OVERBRENGEN NAAR
DE PATIËNT OVERBRENGEN
O
NAAR EEN POSTOEL (FIGUUR 3)
V
E
1. Plaats de patiënt boven de postoel.
R
2. Druk op de NEER ( ) knop en laat de patiënt op
B
de postoel zakken.
R
WAARSCHUWING
E
Invacare adviseert dat de achterste
N
zwenkwielen ALLEEN vastgezet worden
G
wanneer de sling (sta- of transportsling) rond
E
de patiënt geplaatst wordt of verwijderd
N
wordt.
N
3. Zet de achterste zwenkwieltjes vast. Zie OP DE
A
REM ZETTEN/VAN DE REM HALEN in de sectie
A
over BEDIENING in deze handleiding.
R
4. Voer één (1) van de volgende handelingen uit:
A. Stasling (Model R130) -
Maak de stasling los van de
bevestigingspunten op de stalift.
B. Transportsling (Model R134) -
Maak de transportsling los van de onderste
bevestigingspunten op de stalift.
Til de benen van de patiënt op en verwijder
de dijsteunen van onder de patiënt.
Maak, indien gewenst, de transportsling los
van de bovenste bevestigingspunten op de
stalift.
OPMERKING: de patiënt kan tijdens het
gebruik van de postoel in het bovenste
gedeelte van de transportsling blijven.
5. Maak de beenriemen, indien deze gebruikt zijn, los
van de benen van de patiënt.
6. Laat de patiënt de voeten van de voetsteun halen.
OPMERKING: Indien nodig de patiënt hierbij helpen.
7. Verwijder de sta- of transportsling van de patiënt.
8. Haal de stalift weg bij de postoel.
9. Wanneer de patiënt klaar is om weer overgebracht
te worden, volg de aanwijzingen in de sectie
VOORBEREIDINGEN VOOR HET TILLEN in
deze handleiding.
STAPPEN 4 EN 5
FIGUUR 3 - DE PATIËNT OVERBRENGEN NAAR EEN
54
STAP 1
STAP 3
POSTOEL