3.2
Het juiste kookgerei kiezen
•
Gebruik alleen kookgerei met een bodem die geschikt is voor koken met inductie.
Kijk naar het inductiesymbool op de verpakking of op de onderkant van de pan.
•
U kunt controleren of uw kookgerei geschikt is door een magneettest uit te voeren.
Beweeg een magneet naar de onderkant van de pan. Als hij wordt aangetrokken tot
de pan, dan is de pan geschikt voor inductie.
•
Als u geen magneet heeft:
Doe wat water in de pan die u wilt controleren.
1.
Als
niet knippert op het display en het water opwarmt, dan is de pan geschikt.
2.
•
Kookgerei dat is gemaakt van de volgende materialen is niet geschikt: puur roestvrij staal, aluminium of koper
zonder magneetbasis, glas, hout, porselein, keramiek en aardewerk.
Gebruik geen kookgerei met scherpe randen of een kromme bodem.
Zorg ervoor dat de onderkant van uw pan glad is, plat tegen het glas zit en is net zo groot is als de kookzone.
Gebruik pannen waarvan de diameter het zo groot als de weergave van de geselecteerde zone. Als de pan iets
breder is, zal de energie optimaal worden gebruikt. Als u een kleinere pan gebruikt, kan dit minder efficiënt zijn dan
verwacht. Een pan die kleiner is dan 80 mm wordt mogelijk niet herkend door de kookplaat. Plaats uw pan altijd in het
midden van de kookzone.
Til pannen altijd van de inductiekookplaat – niet verschuiven, hierdoor kan het glas krassen.
N -10