De gordels omdoen (Fig.9).
Verbind het rechter verbindingsstuk met het linker en steek ze
vervolgens in de gespbehuizing tot ze op hun plaats klikken.
Het geluid van de klik geeft aan dat de sluiting correct heeft
plaatsgevonden.
Om de veiligheidsgordel los te maken, drukt u de knop van de gesp
omlaag.
De gordel spannen (Fig.10).
Trek aan de verstelgordel aan de voorkant van de zitting van het
autostoeltje tot de veiligheidsgordel het kind gerieflijk en
comfortabel vastzet.
De gordel moet gespannen zijn, zodat het kind vastzit, maar zonder
ongemak of druk te veroorzaken.
Pas op: de tussenbeengordel heeft een vaste lengte en kan niet
verzet worden. Trek niet aan de schouderriemen.
De veiligheidsgordel Losser machen (Fig.11).
Druk op de loslaatknop aan de voorkant van de zitting (B).
Terwijl u de knop ingedrukt houdt, trekt u de gordels boven de
schouders (A) naar voren.
Opmerking: de lengte van de tussenbeengordels is vast en kan niet
worden afgesteld.
Verzeker u ervan dat geen enkel gedeelte van de gordelgroep
verdraaid zit.
DE HOOGTE VAN DE GORDELS OP DE SCHOUDERS AFSTELLEN
Controleer altijd de hoogte van de gordels, zodat ze correct worden
uitgelijnd aan dezelfde schouder of iets daarboven (Fig.12).
De hoogte van de schoudergordels wordt afgesteld door de
rugleuning van het autostoeltje omhoog of omlaag te zetten.
De hoogte van de rugleuning afstellen (Fig.13).
Om de schoudergordels hoger te zetten: haal de rugleuning omhoog,
door hem aan de greep bovenin aan de achterkant van de rugleuning
vast te pakken, tot de schoudergordels zich ter hoogte van de
schouders van uw kind bevinden.
Om de schoudergordels lager te zetten: (A) trek de rugleuning een
63