NEDERLANDS
dienen uitsluitend door erkende vaklieden te
worden uitgevoerd met behulp van originele
reserveonderdelen; anders kan dit tot een
aanzienlijk gevaar voor de gebruiker leiden.
Aanvullende veiligheidsregels voor
zaagtafels
• Gebruik geen zaagbladen met een body-dikte
groter dan of een breedte van tanden kleiner
dan de dikte van het spouwmes (splitser).
• Let erop dat het zaagblad in de juiste richting
draait en dat de tanden naar de voorzijde van
de zaagbank wijzen.
• Let erop dat alle klemhandgrepen vastzitten
voordat u een bedieningshandeling start.
• Het is belangrijk dat alle zaagbladen en flenzen
schoon zijn en dat de terugvallende zijden van
de kraag tegen het zaagblad zitten. Draai de
moer van de spandoorn stevig vast.
• Zorg ervoor dat het zaagblad steeds scherp is
en goed is ingesteld.
• Controleer dat het spouwmes is afgesteld op
de juiste afstand van het zaagblad - maximaal
5 mm.
• Werk nooit met de zaag zonder dat de bovenste
en onderste beschermkappen zijn geplaatst.
• Houd niet een deel van uw lichaam in lijn met
het zaagblad. Persoonlijk letsel kan het gevolg
zijn. Ga aan de ene of de andere zijde van het
zaagblad staan.
• Trek de stekker van de zaag uit het stopcontact
voordat u zaagbladen verwisselt of onderhoud
verricht.
• Duw het werkstuk te allen tijde aan met een
aanduwstok en let erop dat u tijdens het zagen
niet uw handen op een afstand van minder dan
150 mm van het zaagblad zet.
• Probeer niet de zaag te gebruiken op een
andere spanning dan die is aangeduid.
• Breng geen smeermiddelen op het zaagblad
aan terwijl het loopt.
• Reik nooit achter het zaagblad langs.
• Houd de aanduwstok altijd op de vaste plaats.
• Ga niet op de machine staan.
• Let er tijdens vervoer op dat het bovenste deel
van het zaagblad is afgedekt, bijv. door de
beschermkap.
• Gebruik de beschermkap niet voor het
vastpakken of vervoeren van het gereedschap.
100
WAARSCHUWING: Deze
machine is voorzien van
een speciaal geconfigureerd
netsnoer (bevestigingstype Y). Als
het netsnoer beschadigd is of op een
andere wijze niet goed werkt, moet het
worden vervangen door de fabrikant of
door een officieel erkende reparateur.
• Vervang de tafelinzet (inlegstuk) onmiddellijk
wanneer deze versleten of beschadigd is.
• Controleer dat het werkstuk goed is
ondersteund. Zorg altijd voor extra
ondersteuning bij lange werkstukken.
• Oefen geen zijwaartse druk op het zaagblad uit.
• Zaag nooit lichte legeringen. De machine is niet
ontworpen voor deze toepassing.
• Gebruik geen schuurschijf en geen
diamantslijpwielen.
• Het zagen van rabatten, sleuven of groeven is
niet toegestaan.
• Schakel, in het geval van een ongeluk of een
storing, de machine onmiddellijk uit en trek
de stekker uit het stopcontact. Rapporteer
de storing en breng op geschikte wijze een
markering op de machine aan, zodat wordt
voorkomen dat andere personen de niet goed
functionerende machine gebruiken.
• Wanneer het zaagblad geblokkeerd is
geraakt door abnormale aanvoerkracht
tijdens het zagen,schakel de machine dan
ALTIJD uit en koppel de machine los van de
stroomvoorziening. Verwijder het werkstuk en
zorg voor vrijloop van het zaagblad. Schakel
de machine in en begin opnieuw te zagen met
verminderde aanvoerkracht.
• Sluit de cirkelzaag altijd aan op een apparaat
voor stofafzuiging wanneer u hout zaagt.
• Probeer NOOIT een stapel losse stukken
materiaal door te zagen, omdat dat kan leiden
tot verlies van controle en een terugslag.
Ondersteun alle materialen stevig.
ZAAGBLADEN
• Sluit de machine altijd aan op een geschikt
apparaat voor stofafzuiging wanneer u hout
zaagt.
• De maximaal toegestane snelheid van het
zaagblad moet altijd gelijk zijn of hoger zijn dan
de onbelaste snelheid van het gereedschap, die
op het naamplaatje wordt aangeduid.
• Gebruik geen zaagbladen die niet voldoen
aan de afmetingen die worden vermeld in
de Technische Gegevens. Gebruik geen