Elektrocutiegevaar. Koppel altijd het instrument los van de netvoeding voordat u
elektrische aansluitingen tot stand brengt.
Hoogspanningsinstrumenten (100-240VAC) hebben een mannelijke 4-pinsconnector die intern
voorbekabeld is met een mannelijke BINDER-connector en klaar is voor aansluiting op de
netvoeding. Een compatibele vrouwelijke connector wordt bij het instrument bijgeleverd.
Als deze vrouwelijke connector geleverd is met een reeds aanwezige netstekker (kabel
onderdeelnummers 33031, 33032, 33033 en 33034), dan kan de vrouwelijke connector rechtstreeks
aangesloten worden op de voedingsaansluiting van het instrument. De twee connectoren hebben
profiel om een foute aansluiting de voorkomen. Zet de vrouwelijke connector met de hand vast op de
voedingsaansluiting van het instrument.
Als er geen netsnoer besteld was bij het instrument, dan moet een netstekker aangesloten worden
op de bijgeleverde vrouwelijke connector zoals beschreven in de volgende procedure.
Specificaties van een door de gebruiker geleverd netsnoer:
• 3-aderig (fase, nul en aarde)
• kabel Ø ≥ 7 mm; ≤ 9,5 mm
• kabelkeuze ≥ 1 mm
Bereid de door de gebruiker geleverde kabel als volgt voor:
1. Strip 23 mm van de afscherming van het netsnoer af.
2. Snijd de fase- en nuldraad tot op 15 mm lengte af maar laat de aarddraad zoals hij is.
3. Strip vervolgens naar behoefte een klein stukje buitenisolatie af van de drie draden.
Sluit de vrouwelijke connector als volgt aan:
1. Neem het smalle uiteinde van de connector (4) in de ene hand en het hoofdelement (2) in de
andere hand en schroef ze uit elkaar. Trek de kabelklem (3) los en schroef het stekkeruiteinde (1)
los om de vier elementen van de connector op te splitsen.
2. Schroef de schroeven van de kabelklem (3) los zodat het netsnoer erdoorheen getrokken worden
kan.
3. Trek het netsnoer door het stekkeruiteinde (1), het hoofdelement (2) en de kabelklem (3) en sluit
vervolgens de drie draden (fase, nul en aarde) als volgt op de connector (4) aan:
1. Fase (bruin)
2. Nul (blauw)
3. Niet gebruikt
Aarde - Aarde (groen en geel)
Opmerking: De cijfers en het aardingssymbool staan op het uiteinde van de connector gedrukt. Controleer
of de aansluiting correct uitgevoerd is.
4. Schuif de kabelklem (3) terug op de connector (4) en schroef de schroeven op de klem vast om
de kabel vast te zetten.
5. Schroef de twee elementen (4) en (2) weer op elkaar.
6. Zet het netsnoer vast door het stekkeruiteinde (1) terug op zijn plaats te schroeven.
7. De vrouwelijke connector kan nu direct aangesloten worden op de voedingsaansluiting van het
instrument. De twee connectoren hebben profiel om een foute aansluiting de voorkomen. Zet de
vrouwelijke connector met de hand vast op de voedingsaansluiting van het instrument.
2
2
, AWG18; ≤ 2,5 mm
G E V A A R
, AWG14
Nederlands 175