1
Hoge stroom
2
Geen stroom op
de inductor
3
Hoge temperatuur
generator
4
Temperatuur koo-
kzone te hoog of
te laag
5
B e s t u r i n g -
seenheid defect
6
Interne tempera-
tuur te hoog
7
Storing tempera-
tuursensor berei-
dingszone
8
Probleem in voe-
ding
10
C o m m u n i c a t i e -
fout
11
Initialisatiefout
12
Probleem in lei-
dingenstroom
40
Pannen niet ge-
Gebruik
schikt, verkeerde
schikte
of
defecte
in-
nen,
ductor
troleer
inductor
Aansluiting
in-
Sluit
de
ductor defect
ductor
aan
L u c h t l e i d i n g e n
C o n t r o l e e r
verstopt, ventila-
de
leidingen
tor
geblokkeerd,
en
hef
filter
verstopt,
v e r s t o p p i n g
temperatuursen-
op, maak de
sor defect
v e n t i l a t o r e n
schoon
controleer het
draaien ervan,
maak het filter
schoon
Pan leeg, tem-
Haal de pan
peratuursensor
weg, schakel
defect
de zone uit
en laat deze
afkoelen
vorens
weer
in
schakelen
Verbinding
van
Controleer de
knoponderdelen
v e r b i n d i n g .
defect of kapot
C o n t r o l e e r /
vervang
component
L u c h t l e i d i n g e n
C o n t r o l e e r
verstopt, ventilator
de
leidingen
geblokkeerd, filter
en
hef
verstopt,
tempe-
v e r s t o p p i n g
ratuursensor de-
op, maak de
fect, nabijheid van
v e n t i l a t o r e n
externe
warmte-
schoon
bronnen
controleer het
draaien ervan,
maak het filter
schoon,
rwijder de ex-
terne verwar-
mingsbron
Kortsluiting
op
C o n t r o l e e r /
sensor
vervang
component
Probleem in voe-
Controleer de
ding
of
netwe-
voeding
rksynchronisatie
Defect op LIN of
A f k o p p e -
CAN-Bus,
geen
len van het
verbinding tussen
netwerk en de
toetsenblok
en
aansluitingen
generator
controleren
Fout tijdens ini-
Wachten, het
tialisatie van de
apparaat
hardware
in
ongeveer
30 seconden
worden gere-
set
Onjuiste aanslui-
Verbind
ting van de bestu-
b e s t u r i n g -
ringseenheid
seenheid met
de juiste aan-
sluiting
Mislukking terwijl
Controleer de
het meten van de
aansluiting op
leidingenstroom
het netwerk
ge-
13
Foute aansluiting
pan-
op het net
con-
de
14
Fout in netadap-
ter
in-
goed
15
B e v e i l i g i n g
schakelcircuits
de
en
14 VERVANGING VAN ONDERDELEN
AANWIJZINGEN VOOR DE VERVANGING VAN ONDER-
al-
DELEN.
hem
te
• Schakel de elektrische voeding van het apparaat uit, indien
aanwezig, alvorens welke handeling dan ook te gaan verri-
chten.
• Controleer na de vervanging van een onderdeel van het elek-
trische circuit of de verbinding met de bedrading in orde is.
de
Vervanging inductie-element van de kookplaat
• Demonteer het bedieningspaneel en de voorkant.
• Haal de component naar buiten en koppel hem af.
de
• Vervang de defecte component.
Vervanging inductie-element van de wok
en
• Demonteer het bedieningspaneel en de voorkant.
• Maak de inductor los van het klemmenbord op de generator.
• Haal de inductor naar beneden toe weg.
• Vervang de defecte component.
ve-
Vervanging temperatuurregelaar
• Demonteer het bedieningspaneel.
• Vervang de defecte component.
de
Vervanging generator
• Demonteer het bedieningspaneel en de voorkant.
• Haal de generator weg en koppel hem af.
• Vervang de defecte component.
Vervanging glaskeramiekplaat
• Als de glaskeramiekplaat kapot is, wordt geadviseerd hem bij
ons bedrijf te laten vervangen.
15 REINIGING VAN DE INWENDIGE DELEN
• Controleer de conditie van de inwendige delen van het ap-
zal
paraat.
• Verwijder eventuele vuilafzettingen.
• Controleer het dampafvoersysteem en maak het schoon.
16 BELANGRIJKSTE ONDERDELEN
de
• Glaskeramiekplaat
• Glaskeramiek wok, compleet met inductor
• Controlelampje
• Inductie-elementen
• Generator
• Ruisfilter
Vo e d i n g s s p a n -
Controleer de
ning te hoog of te
aansluiting op
laag
het netwerk
Vo e d i n g s s p a n -
Controleer de
ning te hoog of te
aansluiting op
laag
het netwerk
Pan leeg, sensor
Haal de pan
defect
weg, schakel
de zone uit
en laat deze
afkoelen
vorens
weer
in
s c h a k e l e n .
Koppel
generator
en na enkele
minuten weer
aan.
al-
hem
te
de
af