Probleem
Deluchtkwaliteitwordt
nietbeter,ookniet
alshetapparaatal
gedurendeeenlangere
tijdisingeschakeld.
Dekleurvande
luchtkwaliteitsindicator
blijftongewijzigd.
Hetapparaat
produceerteenrare
geur.
Hetapparaatmaakt
teveelgeluid.
Hetapparaatblijft
aangevendatereen
filtermoetvervangen,
maardathebikal
gedaan.
Foutmelding'E1','E2',
'E3'of'E4'wordtophet
schermweergegeven.
Mogelijke oplossing
Eenvandefiltersisnietinhetapparaatgeplaatst.Zorgdatallefilters
•
correctzijngeplaatstindevolgendevolgorde,tebeginnenmethet
binnenstefilter:1) NanoProtectserie3-filter;2) voorfilter.
Deluchtkwaliteitsensorisvochtig.Devochtigheidsgraadinderuimteis
•
hoogenveroorzaaktcondens.Zorgdatdeluchtkwaliteitsensorschoon
endroogis(ziehethoofdstuk'Schoonmaken').
Deluchtkwaliteitsensorisverontreinigd.Maakdeluchtkwaliteitsensor
•
schoon(ziehethoofdstuk'Schoonmaken').
•
Deeerstepaarkeerdatuhetapparaatgebruikt,komtermogelijk
eengeurvanplasticvrij.Ditisnormaal.Echter,alshetapparaateen
brandgeurproduceert,neemdancontactopmetuwPhilips-dealerof
eendoorPhilipsgeautoriseerdservicecentrum.Hetapparaatkanook
eenonaangenamegeurproducerenwanneerhetfiltervuilis.Maakin
ditgevalhetbetreffendefilterschoonofvervanghet.
•
Alshetapparaatteluidis,kuntudesnelheidvandeventilatorlager
zetten.Alsuhetapparaat'snachtsineenslaapkamergebruikt,
selecteertudeslaapstand.
•
Mogelijkhebtudelevensduurtellervanhetfilternietgereset.Steekde
stekkerinhetstopcontact,drukop
enhoudderesettoets
•
Hetapparaatisdefect.NeemcontactopmethetConsumerCare
Centreinuwland.
omhetapparaatinteschakelen
3 secondeningedrukt.
NL
109