Mitsubishi Electric Mr.SLIM PEAD-RP140JA Manual De Instalación página 78

Ocultar thumbs Ver también para Mr.SLIM PEAD-RP140JA:
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 50
6. Koelleidingwerk
[type PEAD-RP·JA]
1. Steek de afvoerleiding (accessoire) in de afvoeruitlaat (insteekmarge: 25 mm).
(De afvoerleiding mag niet meer dan 45° worden verbogen om breken of verstop-
ping te voorkomen.)
(Bevestig de leiding met lijm en borg haar met de band (klein, accessoire).)
2. Bevestig de afvoerleiding (buitendiameter PVC-LEIDING PV-25 Buitendiameter
ø32, zelf aan te schaffen). (Bevestig de leiding met lijm en borg haar met de band
(klein, accessoire).)
3. Breng isolatiemateriaal aan op de afvoerleiding (buitendiameter PVC-LEIDING
PV-25 Buitendiameter ø32) en op de bus (inclusief kniestuk).
4. Controleer de afwatering. (Raadpleeg [Fig. 6-13])
5. Bevestig het isolatiemateriaal (accessoire) en borg haar met de band (groot,
accessoire) om de afvoeruitlaat te isoleren.
[Fig. 6-11] (P.4) *alleen op het type PEAD-RP·JA
A Binnenapparaat
B Klemband (accessoire)
C Zichtbaar deel
D Insteekmarge
E Afvoerleiding (accessoire)
F Afvoerleiding (buitendiameter PVC-LEIDING Buitendiameter ø32, zelf aan te schaffen)
G Isolatiemateriaal (zelf aan te schaffen)
H Klemband (accessoire)
I Er mag geen opening aanwezig zijn. Het koppelingsstuk van het isolatiemateriaal moet aan
de bovenkant zijn.
[type PEAD-RP·JAL]
1. Steek de afvoerleiding (accessoire) in de afvoeruitlaat.
(De afvoerleiding mag niet meer dan 45° worden verbogen om breken of verstop-
ping te voorkomen.)
Het verbindingsstuk tussen het binnenapparaat en de afwateringsslang kan bij
het onderhoud worden losgemaakt. Maak het onderdeel vast met het bijgeleverde
stuk band, niet plakkend.
2. Bevestig de afvoerleiding (buitendiameter PVC-LEIDING Buitendiameter ø32,
zelf aan te schaffen).
(Bevestig de buis met lijm in het geval van een harde PVC-buis, en zet deze vast
met het band (klein, accessoire).)
3. Breng isolatiemateriaal aan op de afvoerleiding (buitendiameter PVC-LEIDING
Buitendiameter ø32) en op de bus (inclusief kniestuk).
[Fig. 6-12] (P.4) *alleen op het type PEAD-RP·JAL
A Binnenapparaat
B Klemband (accessoire)
C Band voor vastmaken van onderdelen
D Insteekmarge
E Afvoerleiding (accessoire)
F Afvoerleiding (buitendiameter PVC-LEIDING Buitendiameter ø32, zelf aan te schaffen)
G Isolatiemateriaal (zelf aan te schaffen)
7. Aanleg van kanalen
• Bevestig canvas kanaalstuk tussen apparaat en kanaal. [Fig. 7-1] (P.5)
• Gebruik niet-brandbare materialen voor kokerdelen.
• Isoleer de invoerkokerflens en de uitlaatkoker helemaal om condens te voorko-
men.
• Zorg ervoor dat u de positie van het luchtfilter zodanig bepaalt dat u erbij kan voor
onderhoud.
<A> In het geval ven een inlaat achteraan
<B> In het geval van een inlaat onderaan
A Koker
B Luchtinlaat
C Toegangsdeurtje
D Canvas koker
E Plafondoppervlak
F Luchtuitlaat
G Laat voldoende afstand om kortsluiting te voorkomen
• Werkwijze voor ombouwen van de achterinlaat in een onderinlaat. [Fig. 7-2] (P.5)
A Filter
B Bodemplaat
1. Verwijder de luchtfilter. (Verwijder eerst de bevestigingsschroef.)
2. Verwijder de bodemplaat.
3. Bevestig de onderplaat aan de achterkant van de behuizing. [Fig. 7-3] (P.5)
(De positie van de verbindingslippen op de plaat verschilt van die voor de achter-
inlaat.)
