TECHNISCHE GEGEVENS
Stelwielpositie
Meetbereik
Wisselstroom
60/600/1000 A
Gelijkstroom
60/600/1000 A
600 V
Wisselspanning
1000 V
600 V
Gelijkspanning
1000 V
Weerstand
600 Ω/6000 Ω/60 kΩ/600 kΩ
Doorgangstest
600.0Ω
Capaciteit
400μF/4000μF
ACA: 600 Hz, 6 kHz
Frequentie
ACV: 600 Hz, 6 kHz, 60 kHz
Met dit apparaat kan de effectieve waarde worden gemeten. Alle stroom- en spanningswaarden worden als effectieve waarde weergegeven. De
nauwkeurigheid is gespecificeerd voor 1 jaar na de fabriekskalibratie bij 18° - 28 °C en 0 % - 85 % luchtvochtigheid.
Ingangsimpedantie wisselspanning
Ingangsimpedantie gelijkspanning
Overbelastingsbescherming wisselspanning / gelijkspanning
Meetbereik stroom bij meettang
Meting van de inschakelstroom
Max. spanning tussen aansluiting en einde
CAT III
CAT IV
Max. kabeldikte bij meettang
Werktemperatuur
Opslagtemperatuur
Temperatuurcoëfficiënt
Max. werkhoogte boven de zeespiegel.
Acculooptijd
Spanning wisselaccu
Gewicht volgens de EPTA-procedure 01/2003
WAARSCHUWING! Lees alle veiligheidsinstructies en
aanwijzingen door - ook die in de bijgeleverde brochure. Als de
waarschuwingen en voorschriften niet worden opgevolgd, kan dit een
elektrische schok, brand of ernstig letsel tot gevolg hebben.
Bewaar alle waarschuwingen en voorschriften voor toekomstig
gebruik.
SPECIALE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES meetapparaat
Voer geen metingen uit in stroomcircuits met spanningen boven 1.000
V. Gebruik alleen testkabels die voor 1.000 V of meer geschikt zijn.
De tangpunten zijn zodanig geconstrueerd dat schakelcircuits tijdens de
meting niet kunnen worden kortgesloten. Als de meetuitrusting niet met
geïsoleerde, spanningvoerende onderdelen in contact zou kunnen
komen, moeten voorzorgsmaatregelen worden getroffen om kortsluiting
te voorkomen.
Verwijder bij stroommetingen de testkabels van het meetapparaat.
Raak tijdens de meting nooit de meetpunten aan.
Ter vermijding van gevaar voor elektrische schokken bij de
weerstandsmeting, doorgangstest en capaciteitsmeting mogen deze
metingen nooit onder spanning worden uitgevoerd.
Voer geen metingen uit in ruimten met licht ontvlambare gassen. Het
gebruik van dit meetapparaat kan vonken veroorzaken die tot een
explosie kunnen leiden.
Het meetapparaat mag niet worden gebruikt als de behuizing of uw
handen vochtig zijn.
Overschrijd nooit de voor het meetapparaat geoorloofde
ingangswaarde.
44
NEDERLANDS
Resolutie
Meetnauwkeurigheid
±1,9%rdg ±5dgts, 50Hz/60Hz
0,01/0,1/1 A
±3,0%rdg ±5dgts, 45Hz to 500Hz*
+ 2% / CF>2
0,01/0,1/1 A
±2%rdg±5dgt
0,1 V
±1,2%rdg ±5dgts, 50Hz/60Hz
±1,8%rdg ±5dgts, 45Hz to 500Hz
1 V
0,1 V
±1%rdg±2dgt
1 V
0,1 Ω/1 Ω/10 Ω/0,1 kΩ
±1%rdg±2dgt
0,1 Ω
Signaalgeluid vanaf 30Ω of minder
±2,5%±20dgt
0,1μF/1μF
tot 60μF
±1%rdg±1dgt
Gevoeligheid: stroom 5A RMS;
0,1 Hz, 1 Hz, 10 Hz
Spanning - 30 V RMS
Min. frequentie 10 Hz
1200 V AC RMS
1200A AC RMS / DC 10sec
0,1 x gespecificeerde nauwkeurigheid / °C (<18 °C of >28 °C)
>12 h met alle functies
Metingen aan spanningvoerende stroomkringen mogen alleen worden
uitgevoerd wanneer dit absoluut noodzakelijk is.
