Steek de laadstekker in de kabelhou-
der op de wandhouder (afb. 17).
Controlelampje laadniveau accu (tij-
dens het laden) (afb. 18)
Het laadniveau van de accu wordt op
de PowerUnit weergegeven.
Laadniveau
Ca. 0–34%
Ca. 35–69%
Ca. 70–90%
Ca. 91–99%
100%
Als de accu vol is, wordt het controle-
lampje van het laadniveau van de accu
uitgeschakeld om energie te besparen.
Als de accu lange tijd niet is gebruikt
en leeg is, gaat de accu in de veilig-
heidsmodus. Het controlelampje van
het laadniveau van de accu reageert
dan bij het laden in de PowerUnit pas
na ca. 30–60 minuten.
Controlelampje
knippert onderaan
langzaam
brandt onderaan,
knippert in het mid-
den langzaam
brandt onderaan en
in het midden,
knippert bovenaan
langzaam
brandt onderaan, in
het midden en bo-
venaan
schakelt vanzelf uit
Controlelampje laadniveau accu (tij-
dens gebruik) (afb. 18)
Het laadniveau van de accu wordt op
de PowerUnit weergegeven.
Oplaadcapaciteit Controlelampje
Ca. 100–70%
Ca. 69–35%
Ca. 34–15%
Ca. 14–0%
Voordat u de accu oplaadt, adviseren
wij dat deze eerst volledig ontladen is.
Zo bereikt u het volledige vermogen van
de accu.
nl
brandt bovenaan,
in het midden en
onderaan
brandt in het mid-
den en onderaan
brandt onderaan
knippert onderaan
langzaam
207