Wanneer de plaat achteraan
wordt bevestigd, steekt deze
boven het achterpaneel uit.
Buig de plaat om langs de
insnijding wanneer er boven de
unit niet voldoende ruimte over-
blijft.
78
6.6. Afwatering bevestigen
` Controleer dat het aanvoermechanisme op een normale manier het water
afvoert en dat er geen water uit de verbindingsstukken lekt.
• Controleer bovenstaande als het apparaat de omgeving verwarmt.
• Controleer bovenstaande voordat plafonds in nieuwbouw worden gemonteerd.
1. Verwijder de klep van de watertoevoeropening die zich aan dezelfde kant bevindt
als de leidingen van het binnenapparaat.
2. Vul de waterpomp met een watertank met water. Controleer dat u het uiteinde van
de pomp of tank tijdens het vullen in een afvoerbak steekt. (Als het uiteinde er niet
goed is ingestoken, dan kan er water over de machine stromen.)
3. Voer een test met het apparaat in koelmodus uit of sluit de connector aan op de
ON-zijde van de SWE-schakelaar op de printplaat voor de besturing van de bin-
nenunit. (De afvoerpomp en de ventilator werken hierdoor zonder afstandsbedie-
ning.) Gebruik een transparante leiding zodat u kunt controleren of het water
wordt afgevoerd.
SWE
SWE
connector
OFF
ON
OFF
<OFF>
<ON>
4. Na de controle annuleert u de testmodus en schakelt u de voeding uit. Als de con-
nector is aangesloten op de ON-zijde van de SWE-schakelaar, maakt u deze los
en verbindt u deze met de OFF-zijde. Vervolgens brengt u de klep van de water-
toevoeropening in de oorspronkelijke positie aan.
SWE
SWE
connector
OFF
ON
OFF
<ON>
<OFF>
[Fig. 6-13] (P.4)
A Steek het uiteinde van de pomp 2 to 4 cm in het apparaat.
B Verwijder de watertoevoeropening.
C Ongeveer 2500 cc
D Water
E Vulopening
F Schroef
4. Plaats het filter aan de onderzijde van het apparaat.
(Let op de correcte oriÎntatie van de filter.) [Fig. 7-4] (P.5)
C Spijker voor bodeminlaat
D Spijker voor achterinlaat
Voorzichtig:
• Het inlaatkanaal moet ten minste 850 mm lang zijn.
Om de airconditioner en de luchtkoker aan te sluiten voor mogelijke gelijk-
schakeling.
• Draag beschermende handschoenen om verwonding door metalen randen te
voorkomen.
• Verbind de kast van de airconditioner met het kanaal, zodat hiertussen geen
statische ladingen kunnen ontstaan.
• Als u de luchtinlaat A direct aan de onderzijde van de kast bevestigt, zal dit
leiden tot een aanzienlijk hoger geluidsniveau. De afstand tussen inlaat A en
de kast moet daarom zo groot mogelijk zijn.
Wanneer u gebruik wilt maken van de inlaat aan de onderzijde, is extra voor-
zichtigheid geboden.
• Gebruik voldoende thermisch isolatiemateriaal om condensvorming op de
kanaalflenzen en kanalen voor de uitlaat te voorkomen.
• De afstand tussen het rooster van de luchtinlaat en de ventilator moet mini-
maal 850 mm bedragen.
Als het niet mogelijk is om minimaal 850 mm vrij te laten, moet u een veilig-
heidsrooster of -net installeren om te zorgen dat de ventilator niet per onge-
luk kan worden aangeraakt.
• Leg geen signaaldraden onderaan de unit; zo wordt interferentie door elektri-
sche ruis voorkomen.
ON
ON
loading