nl
Nederlands
Montage en inbedrijfstelling verwarmingsregelaar
Gelieve de instructies niet weg te werpen maar ze bij het toestel te bewaren!
Montage
Bepalen van de montageplaats
• In een droge ruimte, b.v. in het ketelhuis
• Inbouwmogelijkheden:
– in de schakelkast, tegen de wand of op een bevestigingsrail
– in een regelpaneel
– in het front van een regelpaneel
– in het schuine frontvlak van een lessenaarpaneel
• De toelaatbare omgevingstemperatuur is 0...50 °C
Elektrische installatie
• Rekening houden met de plaatselijke voorschriften voor elektrische installaties
• De elektrische installatie moet door een erkend installateur worden uitgevoerd.
• De trekontlasting van de kabels moet gegarandeerd zijn
• De verbindingsleidingen tussen de regelaar en het corrigerend orgaan en tussen de regelaar
en de pomp voeren netspanning
• De opnemerleidingen mogen niet parallel met netleidingen (b.v. de voeding van de pomp(en))
worden gelegd (veiligheidsklasse II EN 60730!)
• Een defect of zichtbaar beschadigd apparaat moet onmiddellijk van de voeding worden los-
gekoppeld en worden vervangen.
Toelaatbare leidinglengten
•
Voor alle opnemers:
Cu-kabel 0,6 mm Ø
2
Cu-kabel 1,0 mm
2
Cu-kabel 1,5 mm
Building Technologies
max. 20 m
max. 80 m
max. 120 m
74 319 0620 0 a
17.04.2008
nl
51/152