Test de functie van het meetapparaat eerst op een bekende schakeling.
Ga er daarbij altijd van uit dat de stroomkring onder spanning staat,
voordat deze aantoonbaar spanningloos is.
Aard uzelf niet tijdens een meting. Vermijd lichamelijk contact met
geaarde onderdelen zoals buizen, radiatoren, fornuizen of koelkasten.
Neem tijdens een meting nooit de accu's uit het meetapparaat.
Het meetapparaat is alleen bedoeld voor de beschreven toepassingen
en omgevingsvoorwaarden. In het andere geval kunnen de
veiligheidsfuncties van het meetapparaat niet optimaal functioneren en
kan ernstig persoonlijk letsel of schade aan het meetapparaat ontstaan.
Draag in de buurt van spanningvoerende kabels geschikte
veiligheidskleding om het gevaar voor elektrische schokken of een
lichtboog te vermijden.
Voer nooit metingen uit met een defect meetapparaat, bijv. bij een
beschadigde behuizing of bij onbeschermde metalen onderdelen aan
het meetapparaat.
Bedien het stelwiel niet als de testkabels aangesloten zijn.
Monteer geen verdere onderdelen aan het meetapparaat en voer geen
verandering aan het meetapparaat uit. Stuur het meetapparaat voor
reparaties en hernieuwde kalibraties naar een geautoriseerde
Milwaukee-klantenservice.
Gebruik alleen Milwaukee-testkabels in combinatie met het Milwaukee
meetapparaat. Controleer de testkabels vóór het gebruik op schade.
Contactloze spanningscontrole:de led geeft niet te de toestand van een
elektrische installatie aan. Raak nooit de geleiders aan, ook niet als de
led tijdens de controle niet brandt. De geleiders kunnen toch onder
spanning staan. Test de functie van de led op een bekende
spanningsbron. Als de led niet brandt, is de spanningstester defect en
mag niet voor metingen worden gebruikt! De contactloze
spanningscontrole wordt beïnvloed door externe spanningen en door de
manier waarop het meettoestel gehouden of geplaatst wordt.
Meetcategorieën en hun betekenis conform IEC 61010-1:
CAT III: metingen in de gebouweninstallatie: stationaire verbruikers,
verdeleraansluiting, apparaten vast aan de verdeler
CAT IV: metingen aan de bron van de laagspanningsinstallatie: teller
hoofdaansluiting, primaire overstroominrichtingen.
Voor uw meetapparaat gelden de meetcategorie en de bijbehorende
maximale nominale spanning, bijv. 1.000 V CAT III, die op het apparaat
vermeld staan.
SPECIALE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES accu
Vervang de wisselaccu niet als de behuizing van het meetapparaat
vochtig is.
Verwijder alle kabels van het meetapparaat en schakel het
meetapparaat uit voordat u de wisselaccu vervangt.
Verbruikte akku's niet in het vuur of bij het huisvuil werpen. Milwaukee
biedt namelijk een milieuvriendelijke recyclingmethode voor uw oude
akku's.
Wisselakku's niet bij metalen voorwerpen bewaren (kortsluitingsgevaar !
) .
Wisselakku's van het Akku-Systeem C12 alléén met laadapparaten van
1 MΩ
het Akku-Systeem C12 laden. Geen akku's van andere systemen laden.
1 MΩ
Onder extreme belasting of extreme temperaturen kan uit de accu
accu-vloeistof lopen. Na contact met accu-vloeistof direct afwassen met
water en zeep. Bij oogcontact direct minstens 10 minuten grondig
spoelen en onmiddelijk een arts raadplegen.
≤ 100 ms
Dit apparaat mag niet worden bediend door personen (inclusief
kinderen) met beperkte fysieke, sensorische of geestige vermogens of
1000 V
met gebrek aan ervaring en/of kennis in de omgang met dit apparaat,
600 V
tenzij ze door een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon
40 mm
begeleid worden of instructies van deze persoon hebben ontvangen
-10°C-50°C
over het gebruik van het apparaat.
