u Aansluitgegevens van de klemmenstrook in
acht nemen.
1 "4 Technische gegevens" [} 14]
5.6.3 Arbeidsstroomactiveringsschakelaar
Alleen geldig voor de productvarianten met een
schakeluitgang voor de aansturing van een externe
arbeidsstroomactiveringsschakelaar.
Voorwaarde(n):
ü De arbeidsstroomactiveringsschakelaar is in de
voorgeschakelde elektrische installatie geïnstal-
leerd.
1 "5.2.2 Veiligheidsvoorzieningen" [} 17]
1
Afb. 9: Aansluiting arbeidsstroomactiveringsschake-
laar
u Leiding van de arbeidsstroomactiveringsscha-
kelaar demonteren.
u Aders 8 mm strippen.
u Aders aansluiten op de schakeluitgang (1).
Daarvoor de klemmen 11 (COM) en 14 (NO) ge-
bruiken.
u Aansluitgegevens van de schakeluitgang in
acht nemen.
1 "4 Technische gegevens" [} 14]
14
11
5.7
Product instellen op eenfasig bedrijf
De werkzaamheden in dit hoofdstuk mogen
alleen door een elektromonteur worden uit-
gevoerd.
In de uitleveringstoestand is het product ingericht
op een driefasig bedrijf.
Voorwaarde(n):
ü Het product is eenfasig aangesloten.
1 "5.6.2 Stroomvoorziening" [} 20]
Fasevolgordemeetrelais
Alleen geldig voor de productvarianten met fase-
volgordemeetrelais (AMTRON® Professional+ 7,4 /
22, AMTRON® Professional+ 7,4 / 22 PnC, AM-
TRON® Professional 7,4 / 22, AMTRON® Professio-
nal 7,4 / 22 PnC).
Om het product eenfasig te gebruiken, moet de po-
tentiometer aan het fasevolgordemeetrelais wor-
den omgezet.
1
u Potentiometer (1) instellen op stand 1 met be-
hulp van een sleufschroevendraaier.
Instelling
Beschrijving
1
Eenfasig bedrijf
3
Driefasig bedrijf
Webinterface
Om het product eenfasig te gebruiken, moet een
parameter in de webinterface worden omgezet.
1 "6 Inbedrijfstelling" [} 23]
NL
21