nld
5.3. Naslijpen van de streelmessen (of tangentiale messen)
Als spaanhoek (fig. 7) kunt u het beste bij algemeen gebruik de waarde
γ = 20° nemen. Op het meegeleverde instelkaliber is een inkerving aan-
gebracht, die, zoals fig. 8 laat zien, voldoet aan de waarde 20°. Voor har-
dere materialen kan het raadzaam zijn, de naslijphoek te vergroten. Daa-
rentegenover kan het noodzakelijk zijn, speciaal wanneer de schroef-
draadsnijkussens inhaken, (b.v. bij dunwandige buizen, legeringen en
kunststoffen) de waarde van γ te verkleinen.
In het algemeen gelden de volgende door ondervinding vastgestelde
waarden:
Staalsoorten van gemiddelde vastheid (300...400 N/mm
edelstaal
Staalsoorten met een hogere vastheid
Legeringen
Kunststoffen bijvoorbeel PVC hard
(speciale schroefdraadsnijkussens)
Bij schroefdraadgroottes van meer dan 33 mm moet bij de snijkussens
aan het einde van de klauwplaat een schuinte van 45° aangebracht wor-
den (fig. 7). Deze moet zo groot zijn, dat het snijkussen niet over de gli-
jvlakte (fig. 10 (26)) uitsteekt.
Overeenkomstig de spoed van de draad heeft het tangentiaal mes in de
houder een bepaalde helling. Overeenkomstig deze hellingshoek moet
de hoek δ (fig. 9) op het streelmes worden aangebracht zodat de tand-
toppen van het streelmes na inbouw in de houder op een gelijk niveau,
parallel ten opzichte van het basisvlak van de houder liggen. Hierbij moet
een tolerantie van ± 0,05 mm in acht genomen worden. Ook bij het mon-
teren van later geleverde streelmessen moet de hellingshoek in de hou-
der in acht genomen worden, angezien verschillende streelmessen in
meerdere houders kunnen worden gemonteerd om fijne schroefdraad te
snijden.
Bij bepaalde streelmessen werden ter verbetering van de spoedtoleran-
tie bij lange schroefdraden geleidetanden aangeslepen. Deze moeten ti-
jdens het bijslijpen van de streelmessen opnieuw worden aangebracht.
5.4. Afstellen van de streel- of tangentiale messen in de houder
Men moet erop letten, dat de nummers van de streel- of tangentiale mes-
sen met de nummers van de houders overeenstemmen en dat het ge-
monteerde klemplaatje niet boven het houderoppervlak uitsteekt. Uit-
steeksels moeten verwijderd worden, (b.v. afslijpen).
Voor het afstellen van het streel- of tangentiale messen in de de houder
(fig. 10) op maat 55,4 mm bij REMS Unimat 75 resp. 95,4 mm bij REMS
Unimat 77 wordt de schroef van het klemplaatje (25) stevig aangedraaid.
De genoemde maat moet nu met een meetinstrument of met het mee-
geleverde instelkaliber (fig. 8) – zoals fig. 10 laat zien, tussen de onder-
kant van de houder en de eerste tand na het aansnijvlak afgesteld wor-
den. Daartoe wordt het streel- of tangentiale messen met de schroef, die
zich aan de onderzijde van de houder bevindt naar voren gedrukt. De in-
stelschroef moet daarbij met betrekking tot het streel- of tangentiale mes-
sen onder druk staan. Bij REMS Unimat 75 moet de maat 55,4 mm (fig.
10) met een tolerantie van plm. 0,05 mm gehandhaafd worden. Bij klei-
nere schroefdraden (diameter 6...12 mm) kan het beste op 54,3 mm in-
gesteld worden. Belangrijk is echter dat de tolerantie van plm. 0,05 mm
binnen de 4 streel- of tangentiale messen van een snijset gehandhaafd
wordt. Voor REMS Unimat 77 moet op overeenkomstige wijze de waar-
de 95,4 mm plm. 0,05 mm gehandhaafd worden.
6. Hoe te handelen bij storingen
6.1. Storing:
Draad wordt onzuiver, punten raken afgescheurd.
Oorzaak:
Stompe schroefdraadsnijkussens.
•
Slecht koelsmeermiddel.
•
Foutieve afstelling van het mes in de houder.
•
Verkeerde snelheid.
•
6.2. Storing:
Draad wordt in stukken gesneden „onzuivere fijne draad".
Oorzaak:
Houder verkeerd in de snijkop gemonteerd. Let op volgorde!
•
Schroefdraadsnijkussens verkeerd in de houder gemonteerd.
•
Let op volgorde!
Schroefdraadsnijkussens in het verkeerde houdertype. (Hellinghoek!)
•
6.3. Storing:
Draad niet centrisch op het werkstuk.
2
),
γ = 20°
Oorzaak:
γ = 20...25°
Materiaalklemcentrering veranderd.
γ = 10...20°
•
6.4. Storing:
γ = 0°
Snijkop gaat niet ver genoeg open.
Oorzaak:
Verkeerde sluithendel gemonteerd.
•
Sluithendel versleten.
•
Afslagnok versleten.
•
6.5. Storing:
Snijkop sluit niet.
Oorzaak:
Vuil.
•
De snijset is onjuist gemonteerd (zie 3.3.).
•
De schroefdraadsnijkussens zijn onjuist in de houders geplaatst
•
(zie 5.4.).
7. Fabrieksgarantie
De garantieperiode bedraagt 12 maanden na overhandiging van het
nieuwe product aan de eerste gebruiker, doch hoogstens 24 maanden na
uitlevering aan de vakhandelaar. Het tijdstip van overhandiging moet via
de verkoopdocumenten bewezen worden, met vermelding van aanko-
opdatum en productomschrijving. Alle binnen de garantieperiode optre-
dende functiefouten die terug te voeren zijn op fabricage- of materiaalf-
outen worden kosteloos verholpen. Na een reparatie onder garantie wordt
de garantietijd noch verlengd noch vernieuwd. De schade, die door na-
tuurlijke slijtage, onvakkundige behandeling of gebruik, verwaarlozing van
de gebruiksaanwijzing, ongeoorloofde toepassing, overmatig gebruik, ge-
bruik voor vreemde doeleinden, eigen of vreemde ingrepen of andere re-
denen, waarvoor REMS niet aansprakelijk kan zijn, zijn voor garantie uit-
gesloten.
Garantieverrichtingen mogen uitsluitend door hiervoor geauthoriseerde
REMS servicewerkplaatsen uitgevoerd worden. Reclamaties worden al-
leen erkend als het product zonder voorafgaande ingrepen in hele toe-
stand bij een geauthoriseerde REMS servicewerkplaats binnengekomen
is. Vervangen producten en onderdelen worden eigendom van REMS.
De kosten voor heen- en retourvracht komen ten laste van de gebruiker.
De wettelijke rechten van de gebruiker, in het bijzonder bij het aanspra-
kelijk stellen van de handelaar blijven onveranderd. De fabrieksgarantie
geldt uitsluitend voor nieuwe producten, welke in de Europese Unie, in
Noorwegen of in Zwitserland gekocht worden.
nld