betreffende DIP-schakelaar (zie tabel hieronder)
bij de basiswaarde van 1,5 A worden opgeteld.
DIP-
Stroom-
Voorbeeld:
schakelaar
waarde
Nominale pompstroom 7,5 A
1
0,5 A
2
1,0 A
+ 2,0 A (DIP-schakelaar 3)
+ 4,0 A (DIP-schakelaar 5)
3
2,0 A
= 7,5 A (nominale pomp-
4
3,0 A
5
4,0 A
Pomp-kick (DIP 6)
Ter voorkoming van langere stilstandtijden vindt
er een cyclische testloop plaats. De testloop wordt
met DIP-schakelaar 6 geactiveerd (ON) of gede-
activeerd (OFF) .
Een testloop van 2 s vindt plaats na een stilstand-
tijd van de pompen van 24 uur.
Zoemer (DIP 7)
Met DIP-schakelaar 7 wordt de interne zoemer
geactiveerd (ON) of gedeactiveerd (OFF) . Bij
spanningsuitval of bij uitgeschakelde hoofdscha-
kelaar kan de zoemer niet met de DIP-schakelaar
worden gedeactiveerd. Indien nodig moet hier de
accu (toebehoren) uit de houder worden verwij-
derd.
6.2.4 DIP-schakelaar (fig. 2, pos. 3) onder de
potentiometer
GEVAAR! Levensgevaar!
Bij werkzaamheden aan een geopende schakel-
kast bestaat het gevaar voor elektrische schok
door de aanraking van onder spanning staande
onderdelen.
De werkzaamheden mogen enkel worden uitge-
voerd door vakpersoneel!
Voor het wijzigen van de DIP-schakelaarinstel-
lingen het apparaat spanningsvrij schakelen en
beveiligen tegen onbevoegd herinschakelen.
Maximale installatieparameters (DIP 1-3)
Om eventuele overbelasting en de hiermee ver-
bonden vroegtijdige uitval van de installatie te
voorkomen, kunnen de DIP-schakelaars 1 tot en
met 3 geactiveerd (ON) worden. Door de active-
ring vindt via de software de bewaking van de
ingestelde installatieparameters plaats. De func-
ties kunnen naar keuze afzonderlijk of tegelijk
worden geactiveerd.
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Control EC-Drain LS2
1,5 A (basiswaarde)
stroom)
Via de onderste DIP-scha-
kelaars worden vooringe-
stelde installatieparameters
alsmede verschillende
onderhoudsintervallen
geactiveerd.
Bovendien kan elke pomp
voor noodzakelijke onder-
houdswerkzaamheden via
een DIP-schakelaar worden
geactiveerd c.q. gedeacti-
veerd.
Bij overschrijding van de af fabriek ingestelde
waarden wordt een visuele melding via de gele
LED (fig. 1, pos. 13) geactiveerd. Er vindt geen
akoestische alarmmelding plaats en het contact
van de verzamelstoringsmelding (SSM) is niet
actief.
Bij het optreden van de visuele melding adviseren
wij de installatie c.q. de toepassingsvoorwaarden
te controleren.
De teller moet door het vakpersoneel worden
gereset.
De volgende functies kunnen worden geactiveerd
(ON) c.q. gedeactiveerd (OFF):
DIP-
Werking
schakelaar
1
Schakelingen van de pomp per uur
2
Schakelingen van de pomp per dag
3
Looptijd van de pomp per uur
Service (DIP 4-5)
Via de DIP-schakelaars 4 en 5 kan het onder-
houdsinterval van de installatie worden ingesteld.
Als beide DIP-schakelaars zijn gedeactiveerd
(OFF), vindt geen indicatie van het onderhoudsin-
terval plaats.
Na afloop van het ingestelde onderhoudsinterval
wordt een visuele melding via de gele LED (fig. 1,
pos. 13) geactiveerd. Er vindt geen akoestische
alarmmelding plaats en het contact van de verza-
melstoringsmelding (SSM) is niet actief.
Ter verhoging van de bedrijfsveiligheid adviseren
wij u onderhoud uit te voeren zodra de visuele
melding verschijnt.
De tijdregistratie vindt continu plaats zolang de
netspanning aanwezig is.
De teller moet door het vakpersoneel worden
gereset.
De volgende onderhoudsintervallen kunnen wor-
den gekozen:
DIP-
Onderhoudsinterval
schakelaar
4
¼ jaar
5
½ jaar
4 + 5
1 jaar
Activering pomp (DIP 6-7)
Schakelaar voor selectie van de bedrijfsmodus van
de pomp. Hier kan elke pomp worden gedeacti-
veerd (OFF) resp. vrijgegeven (ON). De indicatie
vindt plaats via de groene LED (fig. 1, pos. 5,
pos. 9)
AANWIJZING: In uitgeschakelde toestand wordt
de pomp bij een aanvraag door de vlotterschake-
laars niet ingeschakeld.
DIP-
Onderhoudsinterval
schakelaar
6
Pomp 1 actief
7
Pomp 2 actief
Nederlands
33