Draadborstels
De meegeleverde beschermkap van type 27 moet
worden gebruikt voor draadborstels of draadschijven.
Bij gebruik van draadborstels en draadschijven
moeten de gebruiker en omstanders persoonlijke
beschermingsmiddelen dragen. De gebruiker moet
handschoenen dragen omdat de borstelharen scherp
zijn en kleding gemakkelijk kunnen doorboren.
De schijf en borstels mogen de beschermkap niet
kunnen raken wanneer ze gemonteerd of gebruikt
worden. Hierdoor kunnen borsteldraden van de schijf
loskomen en letsel veroorzaken.
1. Overbelasting van de draadschijven kan resulteren in
schade aan het hulpstuk en lichamelijk letsel. Gebruik
draadschijven met andere kenmerken als u snel meer
materiaal wilt verwijderen.
2. Druk het gereedschap bij gebruik van een
draadborstel gelijkmatig tegen het werkoppervlak.
Blijf het gereedschap bewegen om te voorkomen dat
het werkstuk gaat meedraaien of verbrandt. Houd de
machine voor een optimaal resultaat onder een hoek
van 5-10°.
3. Druk het gereedschap bij gebruik van een draadschijf
gelijkmatig tegen het werkoppervlak. Blijft het
gereedschap bewegen om te voorkomen dat het
werkstuk wordt ingekeept of verbrandt.
Probleemoplossing voor het
gereedschap
De elektronische signaaldisplay is constant rood
en het toerental van de machine neemt af: Het
gereedschap is oververhit. Laat de machine
onbelast draaien totdat de display niet meer rood
is. U moet het gereedschap uit- en weer inschakelen
om de laagvermogenstand te verlaten. Laat het
gereedschap niet in de laagvermogenstand draaien;
dat kan het gereedschap beschadigen. Leg het
gereedschap niet neer en laat het niet onbewaakt
achter in de afkoelstand.
ZCTGR8845CE Rev. A
De elektronische signaaldisplay is constant rood
en de machine wordt uitgeschakeld: De motor is
waarschijnlijk
uitgeschakeld. Zet het gereedschap uit en til het van
het werkstuk voordat u het gereedschap opnieuw
start. Laat de accu zonodig afkoelen. Laat de
bedieningsschakelaar in deze toestand niet op AAN
staan.
De elektronische signaaldisplay knippert rood en
de machine is uit: Dit is de herstartbescherming.
Het
gereedschap
bedieningsschakelaar op AAN staat wanneer de
accu wordt geplaatst. Zet de bedieningsschakelaar
op UIT en weer op AAN om het gereedschap te
starten. Laat de bedieningsschakelaar in deze
toestand niet op AAN staan. Als het gereedschap
niet werkt, kan dit probleem veroorzaakt zijn door
een defecte accu.
Raadpleeg een erkend reparatiecentrum voor
problemen die niet in deze paragraaf of de paragraaf
over de accu vermeld staan.
Accu laden
1. Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact van
de lader.
2. Steek het andere uiteinde van de netsnoerstekker in
het stopcontact.
3. Plaats de accu in de lader. Plaats de accu zodanig dat
de accu op één lijn ligt met de bovenkant van de lader.
— Het groene lampje begint te knipperen. Dit geeft
aan dat de lader de accu laadt.
4. De oplaadmeter op de accu geeft de laadtoestand in
% aan.
— Als de accu 25% is geladen, gaat één groen
lampje branden.
Accu
CTB185
CTB8187
5. Als het snel laden is voltooid, branden alle (4) groen
lampjes op de accu, wat betekent dat de accu volledig is
geladen, en het groene lampje op de lader brandt.
6. Als de gele LED aan de rechterkant knippert, is de accu te
heet of te koud. De lader kan een accu niet snel opladen
als deze te heet of te koud is. De lader schakelt over over
naar de snelle laadmodus wanneer de accutemperatuur
tussen 0 °C (32 °F) en 45 °C (113 °F) ligt.
7. Als de rode LED aan de rechterkant brandt, is de accu
defect en zal de lader de accu niet opladen.
31
afgeslagen
of
de
start
niet
CTC131/
CTC123/
CTCA131/
CTCA123/
CTCEU131/
CTCEU123/
CTCJ131
CTCJ123
lader
lader
~ 90 min
~ 70 min
~ 90 min
~ 70 min
accu
is
als
de
(05/20)