Alarmsignalen herkennen
Het alarm wordt optisch, akoestisch en door vibratie in het aangegeven ritme
weergegeven.
Concentratievooralarm A1
Onderbroken alarmmelding:
Afwisselende weergave van » A1 « en meetwaar-
de. Niet voor O
!
2
Het vooralarm A1 is niet zelfhoudend en verdwijnt als de concentratie is gedaald
tot onder alarmdrempel A1.
Bij A1 klinkt een enkele toon en de alarm-LED knippert.
Bij A2 klinkt een dubbele toon en de alarm-LED knippert dubbel.
Vooralarm bevestigen:
[OK]-toets indrukken, alleen het akoestische alarm en het vibratiealarm wor-
den uitgeschakeld.
Concentratie-hoofdalarm A2
Onderbroken alarmmelding:
Afwisselende weergave van » A2 « en meetwaarde.
Voor O
: A1 = Zuurstoftekort
2
A2 = Zuurstofoverschrijding
WAARSCHUWING
De plaats direct verlaten, levensgevaar! Een hoofdalarm is zelfhoudend en kan
niet worden bevestigd.
Pas na verlaten van de plaats, als de concentratie is gedaald tot onder de alarm-
grens:
[OK]-toets indrukken, de alarmmeldingen worden uitgeschakeld.
Een blokkerend alarm op het CatEx-kanaal (wegens een duidelijke over-
schrijding van het meetbereik) kan niet door de [OK]-toets worden bevestigd.
Het CatEx blokkerend alarm wordt of automatisch door een functionerend (d.
w.z. zonder waarschuwingen en storingen) zuurstofkanaal bevestigd of
handmatig door het uit- en vervolgens weer inschakelen van het apparaat in
de frisse lucht.
Blootstellingsalarm STEL / TWA
Onderbroken alarmmelding:
Afwisselende weergave van » A2 « en »
meetwaarde:
VOORZICHTIG
De plaats direct verlaten. De werkplek van de persoon moet na dit alarm vol-
gens de nationale voorschriften worden geregeld.
– Het STEL- en TWA-alarm kan niet worden bevestigd.
Apparaat uitschakelen. De waarden van de blootstellingsanalyse moeten
worden gewist, nadat het apparaat opnieuw is ingeschakeld.
Batterij-vooralarm
Onderbroken alarmmelding:
Knipperend speciaal symbool »
« aan de rech-
terkant van het display:
Vooralarm bevestigen:
[OK]-toets indrukken, alleen het akoestische alarm en het vibratiealarm wor-
den uitgeschakeld.
– De batterij houdt na het eerste batterij-vooralarm nog ca. 20 minuten.
Batterij-hoofdalarm
Onderbroken alarmmelding:
Knipperend speciaal symbool »
« aan de rech-
terkant van het display:
Het batterij-hoofdalarm kan niet worden bevestigd:
– Het apparaat wordt na 10 seconden automatisch uitgeschakeld.
– Voordat het apparaat uitschakelt, worden gedurende korte tijd het optische,
het akoestische en het vibratiealarm geactiveerd.
Apparaatalarm
Onderbroken alarmmelding:
Weergave van speciaal symbool »
rechterkant van het display:
– Het apparaat is niet bedrijfsklaar.
Schakel het servicepersoneel of de servicedienst van Dräger in voor het ver-
helpen van de storing.
« (STEL) resp. »
« (TWA) en
« aan de
59