9.4 He testen van de remote flitsfunctie
• Zet de slaafflitsers net zo neer als u ze voor
de latere opname wilt gebruiken. Gebruik
voor het opstellen van de slaafflitsers een
flitservoetje S60).
• Wacht de flitsparaatheid van alle deelne-
mende flitsers af. Zijn de slaafflitsers
paraat, dan knippert de AF-meetflits
• Druk bij de master-flitser op de ontspan-
knop voor handbediening en ontsteek
daardoor een testflits.
De slaafflitsers reageren per slaafgroep na
elkaar iets vertraagd met een testflits.
Als een slaaflitser geen testflits afgeeft,
controleer dan de instelling van
remote-kanaal en slaafgroep.
Corrigeer de stand van de slaafflitser zodat
deze het licht van de master-flitser kan ont-
vangen.
De soort flitsfunctie wordt automatisch door
de master-flitser doorgegeven.
Als de flitser als master in het draadloos
remotesysteem werkt, wordt tegelijk met het
ontsteken van zijn instellicht dat van de
slaafflitser(s) ontstoken.
.
P TTL
-7,9 m
0,7
m
Z
F4.0
35
OOM
m
EV
INFO
SLAVE
SERVO
SYNC
M-SERVO
Z
24 mm
OOM
INFO
P
9.5 SERVO-functie
De SERVO-functie is een eenvoudige slaaf-
functie zonder, c.q. met onderdrukking van
een flits vooraf, waarbij de slaafflitser altijd
een flits ontsteekt zodra deze een lichtim-
puls van de flitser op de camera ontvangt.
In de SERVO-functie is in het algemeen alleen
flitsen met handinstelling mogelijk. Deze
flitsfunctie, waarbij de instellingen met de
hand moeten worden gedaan, wordt na het
instellen van de SERVO-functie automatisch
ingesteld.
9.5.1 SERVO-flitsfunctie instellen
• Stel op de camera een TTL functie in.
• Druk in het aanraakscherm zo vaak op de
sensortoets voor de aangegeven functie,
dat de aanduiding van het keuzemenu
verschijnt
• Druk in het aanraakscherm op de sensor-
toetsen
en kies de functie
„SERVO" .
• Druk in het aanraakscherm op de sensor-
SERVO
toets
.
De functie wordt uitgevoerd.
Indien gewenst, kunt u een deelvermogen
instellen, zie 9.4.3.
x
117