Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
NL
REPARATIES AAN HET APPARAAT
10
REPARATIES AAN HET APPARAAT
Schakel het apparaat uit.
Voorafgaand aan alle reparaties: verwijder de
netstekker.
10.1
INLAATVENTIELKNOP
1. Draai de inlaatventielknop los met een sleutel (17 mm).
2. Vervang de schraper (1) en de O-ring (2).
38
1
2
10.2
INLAATVENTIEL
1. Zet
de
bijgeleverde
knopbehuizing (1).
2. Maak de knopbehuizing (1) los door zachtjes met een
hamer op het uiteinde van de sleutel te tikken.
3. Schroef de knopbehuizing samen met het inlaatventiel (2)
uit de materiaaltransportpomp.
4. Verwijder
de
clip
schroevendraaier.
5. Zet de bijgeleverde sleutel (30 mm) op het inlaatventiel (2).
Trek het inlaatventiel voorzichtig eruit met een draaiende
beweging.
6. Reinig de ventielzitting (4) met reinigingsmiddel en kwast
(let op dat er geen haren van de kwast achterblijven).
7. Reinig de afdichtingen (5, 6), controleer deze op
beschadigingen en vervang deze zonodig.
8. Controleer alle ventieldelen op beschadigingen. Vervang
het inlaatventiel bij zichtbare slijtage.
5
2
4
Montage
1. Plaats het inlaatventiel (2) in de knopbehuizing (1) en
borg het met de clip (3). Zorg dat de (zwarte) afdichting
(5) in de knopbehuizing is gemonteerd.
2. Schroef de eenheid bestaande uit knopbehuizing en
inlaatventiel in de materiaaltransportpomp. Dezelfde
(zwarte) afdichting (6) moet in de materiaaltransportpomp
zijn gemonteerd.
3. Draai de knopbehuizing met de sleutel (30 mm) aan
en zet deze vast door drie keer licht met een hamer op
het uiteinde van de sleutel te tikken (komt overeen met
ca. 90 Nm aanhaalmoment).
Super Finish 23 CR
sleutel
(30
mm)
(3)
met
de
bijgeleverde
1
3
6
op
de
