Voorbereiding; Gebruik Van Het Product; Opstellen; Toebehoren Aansluiten - Aesculap Acculan 4 GA344 Instrucciones De Manejo

5.

Voorbereiding

Als de volgende voorschriften niet in acht worden genomen, neemt
Aesculap geen verantwoordelijkheid in dit opzicht:
►
Gebruik geen product uit een geopende of beschadigde steriele verpak-
king.
►
Controleer het product en zijn toebehoren voor gebruik op zichtbare
beschadigingen.
►
Gebruik uitsluitend producten en accessoires in technisch onberispe-
lijke staat.
6.

Gebruik van het product

WAARSCHUWING
Gevaar voor infecties en besmetting!
Product wordt niet-steriel geleverd!
►
Bereid het product volgens de gebruiksaanwijzing vóór gebruik ste-
riel voor.
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel en materiële schade door foutief gebruik van het
product!
►
Beveilig het product dat niet actief wordt gebruikt tegen onbe-
doelde bediening (OFF-stand).
WAARSCHUWING
Gevaar voor verwonding en materiële schade door onoordeelkundig
gebruik van de werktuigen!
►
Volg de veiligheidsinformatie en aanwijzingen in de gebruiksaan-
wijzingen op.
►
Behandel instrumenten met scherpe sneden bij het aankoppe-
len/loskoppelen voorzichtig.
WAARSCHUWING
Beschadiging van het product door vallen!
►
Gebruik uitsluitend producten in technisch onberispelijke staat, zie
functietest.
WAARSCHUWING
Verbrandingsgevaar voor huid en weefsel door stomp gereed-
schap/onvoldoende onderhouden product!
►
Gebruik alleen werktuigen in perfecte staat.
►
Vervang botte instrumenten.
►
Onderhoud het product op de juiste manier, zie Onderhoud.
6.1

Opstellen

6.1.1

Toebehoren aansluiten

GEVAAR
Gevaar voor verwondingen door ontoelaatbare configuratie bij gebruik
van andere componenten!
► Zorg ervoor dat de classificatie van alle gebruikte componenten
overeenkomt met de classificatie van het product (bijv. type BF of
type CF).
Combinaties van accessoires die niet in deze gebruiksaanwijzing worden
vermeld, mogen uitsluitend worden gebruikt als ze uitdrukkelijk voor de
beoogde toepassing bestemd zijn. De vermogenskenmerken en veiligheids-
eisen mogen daarbij niet nadelig worden beïnvloed.
Alle configuraties moeten voldoen aan de basisnorm IEC/DIN EN 60601-1.
De persoon die de apparaten met elkaar verbindt is verantwoordelijk voor
de configuratie en moet garanderen dat er voldaan wordt aan de basis-
norm IEC/DIN EN 60601-1 of overeenkomstige nationale normen.
►
Volg de gebruiksaanwijzing van de toebehoren.
►
Neem bij vragen contact op met uw B. Braun/Aesculap-partner of de
Aesculap technische service, adres zie Technische Dienst.
6.1.2

Beveiliging tegen onopzettelijke inschakeling

Om te voorkomen dat de boormachine bij het wisselen van gereedschap en
opzetstuk onbedoeld wordt bediend, kan de drukknop voor de toerentalre-
geling worden geblokkeerd.
Drukknop voor de toerentalregeling 2 blokkeren:
►
Drukknopbeveiliging 3 naar stand OFF draaien.
De drukknop voor de toerentalregeling 2 is geblokkeerd en de
boormachine 1 kan niet worden gebruikt.
De drukknop voor de toerentalregeling 2 deblokkeren:
►
Drukknopbeveiliging 3 naar stand ON draaien.
De drukknop voor de toerentalregeling 2 is losgelaten en de
boormachine 1 kan worden gebruikt.
Opmerking
Meer informatie over de kleine boormachine GA344, zie TA014550 resp.
TA014551 (folder).
Meer informatie over de boormachine GA844, zie TA014436 resp.
TA014437 (folder).
6.1.3

Opzetstuk met/van boormachine koppelen/ontkoppelen

WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel bij het koppelen/ontkoppelen van de opzetstuk-
ken/gereedschappen in de AAN-stand door onbedoeld bedienen van
het product!
► Opzetstukken/werktuigen alleen in de OFF-stand koppelen/ont-
koppelen.
►
Boormachine 1 met de drukknopbeveiliging 3 tegen onbedoeld bedie-
nen beveiligen, zie Beveiliging tegen onopzettelijke inschakeling.
Aankoppelen
Opmerking
Aesculap raadt aan om het decoupeerzaagopzetstuk 24 te koppelen met de
boormachine met het opschrift "TOP" naar boven gericht.
►
Opzetstuk 6/9/12/16/18/24/28 op de boormachine 1 schuiven, tot
deze vastklikt.
►
Aan het opzetstuk 6/9/12/16/18/24/28 trekken om een veilige koppe-
ling te testen.
Loskoppelen
►
Draaihuls 4 in de richting van de pijl 5 draaien en gelijktijdig het
opzetstuk 6/9/12/16/18/24/28 van de boormachine 1 trekken.
6.1.4

Gereedschap met opzetstuk koppelen en ontkoppelen

WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel bij het koppelen/ontkoppelen van de opzetstuk-
ken/gereedschappen in de AAN-stand door onbedoeld bedienen van het product!
►
Opzetstukken/werktuigen alleen in de OFF-stand koppelen/ont-
koppelen.
►
Wees er zeker van dat de aansluiting van het gereedschap en het type
opzetstuk met elkaar overeenkomen.
nl
97