F
GB
D
E
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
PERSOONLIJKE VEILIGHEID
Blijf attent, kijk goed naar wat u doet en gebruik
■
uw gezonde verstand als u een elektrisch
apparaat gebruikt. Gebruik het elektrische apparaat
niet wanneer u vermoeid bent of onder invloed bent
van drank of drugs, of wanneer u medicijnen gebruikt.
Vergeet niet dat één seconde onoplettendheid
voldoende is om ernstig letsel te veroorzaken.
Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen.
■
Bescherm altijd uw ogen. Draag afhankelijk van de
omstandigheden ook een stofmasker, schoenen met
antislipzolen,
gehoorbeschermers om gevaar voor ernstig
lichamelijk letsel te beperken.
Zorg dat het apparaat niet ongewild in werking
■
kan treden. Zorg ervoor dat de schakelaar op "uit"
staat voordat u het apparaat op de stroom
aansluit en/of het accupak in het apparaat steekt
of wanneer u het apparaat meeneemt of vervoert.
Verplaats uw apparaat nooit terwijl u uw vinger op de
schakelaar hebt en steek de stekker niet in het
stopcontact wanneer de schakelaar op "aan" staat
om gevaar voor ongelukken beperken.
Verwijder de stelsleutels voordat u het apparaat in
■
werking zet. Een achtergebleven stelsleutel die aan
een bewegend onderdeel vastzit, kan ernstig
lichamelijk letsel veroorzaken.
Ga altijd stevig op uw benen staan en reik niet te
■
ver weg met uw arm. Door een stabiele werkpositie
bent u beter in staat om uw gereedschap in bedwang
te houden als er iets onverwachts gebeurt.
Draag geschikte kleding. Draag geen wijde kleding
■
of sieraden. Houd uw haren, kleding en handen uit de
buurt van de bewegende delen. Wijde kleding,
sieraden of lange haren kunnen beklemd raken in de
bewegende delen.
Als uw machine samen met een stofzuigsysteem
■
is geleverd, zorg er dan voor dat dit goed is
geïnstalleerd en ook wordt gebruikt. Zo voorkomt u
lichamelijk letsel door inademing van schadelijke
stofdeeltjes.
GEBRUIK EN ONDERHOUD VAN APPARATEN
MET NETSNOER
Forceer het apparaat niet. Gebruik een apparaat
■
dat geschikt is voor het werk dat u gaat doen.
Uw elektrisch apparaat zal veiliger en zekerder
werken als u het gebruikt op het toerental waarvoor
het berekend is.
NL
I
P
een
veiligheidshelm
S
DK
N
FIN
GR
Nederlands
Gebruik een elektrisch apparaat niet als u het niet
■
meer met de schakelaar aan en uit kunt zetten.
Een apparaat dat niet normaal meer aan- en uitgezet
kan worden is gevaarlijk en moet absoluut worden
gerepareerd.
Trek de stekker van het apparaat uit het
■
stopcontact voordat u instellingen wijzigt,
accessoires verwisselt of het apparaat opbergt.
Zo verkleint u het risico dat het apparaat ongewild in
werking treedt.
Gereedschap moet altijd buiten bereik van
■
kinderen worden opgeborgen. Laat het apparaat
niet gebruiken door personen die het apparaat niet
kennen of geen kennis hebben genomen van deze
veiligheidsvoorschriften. Gereedschap is gevaarlijk in
of
de handen van onervaren personen.
Houd uw apparaten in goede staat van werking.
■
Controleer de uitlijning van de bewegende delen.
Kijk of er geen onderdelen gebroken zijn. Controleer
de montage en alle andere elementen die de goede
werking van het gereedschap kunnen beïnvloeden.
Als er iets beschadigd is, dient u uw apparaat eerst te
laten herstellen voordat u het weer gebruikt.
Ongelukken zijn vaak te wijten aan de slechte staat
van onderhoud van het gereedschap.
Houd uw gereedschap altijd scherp en schoon.
■
Als het mes van uw snijgereedschap goed scherp
en schoon is, bestaat er minder kans dat het
geblokkeerd raakt en kunt u uw apparaat beter in uw
macht houden.
Neem deze veiligheidsvoorschriften in acht als u
■
het apparaat, de accessoires, de hulpstukken, enz.
gebruikt en houd daarbij rekening met de bijzondere
eigenschappen van uw apparaat, de plek waar u werkt
en het soort werk dat u doet. Gebruik uw elektrisch
apparaat uitsluitend voor de toepassingen waarvoor
het bestemd is om gevaarlijke situaties te vermijden.
REPARATIES
Eventuele reparaties moeten door een geschoolde
■
vakman worden uitgevoerd en uitsluitend met
gebruik van originele reservedelen. Zo kunt u uw
elektrisch apparaat veilig gebruiken.
Controleer of geen enkel onderdeel van het
■
apparaat beschadigd is. Controleer, voordat u het
apparaat opnieuw gebruikt, of een eventueel
beschadigd onderdeel kan blijven werken of zijn
functie kan blijven vervullen. Controleer de uitlijning en
de goede werking van beweegbare onderdelen. Kijk of
er geen onderdelen gebroken zijn. Controleer de
montage en alle andere elementen die de goede
werking van het gereedschap kunnen beïnvloeden.
42
RO
H
CZ
RUS
PL
HR
SLO
TR