Installatie
5.3
Eindmontage (Vakpersoneel)
WAARSCHUWING
Letsels door aanzuigen/aanzuigwerking door niet-gemonteerde
aanzuigafscherming!
Monteer in ieder geval de aanzuigafscherming.
Bij schade die is te wijten aan het niet opvolgen van de
voorschriften of onjuiste montage vervallen alle aanspraken op
garantie en aansprakelijkheid.
LET OP
Draai de schroeven handvast aan. Gebruik geen geweld!
Na montage van het inbouwhuis (voormontageset):
1.
Het plakken van de kabelveiligheidsslang en de luchtslang.
(Afb. 15)
2.
Aanzuighuis (107) op de spanring aanbrengen. Let op de
inbouwpositie. (Afb. 16)
3.
Nozzlehuis (102.1) op het inbouwhuis (1) aanbrengen.
4.
Voer de luchtslangen en kables van de spot door de
beschermslang en dicht deze af met de kabelwartel.
5.
Luchtleiding met de klem (8) op de af-fabriek gemonteerde
luchtregelaar (21) bevestigen.
6.
Nozzlehuis (102.1) met vier zelftappende schroeven (95) op
het inbouwhuis (1) bevestigen. (Afb. 17)
7.
Pneumatische slangen door de openingen in de
roestvrijstalen afdekking (93) voeren; licht AAN/UIT links;
pomp AAN/UIT rechts en op de desbetreffende knoppen met
slangklemmen (46) bevestigen. (Afb. 18)
8.
Roestvrijstalen afdekking (93) op het aanzuighuis (107)
aanbrengen en met de beide schroeven (49) op het
nozzlehuis bevestigen. Steek de beide pneumatische
drukknoppen door de afscherming in het nozzlehuis en door
met de klok mee te draaien, vergrendelen. (Afb. 19)
9.
Door het bevestigen van de lichtafscherming (110) wordt de
roestvrijstalen afdekking (93) extra vastgezet. Steek hiervoor
de lichtafscherming (110) via de kogelnozzle (54) in het
nozzlehuis (102.1) en met de beide schroeven (112)
bevestigen. (Afb. 19)
30 NL
03|2020