Ingebruikname
Tech 140 (03)
1. Stop de motor en laat deze afkoelen.
Opmerking: De motor moet horizontaal
staan.
2. Verwijder vreemde voorwerpen rond de olie-
vulopening.
3. Olievuldop/-peilstok (03/1) uit de olievulope-
ning (03/2) schroeven en schoonvegen.
4. Olievuldop/-peilstok (03/1) in de olievulope-
ning (03/2) plaatsen totdat deze erop rust
(niet vastschroeven) en weer verwijderen.
5. Controleer of het oliepeil tussen de markerin-
gen MIN (03/3) en MAX (03/4) ligt.
6. Wanneer het oliepeil in de buurt van of onder
de markering MIN (03/3) ligt: Olie bijvullen
(zie Hoofdstuk 4.2.2 "Vullen met motorolie
(04, 11)", pagina 33).
7. Olievuldop/-peilstok erin zetten en vast-
schroeven.
8. Veeg eventueel gemorste olie weg.
Tech 160 (10)
1. Stop de motor en laat deze afkoelen.
Opmerking: De motor moet horizontaal
staan.
2. Verwijder vreemde voorwerpen rond de olie-
vulopening.
3. Olievuldop/-peilstok (10/1) uit de olievulope-
ning (10/2) schroeven en schoonvegen.
4. Olievuldop/-peilstok (10/1) in de olievulope-
ning (10/2) plaatsen totdat deze erop rust
(niet vastschroeven) en weer verwijderen.
5. Controleer of het oliepeil tussen de markerin-
gen MIN (10/3) en MAX (10/4) ligt.
6. Wanneer het oliepeil in de buurt van of onder
de markering MIN (10/3) ligt: Olie bijvullen
(zie Hoofdstuk 4.2.2 "Vullen met motorolie
(04, 11)", pagina 33).
7. Olievuldop/-peilstok erin zetten en vast-
schroeven.
8. Veeg eventueel gemorste olie weg.
4.2.2
Vullen met motorolie (04, 11)
Aanbevelingen voor oliegebruik
Motorolie vervult een doorslaggevende rol bij de
prestaties en de levensduur van de motor.
■
Gebruik een reinigende motorolie die voldoet
aan de eisen volgens API-serviceklassen SF
of hoger (resp. gelijkwaardig).
442793_a
■
Controleer het API-service-etiket op de olie-
verpakking om zeker te zijn dat hierop de let-
ters SF of letters voor een hogere klasse
(resp. gelijkwaardig) vermeld staan.
■
SAE 30 wordt aanbevolen voor algemeen ge-
bruik. Het aanbevolen bedrijfstemperatuurbe-
reik voor deze olie bedraagt 5 °C tot 38 °C.
LET OP! Gevaar voor beschadiging van de
motor. Het gebruik van olie van type SAE 30
(single-grade zomerolie) bij temperaturen lager
dan +5 °C kan tot beschadiging van de motor lei-
den, vanwege onvoldoende smering.
■
Gebruik SAE 10W-30 voor het temperatuur-
bereik van 0 °C tot 40 °C.
■
Het gebruik van multigrade-oliën kan bij hoge
temperaturen leiden tot een hoger verbruik.
Controleer daarom vaker het oliepeil.
■
Meng geen olie van verschillende soorten en
eigenschappen.
Olie bijvullen
OPMERKING Laat het oliepeil niet stijgen
tot boven het MAX-peil. Te veel olie leidt tot:
■
Rook in het uitlaatgas
■
Vervuiling van de bougie of het luchtfilter
Tech 140 (04)
OPMERKING De olie-inhoud voor de mo-
tor is maximaal 0,45 l.
1. Schenk de motorolie in een geschikte beker.
2. Haal de olievuldop/-peilstok (04/1) uit de olie-
vulopening (04/2).
3. Giet de olie langzaam en in kleine hoeveel-
heden in de olievulopening. Hierbij een trech-
ter gebruiken.
4. Olievuldop/-peilstok plaatsen en vergrende-
len.
5. Veeg eventueel gemorste olie weg.
Tech 160 (11)
OPMERKING De olie-inhoud voor de mo-
tor is maximaal 0,5 l.
1. Schenk de motorolie in een geschikte beker.
2. Haal de olievuldop/-peilstok (11/1) uit de olie-
vulopening (11/2).
3. Giet de olie langzaam en in kleine hoeveel-
heden in de olievulopening.
4. Olievuldop/-peilstok erin zetten en vast-
schroeven.
33