#
Element
Interrupteur - Interruptor -
Schakelaar
1
+RPM
/
Auto RPM
Interrupteur - Interruptor -
Schakelaar
2
1
2
Interrupteur - Interruptor -
Schakelaar
3
+RPM
/
-RPM
1
2
Voyant vert
4
Luz testigo verde
Groen controlelampje
Voyant rouge
5
Luz testigo roja
Rood lampje
Bouton - Pulsador - Drukknop
6
ON
/
Reset
/
Freq.Sh
Bouton d'arrêt d'urgence
7
Pulsador de emergencia
Noodstopknop
Interrupteur
Interruptor
Schakelaar
8
/
MICRO
Interrupteur - Interruptor -
Schakelaar
9
4
/
5
Correspondance entre les symboles
du manche à balai et les manœuvres
de la grue
Fonctionnement
+RPM:
augmente
les
moteur du camion (trm )
Auto RPM : contrôle automati-
que des tours moteur (en aug-
mentation lorsque les manche à
balai sont activés)
1: Démarrage moteur camion.
2: Arrêt moteur camion.
+RPM:
augmente
les
moteur du camion (trm )
-RPM: réduit les tours moteur du
camion (trm ).
Indique la vitesse max de la grue
(voir commande 9).
- Eteint = vitesse 100%
- 1 clignotement/3s = vitesse 60%
- 2 clignotements/3s = vitesse 50%
- 3 clignotements/3s = vitesse 40%
- 4 clignotements/3s = vitesse 30%
- 5 clignotements/3s = vitesse 20%
- Rouge et non clignotant indique
le
bon
fonctionnement
l'émetteur.
- S'il clignote 3 fois et un bip est
émis, la batterie de l'émetteur
est déchargée.
- Une
seule
pression
l'émetteur.
- S'il est pressé lorsque l'émet-
teur est allumé, il active la
remise à zéro du limiteur de
moment.
- Deux pressions l'une après
l'autre, changent la fréquence
de
l'émetteur
(voir
Scanreco).
Coupe la transmission radio et
bloque tous les mouvements de
la grue.
- Met l'émetteur hors service.
ON: réduit la vitesse de 100% à
60%, 50%, 40%, 30% et 20% de
celle standard.
OFF: fait retourner la vitesse à
100%.
Après le déclenchement du bou-
ton d'arrêt d'urgence, la télé-
commande garde en mémoire la
dernière vitesse réglée.
4: active uniquement les man-
ches à balai pour la grue de base
5: active tous les manches à balai
(grue avec jib et activations suppl.)
Correspondencia entre los símbolos
del joystick y las maniobras de la
grúa
MG1
MG2
Funcionamiento
tours
+RPM: aumenta las revolucio-
nes motor del camión (rpm ).
Auto RPM: control automático
de
las
revoluciones
(aumentan cuando se accionan
los joystick).
1: Arranque motor camión.
2: Parada motor camión.
tours
+RPM: aumenta las revolucio-
nes motor del camión (rpm ).
-RPM: reduce las revoluciones
motor del camión (rpm ).
Indica la velocidad máxima de
la grúa (véase mando 9).
- Apagado = velocidad 100%
- 1 destello/3s = velocidad 60%
- 2 destellos/3s = velocidad 50%
- 3 destellos/3s = velocidad 40%
- 4 destellos/3s = velocidad 30%
- 5 destellos/3s = velocidad 20%
- Roja y no destellante indica el
de
correcto
funcionamiento
transmisor.
- Si destella 3 veces y se emite
un
"beep",
la
transmisor está agotada.
active
- Si se presiona una vez activa
el transmisor.
- Si se presiona con el trans-
misor encendido reinicializa el
limitador de momento.
- Si se presiona dos veces
seguidas cambia la frecuencia
del
transmisor
manuel
manual Scanreco).
Interrumpe la transmisión radio
y bloquea todos los movimien-
tos de la grúa.
- Apaga el transmisor.
ON: reduce la velocidad del
100% al 60%, 50%, 40%, 30% y
20% de la estándar.
OFF: lleva de nuevo al 100% la
velocidad.
Después, si se acciona el pul-
sador de emergencia, el radio
control mantiene en la memoria
la última velocidad configurada.
4: sólo habilita los joystick para
la grúa base.
5: habilita todos los joystick (grúa
con JIB y activaciones supl.)
MG3
MG4
D-68
Werking
+RPM: verhoogt het toerental van
de vrachtwagenmotor (tpm )
Auto RPM: automatische con-
motor
trole van het motortoerental
(neemt toe wanneer er joysticks
worden bediend).
1: Start motor vrachtauto.
2: Stop motor vrachtauto.
+RPM: verhoogt het toerental van
de vrachtwagenmotor (tpm ).
-RPM: verlaagt het toerental van
de vrachtwagenmotor (gpm ).
Geeft de max. snelheid van de
kraan aan (zie bediening 9).
- Uit = snelheid 100%
- 1 keer knipperen/3sec = snelheid 60%
- 2 keer knipperen/3sec = snelheid 50%
- 3 keer knipperen/3sec = snelheid 40%
- 4 keer knipperen/3sec = snelheid 30%
- 5 keer knipperen/3sec = snelheid 20%
- Als hij rood is en niet knippert,
del
geeft hij aan dat de zender
goed functioneert.
- Als hij 3 keer knippert en er
batería
del
klinkt een pieptoon, dan is de
batterij van de zender leeg.
- Als hij een keer wordt ingedrukt
activeert hij de zender.
- Als hij wordt ingedrukt terwijl de
zender aan is, wordt de mo-
mentbegrenzer gereset.
- Als hij tweemaal achtereen
wordt ingedrukt, verandert de
(véase
el
frequentie van de zender (zie
Scanreco-handleiding).
Stopt de radiotransmissie en
blokkeert alle bewegingen van
de kraan.
- Schakelt de zender uit.
AAN: verlaagt de snelheid van
100% tot 60%, 50%, 40%, 30%
en 20% van de standaardsnelheid.
OFF: brengt de snelheid terug
op 100%.
Nadat de noodstopknop is inge-
schakeld, houdt de afstandsbe-
diening de als laatste ingestelde
snelheid opgeslagen in het ge-
heugen.
4: geeft alleen de joysticks voor
de basiskraan vrij.
5: geeft alle joysticks vrij (kraan
en jib en extra activeringen)
Overeenstemming tussen de symbo-
len van de joystick en manoeuvres
van de kraan
MA1
MA2