiste gebruik
en de verzorging van de apparatuur, en dat ze zich bewust zijn van de gebruikskenmerken, toepassingsbeperkingen
en de gevolgen van enig onjuist gebruik van deze uitrusting.
1.5
REDDINGSPLAN: Wanneer deze uitrusting en verbindende subsystemen worden gebruikt, dient de werkgever te
beschikken over een geschreven reddingsplan. Ook moet hij de middelen hebben om het reddingsplan te implementeren
en te communiceren naar gebruikers, gemachtigde personen en reddingswerkers. Het wordt aanbevolen dat een
getraind reddingsteam ter plekke aanwezig is. Teamleden moeten de uitrusting en technieken krijgen om een succesvolle
reddingsactie te verrichten. Er moet op periodieke basis training worden gegeven om ervoor te zorgen dat de kennis van
de reddingswerkers actueel blijft. Reddingswerkers moeten deze instructies ontvangen. Tijdens het reddingsproces moet
er te allen tijde visueel contact of een andere manier van communicatie zijn met het slachtoffer.
2.0
SYSTEEMVEREISTEN
2.1
VERANKERING: De verankeringsstructuur waarmee dit product wordt vastgezet, moet bestand zijn tegen alle vereiste
belastingen die voor het valbeveiligingssysteem zijn toegestaan. Zie paragraaf 4 voor meer informatie.
2.2
CAPACITEIT: De gebruikerscapaciteit van een compleet valstopsysteem wordt beperkt door de component met
de laagste nominale maximale capaciteit. Als uw aangekoppelde subsysteem bijvoorbeeld een capaciteit heeft die
kleiner is dan uw harnas, moet u voldoen aan de capaciteitsvereisten van uw aangekoppelde subsysteem. Raadpleeg
de instructies van de fabrikant voor elk onderdeel van uw systeem voor capaciteitsvereisten.
2.3
AANGEKOPPELDE SUBSYSTEMEN: Aangekoppelde subsystemen (zelfintrekbare apparaten, schokdempende vallijnen,
reddingslijnsubsystemen, etc.) moeten geschikt zijn voor uw toepassing. Zie de instructies van de fabrikant van het
subsysteem voor meer informatie.
2.4
OMGEVINGSGEVAAR: Gebruik van deze uitrusting in gebieden met omgevingsgevaren kan aanvullende
voorzorgsmaatregelen vereisen, om de mogelijkheid van letsel bij de gebruiker of beschadiging aan de uitrusting
te voorkomen. Gevaren kunnen de volgende omvatten, maar zijn niet beperkt tot: extreme hitte, chemicaliën,
corrosieve omgevingen, hoogspanningsleidingen, explosieve of giftige gassen, bewegende machines, scherpe randen
en bovenhoofdse materialen die kunnen vallen en de gebruiker of apparatuur kunnen raken. Neem contact op met 3M
Technical Services voor meer informatie.
2.5
COMPATIBILITEIT VAN COMPONENTEN: 3M-uitrusting is ontworpen voor gebruik met 3M-apparatuur. Het gebruik
met andere apparatuur dan die van 3M moet worden goedgekeurd door een bevoegd persoon. Vervangingen door niet-
goedgekeurde apparatuur kunnen de compatibiliteit van de apparatuur in gevaar brengen en kunnen de veiligheid en
betrouwbaarheid van uw valbeveiligingssysteem aantasten. Lees en volg alle instructies en waarschuwingen voor alle
apparatuur voor gebruik.
2.6
COMPATIBILITEIT VAN CONNECTOREN: Verbindingen zijn compatibel met verbindingselementen wanneer de grootte
en vorm van een van beide componenten er niet voor zorgt dat de connector onbedoeld opengaat, ongeacht de oriëntatie.
Connectoren moeten voldoen aan de geldende normen. Connectoren moeten tijdens gebruik volledig gesloten en
vergrendeld zijn.
3M-connectoren (veerringhaken en karabijnhaken) zijn ontworpen om alleen gebruikt te worden zoals in iedere
instructiehandleiding vermeld staat. Zorg ervoor dat connectoren compatibel zijn met de systeemcomponenten waarop
ze zijn aangesloten. Gebruik geen apparatuur die niet compatibel is. Het gebruik van niet-compatibele componenten kan
ertoe leiden dat de connector onbedoeld losraakt (zie afbeelding 3). Als het verbindingselement waaraan de connector
bevestigd wordt, te klein of onregelmatig van vorm is, kan er een situatie optreden waarbij het verbindingselement
kracht uitoefent op de sluiting van de connector (A). Door deze kracht zou de sluiting open kunnen gaan (B), waarbij
de connector loskomt van het verbindingselement (C).
145
loading