4. DE MACHINE BEDIENEN
4.1 PLAATSING VAN BEDIENINGSFUNCTIES
(1)
Gashendel
(2)
Motorurenteller
(3)
Bedieningsschakelaar maaifunctie wanneer de grasopvangbak vol is
(4)
Schakelaar activering maaimechanisme
(5)
Indicatielampje dat laat zien dat het rempedaal is ingetrapt en de parkeerrem is
ingeschakeld
(6)
Hoofdschakelaar Aan/Uit
4.1
(7)
Pedaal voorwaartse rijrichting
(8)
Pedaal achterwaartse rijrichting
(9)
Hendel parkeerrem
(10)
Rempedaal
(11)
Hendel voor de hoogteafstelling van het maaimechanisme
4.2 BESCHRIJVING EN FUNCTIE VAN DE BEDIENING
4.2.1 STANDAARD BEDIENINGSFUNCTIES
(1) ACCELERATIEHENDEL
Regelt het toerental van de motor. Heeft de volgende drie posities:
* Alleen bij machines met motoren BS13, BS17, KO15, TE17 en HO16
(2) MOTOR UURMETER
De urenteller van de motor laat het totaalaantal uren zien dat de motor heeft gedraaid. Druk op de knop
Mode en u kunt overschakelen tussen de volgende servicefuncties:
TMR 1
- ritteller. U kunt de waarde resetten door de
OIL CHG
- olieverversen. De functie omvat twee perioden
AIRFILTER SVC
- oliefilter
Twee uur voor het verstrijken van de ingestelde tijd verschijnt er gedurende 10 seconden een melding
in de display.
Aan het einde van de periode verschijnt er in de display de melding NOW.
STARTER*
MAX
MIN
knop Mode 6 seconden ingedrukt te houden.
voor olieverversen. De eerste is na 5 uur
(olieverversen nadat de motor is ingereden)
en wordt slechts eenmaal getoond. De tweede
is na 25 uur (standaard olieverversen).
schoonmaken
periode is ingesteld op 50 uur.
Voor een koude motorstart
Maximaal toerental
Minimaal toerental (stationair)
of
vervangen,
de
195