Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
Door op een lege regel te drukken of door op de toets Add te drukken, verschijnt een venster om
een nieuwe gebruiker toe te voegen. Naam, ID, wachtwoord (minimaal 4 tekens) en toegangsniveau
(1 tot 4) moeten ingevoerd worden.
Als op een regel met een geregistreerde gebruiker gedrukt wordt, wordt een venster voor het
bewerken of verwijderen van die gebruiker getoond.
7.2 Menu View
7.2.1 Numerieke weergave
Dit is de standaardweergave, die meetwaarde, test-temperatuurwaarde en een grafiek met de
metingen tijdens het ingestelde tijdframe toont. Het display wordt na elke meetcyclus, die
geconfigureerd kan worden om aan te sluiten op de behoefte van de gebruiker, bijgewerkt.
7.2.2 Configuratie van de numerieke weergave
1. Selecteer Configure (configureren) uit menu View (weergave), gevolgd door Conf. numeric
view (configuratie numerieke weergave) om het display aan te passen:
Optie
Display temperature
(temperatuur weergeven)
Display mini graph
(minigrafiek weergeven)
Display time base (tijdbasis
weergeven)
Upper bound (bovengrens)
Lower bound (ondergrens)
Time base (tijdbasis)
Knop Grid (raster)
Knop Auto Scale update
(bijwerken automatisch
schalen)
Knop Clean (leegmaken)
7.2.3 Statistische weergave
Deze functie biedt statistische gegevens voor overeenstemming met hulpmiddelen voor Total Quality
Management, om processen beter te kunnen analyseren. De statistieken worden berekend aan de
hand van de gegevens in het meetwaardenbestand en waarden worden elke keer dat een nieuwe
meting toegevoegd wordt, bijgewerkt.
7.2.4 Diagnoseweergave
De diagnoseweergave bevat nuttige informatie voor het opsporen van fouten.
7.3 Menu Measurement
7.3.1 Instrumentconfiguratie
7.3.1.1 Beschrijving van de continue mode
De continue mode wordt standaard gebruikt voor procesmetingen.
Continue mode-cyclus
• De meetwaarde wordt elke 2 seconden geüpdatet in het display.
182 Nederlands
Beschrijving
Selecteer Channel temperature (temperatuur kanaal) om de
voorbeeldtemperatuur weer te geven.
Vink het vakje aan om de minigrafiek weer te geven.
Vink het vakje aan om de tijdbasis weer te geven.
Instellen van de bovengrens van de grafiek.
Instellen van de ondergrens van de grafiek.
Instellen van de tijdsduur van de grafiek.
Instellen van de curve om de x- of y-as, het raster of de
drempelwaarden weer te geven.
Automatisch instellen van de onder- en bovengrens voor een
optimale aanpassing aan de weergegeven waarden.
De weergegeven grafiek wissen en opnieuw beginnen.
