Instellen
• Navigeer met de
CURSORpIJLTOeTSeN naar het
instelmenu om selecties te markeren.
2. Taal selecteren
Markeer de gewenste taal en druk
daarna op de softkey YeS.
3. Wachtwoord van de
systeembeheerder invoeren
Navigeer naar het scherm SUpeRVISOR
en voer het pASSWORD van de
systeembeheerder in.
4. Encoders configureren
• Navigeer naar het scherm CHANNeLS
en markeer het gewenste CHANNeL
van de encoder.
• Voer alle vereiste encoderparameters
in.
• Herhaal de instelling voor alle
encoderkanalen. Selecteer andere
kanalen met de softkey DeC of
INC. Indien gewenst, kunt u met de
softkey AppLY ALL instellingen van
het huidige kanaal op alle andere
kanalen toepassen.
5. Onderdelen benoemen en maten
• Navigeer naar het scherm
DIMeNSIONS en markeer het veld
pART.
• Selecteer andere onderdelen met
de softkey DeC of INC. Druk op
de softkey NeW om een nieuw
onderdeel toe te voegen.
• Markeer het veld NAMe.
• Onderdelen kunnen worden
aangeduid met een cijfer of een
naam. Indien gewenst, drukt u op
de softkey LABeL om een naam te
geven aan het huidige onderdeel.
• Markeer de eerste maat van het
onderdeel.
• Handhaaf de standaard maatnaam
of druk op de softkey LABeL om de
maat te hernoemen.
• Markeer en hernoem de overige
maten, indien gewenst.
6. Het LCD-scherm configureren
Navigeer naar het scherm DISpLAY
en selecteer de gewenste weergave-
eigenschappen.
7. Weergaveformaten configureren
• Navigeer naar het scherm FORMATS
en markeer het veld DIMeNSION.
• Voer de gewenste
weergaveparameters voor de maat in.
• Herhaal de instelling voor alle maten.
Selecteer afzonderlijke maten
met de softkey DeC of INC of pas
instellingen van de huidige maat toe
op alle andere maten met de softkey
AppLY ALL.
8. Maatformules maken
De ND 2100 G maakt gebruik van
formules voor het omrekenen van
ingangswaarden van het encoderkanaal
naar op het scherm getoonde maten.
De standaard maatformules die met
de ND 2100 G worden meegeleverd,
tonen de ingangswaarden van het
encoderkanaal zoals in dit voorbeeld
voor maat A getoond. Hieraan wordt
de waarde van encoderkanaal C1
toegekend:
A = C1
In het instelscherm FORMULAS
worden ingewikkelder formules
gemaakt, waarmee een of meer
encoderingangskanalen worden
verwerkt voor meer geavanceerde
metingen. In dit voorbeeld wordt
encoderkanaal C1 gebruikt in max- en
min-functies om de excentriciteit van
een roterende staaf te meten:
A = max(C1) - min(C1)
een formule maken:
• Navigeer naar het scherm
FORMULAS en selecteer de
gewenste DIMeNSION met de
softkey DeC of INC.
• Navigeer omlaag naar de formuleregel
en voer een formule in met behulp
van de functies die aan de rechterzijde
van het scherm worden getoond.
Formulefuncties kunnen worden
gewijzigd met de softkeys onderaan
het scherm.
Opmerking:
De ND 2100 G beschikt over een breed
scala van basis- en geavanceerde
formulefuncties. Raadpleeg het
Gebruikershandboek voor meer
informatie.
3