-40°C-60°C
Op kinderen dient toezicht te worden gehouden om te waarborgen dat
ze niet met het apparaat spelen.
2000 m
VOORGESCHREVEN GEBRUIK VAN HET SYSTEEM
Het meetapparaat is geschikt voor de meting van de volgende
12 V Li-Ion
parameters: wisselstroom, gelijkstroom, wisselspanning, gelijkspanning,
770 g
elektrische weerstand, elektrische doorgang, capaciteit van een
condensator,elektrische frequentie, inschakelstroom. Dit apparaat mag
alleen worden gebruikt voor de meting van de hierboven beschreven
parameters.
ARBEIDSINSTRUCTIES
Draai vóór de meting het stelwiel in de gewenste positie.
Steek de testkabels vast in het meetapparaat.
Verwijder bij stroommetingen de testkabels van het meetapparaat.
Stel het meetapparaat niet bloot aan directe zonnestraling, hoge
temperaturen, hoge luchtvochtigheid of dauw.
Toepassing mogelijk tot 2.000 m boven de zeespiegel. Geschikte
omgevingstemperatuur -10 °C - 50 °C.
Het meettoestel is niet stof- en waterdicht. Houd het meettoestel
verwijderd van stof en water.
Schakel het meetapparaat uit na gebruik. Als u het meetapparaat
gedurende een langere periode niet gebruikt, adviseren wij, de
wisselaccu te verwijderen.
Reinig het meetapparaat met een vochtige doek of een mild
reinigingsmiddel. Gebruik geen schuurmiddel of oplosmiddel.
AKKU
Nieuwe wisselakku's bereiken hun volle kapaciteit na 4-5 laad-/
ontlaadcycli. Langere tijd niet toegepaste wisselakku's vóór gebruik
altijd naladen.
Een temperatuur boven de 50°C vermindert de capaciteit van de accu.
Langdurige verwarming door zon of hitte vermijden.
De aansluitkontakten aan het laadapparaat en de akku schoonhouden.
Voor een optimale levensduur moeten de accu's na het gebruik volledig
opgeladen worden.
Voor een zo lang mogelijke levensduur van de accu's dienen deze na
het opladen uit het laadtoestel te worden verwijderd.
Bij een langere opslag van de accu dan 30 dagen:
accu bij ca. 27 °C droog bewaren.
accu bij ca. 30 % - 50 % van de laadtoestand bewaren.
accu om de 6 maanden opnieuw opladen.
ONDERHOUD
Gebruik uitsluitend Milwaukee toebehoren en onderdelen. Indien
componenten die moeten worden vervangen niet zijn beschreven, neem
dan contact op met een officieel Milwaukee servicecentrum (zie onze
lijst met servicecentra).
Onder vermelding van het tiencijferige nummer op het machineplaatje is
desgewenst een doorsnedetekening van de machine verkrijgbaar bij:
Milwaukee Electric Tool, Max-Eyth-Straße 10, D-71364 Winnenden,
Germany.
SYMBOLEN
Graag instructies zorgvuldig doorlezen vóórdat u de
machine in gebruik neemt.
Voor alle werkzaamheden aan de machine de akku
verwijderen.
Geef elektrisch gereedschap niet met het huisvuil mee!
Volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG inzake oude
elektrische en lektronische apparaten en de toepassing
daarvan binnen de nationale wetgeving, dient gebruikt
elektrisch gereedschap gescheiden te worden
ingezameld en te worden afgevoerd naar een recycle
bedrijf dat voldoet aan de geldende milieu-eisen.
WAARSCHUWING
Ter vermijding van een elektrische schok dient u de
testkabels te verwijderen voordat u de behuizing opent of
de wisselaccu verwijdert.
Massa
Randgeaard
Voer geen metingen uit in stroomcircuits met
>1000 V
spanningen boven 1.000 V.
Raak tijdens de meting nooit de meetpunten aan.
NEDERLANDS
45